Kleding door de jaren heen

Beoordeling 6.2
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 4882 woorden
  • 22 mei 2001
  • 1434 keer beoordeeld
Cijfer 6.2
1434 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. Kleding uit de prehistorie tot ong. 4000 jr. v. Christus. In deze tijd konden de vrouwen ook al knopen en vlechten. Ze hielden de haren wel bij elkaar door een geknoopt netje. Mutsen en schoenen werden van dierenhuiden gemaakt. Kleding was in de prehistorie bedoeld om mensen te beschermen tegen regen en de kou. het woord mode kende men helemaal niet. De pezen van dieren werden gebruikt als naaigaren. Om de stukken aan elkaar te naaien had men een naald nodig; daarvoor gebruikte men een visgraat. In het bronzen tijdperk en in het ijzeren tijdperk droegen de mensen geweven kleding. Dit was ong. 1500 v. Christus. De stoffen werden door vrouwen geweven van wol of vlas. Een omschrijving van hoe geweven kleding eruit zag was; de mouwen en de halsopening versierd met een zoompje van open naaiwerk. De rok was een lange lap, opgehouden door een riem. Dit weten we want deze kleding is in Denemarken gevonden. Was je dus klein, dan trok je je rok iets omhoog e als je wat groter was liet je je rok wat meer zakken. Deze tijd was primitief en de kleding ook, maar wel zodanig dat je er wel in kon werken. 2.Kleding van de Egyptenaren ong. 4000 – 1000 jr. v. Christus Het weefgetouw moet wel vroeg zijn uitgevonden, want op de oudste afbeeldingen in de koningsgraven zien we al fijngeweven stoffen. Alle kleding werd gemaakt van plantaardige vezels. Wol was verboden, omdat in een levend dier een god kon wonen. De koningen beschouwden zichzelf ook als goden op aarde daarom zorgden zij voor een zorgvuldige reinheid. Haar werd als onrein beshouwd en afgeschoren, vandaar de pruiken en zelfs aangeplakte baarden. Sandalen werden gemaakt van palmbladeren; dus ook hier plantaardig materiaal. De vrouwen droegen kokervormige jurken van de oksels tot de enkels, soms versierd met geplooide stroken. Over deze jurken werd soms een soort poncho gedragen, de kalasiris. Het was een rechthoekige lap, vaak geplisseerd, met in het midden een gat. De vrouw droeg ook juwelen zoals een halskraag, enkelbanden, armbanden en oor- en vingerringen. Deze sieraden waren gemaakt van kostbare materialen. De vrouw van de farao, die evenals de farao kaalgeschoren was, droeg een pruik met geborduurde haarbanden versierd met lotusbloemen. Zij droeg bovenop haar hoofd een parfumketeltje van was. Deze smolt langzaam en verspreidde zo een aangename geur. De ogen waren omrand met kohl. Een ander make-up artikel was henna. Hiermee werden de lippen en de nagels gekleurd. Tegenwoordig gebruiken we henna vaak als haarverf. Om hun make-up spulletjes te bewaren hadden de vrouwen net als wij, kleine potjes, flesjes en doosjes. Ook deze spullen werden weer gemaakt van kostbaar materiaal. De mannen droegen heupschorten, een shenti. Bij hooggeplaatste personen was deze shenti vaak gedeeltelijk of helemaal geplisseerd. Brede halskettingen met goud en halfedelstenen versierden het bovenlichaam. Ook droeg de man armbanden, ringen en enkelbanden van de mooiste materialen. De koning droeg bovendien een vierkant gevouwen hoofddoek, een klaft. Deze moest het hele kale hoofd van de farao beschermen tegen de felle zon. Als teken van koningschap droeg de farao ook nog een valse baard en soms een kroon.
