Hoofdstuk 1, 2, 7, 8 en 10 (Politieke besluitvorming)

Beoordeling 5.1
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas vwo | 624 woorden
  • 17 december 2004
  • 14 keer beoordeeld
Cijfer 5.1
14 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Hoofdstuk 1 Politiek. Waarde =Een idee wat mensen Belangrijk vinden. bijv: gezondheid bezit gelijkwaardigheid veiligheid zelfstandigheid
norm =Een gedragsregel die voortvloeit uit een waarde. bijv: moet veel sporten. van andermans spullen afblijven. gelijke behandeling. uitkijken bij oversteken. leren zelfstandig werken. wet =Een norm die door de overheid algemeen
geldig is gemaakt. bijv: l.o. is verplicht op school diefstal is verboden geen discriminatie verkeersregels 2e fase
Begrippen: Politiek: proberen om van mensen met macht gedaan te krijgen dat ze besluiten nemen, die jouw ideaal of belang dienen. Macht: het vermogen om besluiten te nemen, waaraan men zich moet houden. 2 soorten: Democratische macht 2 kenmerken: gekozen + controleerbaar niet-democratische macht

niet gekozen en/of niet controleerbaar
bv. Macht gebaseerd op kennis, geweld, bezit, geloof, enz. legitimiteit: als onderdanen akkoord gaan met het feit dat de machthebber de macht
heeft, is de macht legitiem. Belang: iets wat je graag wil bereiken en iets wat in je voordeel is. Ideaal: iets wat je graag wil bereiken, maar wat niet perse in je voordeel is. Hoofdstuk 2 modellen. 1 systeemmodel 2 barrièremodel 3 geïntegreerd model (1+2) Hoofdstuk 7 Mogelijkheden van de burger om aan politiek deel te nemen. A  Mogelijkheden binnen de democratie stemmen petitie (brief sturen met wat je wil & veel handtekeningen.) ingezonden brieven lid worden van pressiegroep staken (tenzij verboden) demonstreren ludieke actie (bedoeld als aandachttrekker voor jou probleem) boycott
B  mogelijkheden buiten de democratie (dreigen met) geweld omkopen verboden acties doen burgerlijke ongehoorzaamheid protest tegen genomen besluit doel is ideaal geweldloos straf accepteren
C  mogelijkheden op het randje van de democratie lobbyen (buiten officiële kanalen om mensen met macht benaderen) democratie: wens van het volk kan gehoord worden niet-democratie: niet controleerbaar
Elke burger heeft actief en passief kiesrecht, daarnaast heeft hij een aantal burger rechten. Actief kiesrecht:Alle Nederlanders van 18 jaar of ouder kunnen hun stem uitbrengen. Passief kiesrecht:Zij die dit hebben kunnen worden gekozen als lid van de tweede kamer. Het deelnemen aan de politiek noemen we politieke participatie. Daarbij is de electorale participatie +/- 80%. Daarnaast is de conventionele participatie (= lid zijn van een politieke partij), nog geen 4%. Als laatste is er protest participatie, bijvoorbeeld demonstreren, actie voeren, staken, kraken van panden etc. Er kan veel op het gebied van protest zelfs tot burgerlijke ongehoorzaamheid toe. Dat betekent dat je opzettelijk de wet overtreedt. Toch wordt dit meestal niet bestraft, omdat men handelt vanuit zijn geweten, alles openbaar doet en nooit uit is op eigen belang. Wanneer men niet aan die drie eisen voldoet gaat men richting terrorisme. Waarom zijn mensen wel of niet geïnteresseerd in politiek? Wel

1. Eigenbelang
2. Ieder mens is een sociaal wezen, en dus geinteresseerd in de ander. 3. Het gevaar om politiek over te laten aan beroepspolitici. Niet
1. Onwetendheid en onbekendheid. 2. Politiek is voor velen nutteloos. 3. Gebrek aan stimulansen. 4. Tevredenheid. 5. De dreiging die uitgaat van het meedoen aan de politiek Hoofdstuk 8 Politieke actieve groeperingen -politieke partijen: organisaties die op basis van een ideologie streven naar macht(zie ideologieёn). -pressiegroepen: groepen die streven naar invloed. 3 soorten: 1- belangengroepen: komen op voor gezamenlijk belang. 2- actiegroepen: hebben “tijdelijk” doel, vaak ideaal. 3- sociale bewegingen, groepen van groepen met gezamenlijk doel. Hoofdstuk 10 Mensbeelden. Mensbeeld= idee over hoe de mens nu eenmaal is. 2 uitersten: Optimistisch mensbeeld(LINKS) -de mens is goed en sociaal. -mensen worden gelijk geboren. -verschillen ontstaan door opvoeding. Waarde: gelijkwaardigheid. Politiek: iedereen meeregeren. Economie: bezit en inkomen gelijk verdelen. Onderwijs: gelijke kansen geven. Criminaliteit: door omgeving->opvoeden. SP, PvdA, Groen-links
Pessimistisch mensbeeld(RECHTS) -de mens is slecht en egoïstisch. -mensen worden ongelijk geboren. -verschillen zijn genetisch bepaald. Waarde: vrijheid. Politiek: elite moet regeren. Economie: rijk zijn mag. Loon naar werken. Onderwijs: op maat. Criminaliteit: aangeboren -> streng straffen. VVD,GPV, RPF
Ideologieën. Ideologieën: een aantal samenhangende ideeën. Bevat: mensbeeld en maatschappijbeeld.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.