Turnen

Beoordeling 5.3
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 1157 woorden
  • 3 december 2003
  • 97 keer beoordeeld
Cijfer 5.3
97 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Turnen Toestelturnen, op hoger niveau ook wel kunstturnen genoemd, is een van de meest verbreidde takken van sport. Uitverkochte sporthallen bij wereldkampioenschappen en Olympische spelen laten zien dat turnen erg populair is. Steeds moeilijkere oefeningen, sneller opeenvolgende combinaties, en een meer zekerheid en beheersing van vooral ook langere oefeningen zijn kenmerken van een internationale top prestatie, die mensen eerder afschrikt dan aanzet zich op zo’n toestel te begeven. Een turner/turnster hoeft natuurlijk niet zo goed te zijn om er plezier in te hebben. Toestelturnen is voor kinderen en jeugdigen heel erg leuk maar soms ook moeilijk. Turners zijn klein en kunnen ‘van gespierdheid bijna niet lopen’. Dat heeft dus nooit geklopt met de werkelijkheid en klopt tegenwoordig ook niet. Natuurlijk is het wel zo, dat toestelturnen, net als elke andere tak van sport, bepaalde eigenschappen eist en die ook verder ontwikkeld worden. Zoals in bijna alle sporten geldt ook voor turnen, dat niet iedereen geschikt is voor het leveren van topprestaties. Wel is voor iedereen een acceptabel niveau aan toestellen haalbaar. Het kan natuurlijk niet worden verzwegen, dat bij hanghoogte van 2,50 meter er grenzen zijn gesteld aan de gymnastische ontwikkeling. Daarom geldt voor iedereen die wil gaan toestelturnen, dat: kracht en lenigheid, gekoppeld aan talent bewegingen te leren en zich bij gelegenheid zich ook innerlijk te kunnen overtreffen, voorwaarden zijn voor toestel turnen. Lenigheid: Noodzaak en voorwaarde Bij turnen is lenigheid heel erg belangrijk, lenigheid is er zodat blessures worden voorkomen en om bewegingen met zo ruim mogelijk bewegingsuitslag uit te voeren. Spieren, die niet regelmatig gebruikt worden of gerekt worden óf die alleen maar op krachtstoename getraind worden, zullen verkorten. Door dagelijks rekoefeningen te doen kan de spierlengte daarmee de lenigheid positief beïnvloeden. Als onderdeel van de warming-up kan men bereiken dat er sprake is van een zo goed mogelijke voorbereiding op vooral plotselinge bewegingen. De prestatiegeschiktheid neemt daardoor toe. Het verminderen van de kans op blessures. Door het uitvoeren van rekoefeningen kunnen er 2 effecten optreden. 1. Een soepeler bewegen. Men kan grote ‘trek en schok’ belastingen beter opvangen. 2. Een toename van de doorbloeding. Een toename van de doorbloeding is niet alleen van belang voor de spier zelf, maar juist voor de slecht doorbloede pees. Het effect van de doorbloeding gebeurt na het stretchten. Het kiezen van goede stretchoefeningen is nodig voor de volgende turnbewegingen. Stretchen doe je voor jezelf, iedereen heeft zijn eigen grens.