3. Kleding van de Grieken ong. 1000 – 100 jr. v. Christus. De vrouw was in het leven niet zo belangrijk. Zij bemoeide zich niet of nauwelijks met het openbare leven. In het huis en de vrouwenvertrekken was de vrouw de baas. De belangrijkste bezigheden van de vrouwen waren: het spinnen van garen, en het weven en verven van stoffen. Dit gebeurde in mooie patronen en kleuren. Dat de vrouwen zich ook veel met hun uiterlijk bezig hielden zie je vaak op de Griekse vazen en schalen afgebeeld. De Grieken kenden eigenlijk maar twee kledingstukken die door iedereen op een andere manier gedragen kon worden. De kledingstukken waren een soort kleed en een mantel. In de zomer waren deze gemaakt van linnen, in de winter van wol. De kleding was voor de mannen en vrouwen bijna gelijk, alleen werden de kledingstukken anders genoemd. Hier was het dus primitief maar degelijk. Er was in deze tijd een zeer strak man/vrouw patroon. Het kleed van de vrouw, de peplos, was een lange rechte lap die om het lichaam werd gedrapeerd. Met een soort veiligheidsspelden, fibula, werd het op de schouders vastgezet. Een koord hield een kledingstuk op zijn plaats. De mantel, de himation, was ook een grote rechthoekige lap die om het lichaam werd gedrapeerd. De vrouwen sloegen deze meestal over het hoofd, waardoor het opeens cape met capuchon leek. Een fatsoenlijke vrouw zou nooit zonder himation op straat komen. Sandalen waren de enige schoenen die zowel door mannen als vrouwen werden gedragen. Deze werden alleen buiten gebruikt. Het haar werd gevlochten en opgestoken met behulp van haarbanden en sierspelden. Het kleed voor de mannen, de chiton, was korter dan dat voor de vrouwen. Het werd meestal op een schouder vastgespeld. Vooral de jongere man vond zijn lichaam mooi en liet daarom meer van zijn lichaam zien. Sommige mannen vonden het een eer om alleen met een omgeslagen mantel, een himation, te lopen. Jongens en soldaten droegen een kleinere himation, deze werd clamys genoemd. Deze clamys gaf meer bewegingsvrijheid. De mannen droegen sandalen en een heel enkele keer laarsjes. Het haar was geknipt. Alleen oude mannen droegen een baard. 4. Kleding van de Romeinen ong. 700 v. tot 400 na Christus. De kleding van de Romeinen lijkt erg veel op Griekse kleding. De namen voor de verschillende kledingstukken zijn anders dan bij de Grieken. Ook zijn de namen voor de vrouwelijke en mannelijke kledingstukken verschillend. Aan de kleding van de Romeinen was duidelijk te zien of je arm of rijk was en of je vrij burger of slaaf was. De Romeinen hadden erg luxueuze kleding. De stoffen waren prachtig van kleur en versierd met geborduurde banden. Een welvarende tijd, maar toch met een duidelijk verschil. Het was een goede tijd want veel mensen konden dure kleding kopen. Over het hemd of de tunica droeg de vrouw een huiskleed of stola. De stola was korter dan de tunica en prachtig versierd met opgenaaide banden. De manteldoek werd palla genoemd. Deze is niet rechthoekig zoals bij de Grieken maar een halve cirkel. Over het hoofd droeg de vrouw vaak een sluier. De kapsels waren meestal erg ingewikkeld. De vrouwen droegen vaak diademen en paarlen. Ook blondeerden dames hun haar met een bijzondere zeep van geitentalk en beukenas. Het gebruik van poeder en schmink was in Rome zeer groot. De Romeinse man droeg ook de tunica. Daarover mochten alleen de vrije Romeinen een groot wikkelkleed, de toga dragen. Deze toga, die van een fijn wollen stof was gemaakt had de vorm van een halve cirkel. Aan de manier van dragen was te zien tot welke stand of rang de man behoorde. De Romeinen kenden vele soorten kleding. Meestal droeg men een leren kuras met metalen schubben. Na contact met de volkeren in Noord-Europa droegen de soldaten ook wel broeken. De soldaten beschermden hun benen met windselen (dit zijn lappen om de benen gewikkeld). De mannen droegen kort geknipt haar. Evenals de vrouwen droegen de manen verschillende soorten schoenen, maar vooral veel sandalen. 5. Kleding van het Byzantium ong. 350 – 1453. De Byzantijnen bouwden hun kerken eerst op dezelfde manier als de Romeinen. Ze kwamen immers uit Rome. Met de kleding was het precies zo. De stad Byzantium was een belangrijke doorvoerhaven voor de goederen van Oost naar West. Opvallend waren de prachtige stoffen, die uit Perzie en China kwamen. De kleding werd al gauw van deze prachtige stoffen gemaakt. Deze stoffen werden versierd met goud en zilver borduurwerk en bezaaid met parels en edelstenen. Hierdoor was de soepelheid van de stof verdwenen. De kleding was stijf en zwaar van de versiering. Een ander verschil met de kleding van de Romeinen is, dat de stoffen in schitterende kleuren werden geverfd. Deze kleding is heel duidelijk te zien op de mozaïeken in de kerken van Ravenna. Bijvoorbeeld in de San Vitale kerk in Ravenna. Mensen hadden in deze tijd veel geld over om kleding duur te laten versieren. Hier had de kleding ook invloed van het buitenland want er werden stoffen geïmporteerd. De gewone kleding voor de vrouwen was een lange tuniek of tunica. Hierover werd een bovenkleed ( de dalmatiek) gedragen. Om de taille knoopten de dames een losse purperen of gouden band. Een sluier werd over het hoofd en schouders gedragen. De keizerin droeg hierover een statiemantel, een palla, waarvan de rand versierd was met prachtige borduursels. De mantel werd met een gouden speld op de schouder vastgezet. Duidelijkj zag je dat zij over de mantel een ronde kraag droeg. Deze kraag was versierd met edelstenen en parels. Heel opvallend zijn ook de kroon en de lange oorhangers. De haren werden in een krans om het hoofd gevlochten. De getrouwde vrouwen droegen vaak twee lange vlechten. De schoenen waren gemaakt van dun leer en leken wel op kleine pantoffeltjes. De mannen in Byzantium droegen ook de tuniek, halflang of lang. Deze was versierd met cirkels, ruiten of strepen van gekleurde wol. Over de tuniek droeg de man een rechthoekig pallium. Het werd evenals bij de palla bij de vrouw vastgezet op de schouders met een mooie sierspeld. Ook de kleding van de mannen was versierd met prachtige borduursels. Soms werd de toga nog gedragen. Deze werd steeds kleiner tot er een smalle strook stof overbleef. Deze sjerp was met gouden borduurwerk versierd. De Byzantijnse kleding is het voorbeeld geweest voor de kerkelijke leiders in de katholieke en oosterse kerken. 6. Kleding uit de middeleeuwen, uit de periode van Romaanse en Gotische stijl 1100 – 1500. De kleding in de middeleeuwen kun je vergelijken met de manier van bouwen in die tijd; eerst grof en eenvoudig van materiaal. Later werd de kleding veel sierlijker van vorm en rijker van stof en versiering. De soorten kleding zijn te zien op diverse schilderijen, tekeningen en beelden. Mensen wilden in deze tijd strakkere kleding en men kreeg contact met het buitenland. Dit was dus een welvarende tijd. De kenmerken van de kleding in de Romaanse middeleeuwen ong. 1000-1250. De kleding uit de elfde en twaalfde eeuw leek nog in enkele onderdelen op de Romeinse kleding. Toch ontstond er een duidelijker verschil tussen mannen- en vrouwenkleding. De kleding van de vrouw: De vrouw droeg een aantal kleding stukken over elkaar. Deze bestond uit diverse materialen. Het spreek haast vanzelf dat het kleed van het duurste materiaal over alles heen werd aangetrokken. De verschillende lagen waren: 1) een lang onderhemd van linnen (chaisne) 2) een zijden of wollen onderkleed met lange mouwen (een cotte) 3) een overkleed. Deze was korter dan het onderkleed en mooi geborduurd (een bliaud) De nadruk kwam op de taille en de boezem te liggen, door het dragen van koorden die kruislings om het lichaam werden geknoopt. Ook droegen de dames gordels versierd met juwelen of metalen platen. De kleding van de man: De man droeg ook een aantal kleden over elkaar. Ze hadden dezelfde namen als de kleding van de vrouw, maar waren anders van model. De kleding was ruimer en korter, omdat de mannen hierdoor beter te paard konden zitten. Onder deze kleding droegen de mannen een broek. In het begin leek deze meer op een soort luier, maar hij kreeg al gauw lange pijpen. De mannen droegen ook kousen ( beenlingen) die met gekruiste banden om de benen werden vastgehouden. Aan de voeten werden schoenen, laarzen of sandalen gedragen. De mantel was een cape (sagum) die werd vast gezet met een sierspeld op de