Losse turnoefeningen: De handstand Veel turnbewegingen gaan vanuit de handstand als grondvorm. Zo is de handstand de basis van vele sprongen (radslag, arabier, overslag enz). Het lichaam dient in de handstand volledig aangespannen te worden, en wel zodanig, dat een rechte lijn loopt van handen, schouders, heupen, knieën naar tenen. De handen zijn op schouderbreedte en het hoofd tussen de armen. Ondanks een goede lichaamshouding en spanning blijft een turner / turnster vaak niet in de handstand staan. Dus moet je leren de balans te vinden. De radslag Eigenlijk is de radslag een vervolg op het opzwaaien tot handstand. De inzet van de radslag is bijna hetzelfde als de overslag. Vanuit de voorheup is nog niet te zien of een overslag, dan wel een radslag gemaakt zal worden. Pas vlak voor het neerzetten van de handen wordt de romp ingedraaid. De radslag kun je op verschillende manieren doen. De ellebogen arm en Radslag op 1 arm. De salto De salto is te omschrijven als een hele draai (dus 360 graden) van het lichaam om de breedte as zonder plaatsing van de handen. Het maken van een salto kan in verschillende houdingen, die allen hun eigen draaisnelheid hebben. Volgens de biomechanica geldt dan dat de turnster het langzaamst draait in de gestrekte positie. Gehurkt: 3,5 maal zo snel als volledig gestrekt
Gehoekt: 3 maal zo snel als volledig gestrekt
De salto voorover is voor bijna iedereen haalbaar. Blessures & Gezondheid Blessure Distorsies zijn verstuikingen of verrekkingen in de gewrichten, bij het toestelturnen regelmatig voorkomend aan de vingers en de voetgewrichten. Omdat deze blessures bijna altijd met bloeduitstortingen vergezeld gaan, is het aan te bevelen direct stevig in te tapen. Het gewricht moet direct gekoeld om verdere bloeduitstortingen te voorkomen. Problemen met de gezondheid: Het afscheuren van de achillespees. Het voorkomen van deze blessure, die overigens ook toegenomen is zonder dat men prestatiesport beoefent, wordt meestal niet in verband gebracht met het toestelturnen. In het bijzonder zijn twee redenen, waarvan de samenhang duidelijk te zien is, voor het voorkomen van het afscheuren van de achillespees aan te geven: - De afsprong techniek bij de salto’s achterwaarts - De grotere veerkracht van de vloeroppervlakken. Overbelasting van de wervelkom

Onderzoekingen van de wervelkolommen van turnsters geven meer dan gemiddeld voorkomende pathologische veranderingen aan. Bijzonder veel worden genoemd; - Scoliose, het zijwaarts verbuigen van de wervelkolom - Osteochondrose, dat zijn betrekking hebbend op de wervelkolom, veranderingen aan de benige uitsteeksels van de wervels - De ziekte van Scheuermann
Spondylolyses en spondylolysthesis. Het eerste is het uiteenvallen van een wervel, waarbij een kloof ontstaat tussen de bovenste en onderste gewrichtuitsteeksels. Het tweede is een wervel verschuiving ten opzichte van elkaar. Conclusie: Ik zelf zit al bijna 8 jaar op turnen en ik vind het echt een hele leuke sport en ik vind dat een goede warming-up en stretch oefeningen belangrijk zijn. Toen ik pas op turnen kwam kon ik alleen maar de handstand, de ratslag en de makkelijke sprongetjes (hurkop, hurksprong wendsprong enz). Maar toen ik een jaartje op turnen zat mocht ik na de wedstrijdgroep, toen moest ik ook na de extra trainingen. We zijn toen wel eens na wedstrijden geweest en hebben wel eens wat gewonnen (en dan waren we altijd heel blij). Na een 2-3 jaar zijn we toen eens naar Richterich gegaan om deel te nemen aan de Limburgse kampioenschappen maar daar hadden we volgens mij maar de 7de of 6de plaats. Daarna ben ik nog een jaar bij de wedstrijd groep gebleven en toen ben ik in 1999-2000 overgestapt na een gewone groep omdat het met school lastiger werd en omdat ik toen een andere sport erbij ben gaan doen. Maar als het weer wat beter op school gaat stap ik weer over na de wedstrijd groep. Het turnen op school gebeurd vaak niet goed genoeg omdat er meestal veel te weinig tijd voor is. Er is niet voldoende tijd om goede stretch oefeningen te doen. De mensen die bijvoorbeeld langemat gaan doen hebben geen stretch oefeningen gedaan en weten vaak ook niet hoe ze de handen enz. moeten plaatsen. Waardoor ze een groter risico hebben op blessures. Ook hebben sommige van hen nog sieraden om waardoor, als ze een blessure zouden krijgen het lastig word om bijvoorbeeld een ring van een gezwollen vinger af te halen. De mensen die trampoline gaan springen hebben meestal de verkeerde schoenen aan waardoor ze zich kunnen bezeren. Maar zo te zien vinden de meeste kinderen turnen wel een leuk onderdeel van gym (gelukkig).Maar anderen vinden het niet zo leuk, omdat ze er niet zo goed in zijn.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.