rechterschouder. Het haar van de edelmannen was kort geknipt. De dienaren droegen lang haar. De kaproen was de veel voorkomende hoofdbedekking. Dienaren, soldaten en jongens droegen zeer korte kleding. Een lange nauwe broek en hierover een korte tuniek of wambuis. Ten tijde van een oorlog of bij toernooien droeg men een maliënkolder over de kleding en een helm op het hoofd. Een maliënkolder was een soort hemd gemaakt ven metalen ringen. Deze hielden de speren of pijlen van de tegenstanders tegen. Volk en adel kwamen samen in de kerk voor de erediensten en bij de kerk voor de toneelspelen waarin de moeder van Christus, Maria, een belangrijke rol speelde. Door de sterke Mariaverering werd ook de aandacht op de vrouw gericht als moeder van kinderen. Door de groeiende handel met het oosten kwam men in contact met nieuwe technieken en patronen. De weverijen gingen zijden weefsels maken met Chinese patronen. De stoffen werden lichter van kleur met ingeweven gouddraad. Nachtkleding bestond er in die tijd nog niet; men droeg alleen een slaapmuts. De kleding van de vrouw in de gotiek kun je vergelijken met de torens en de spitsbogen van de gotische kerken. De kleding die nu ook nog uit vele lagen bestaat, is fijn geplooid en veel rijker versierd dan in de Romaanse tijd. Het silhouet was van boven smal, maar van onder wijder uitlopend; eerst een onderkleed (chainse), dan een kleed (cotte) en vervolgens een overkleed (een surcot). Dit overkleed had meestal geen mouwen en was erg wijd. In de latere gotiek werd de cotte over de buste nauwsluitend. Hier ontstaat het woord “korset”. Het wijde overkleed werd houppelande genoemd. Onder de buste werd de taille strak ingesnoerd. De wijde rok werd opgenomen zodat het leek alsnog de vrouw een hoge bolle buik had. Het haar werd niet meer los gedragen maar stevig gevlochten met behulp van ijzerdraad. De vlechten werden opgerold en met een soort hoed en sluiers bedekt. Om de nadruk te leggen op een zuiver en rond gezicht werden het voorste gedeelte van het hoofdhaar en de wenkbrauwen weggeschoren. De kleding was tamelijk kort en werd steeds korter. Naarmate de kleding korter werd, werd deze ook rijker versierd. Omdat men steeds mooier en ingewikkelder kleding wilde hebben, ontstonden in deze tijd ook de kleermakersgilden. De kleding van de man was kleurig, kort en nauw. Het wambuis werd gewatteerd en in de taille ingesnoerd. Deze jasjes werden gesloten met veel knoopjes. Ritssluitingen waren onbekend. Onder de wambuis werd een strakke broek gedragen. De broek lijkt wel op onze maillot en werd hosen genoemd. Het voeten gedeelte zat aan de pijpen vast. Het vreemde van deze hosen was dat de benen soms verschillend van kleur en patroon waren (mi-parti). Kruis en een gedeelte van de voorkant waren verstevigd en fraai versierd. Dit niet alleen om de geslachtsdelen te beschermen, maar ook om te benadrukken.In plaats van schoenen werden soms leren zooltjes onder de hosen genaaid. Wanneer er wel schoenen gedragen werden, hadden deze een lange, omhooggebogen punt (tootschoen). Omdat de nauwe wambuis in het gebruik niet zo gemakkelijk was, werd deze later weer wijder en langer. Ook nu werd weer overdreven. De plooien in de wambuis, die nu evenals bij de vrouw houppelande werd genoemd, leken op een serie orgelpijpen naast elkaar met geschulpte randen. Over het geheel werd steeds een cape als mantel gedragen. 7. Kleding uit de Renaissance stijl 1450-1600. Op het gebied van de kleding veranderde veel. In de nauwere kleding van de middeleeuwen voelde men zich opgesloten. Men knapte als het ware uit zijn kleding. De mens van de renaissance wilde zich ook lichamelijk vrijer kunnen bewegen en ging daarom kleding open knippen en wijder maken. Dit gebeurde het eerst bij de Duitse en Zwitserse soldaten. Deze soldaten knipten hun veel te nauwe mouwen bij de ellebogen door. Dit was het begin van de spletenmode, die de gehele zestiende eeuw heeft geduurd (de broek van zwarte piet komt uit deze tijd).De mode werd niet door de adel gemaakt, maar door de rijke kooplieden. In de verschillende landen werd de kleding ook wat verschillend gemaakt, al naar de aard van het volk.In Nederland was de kleding eenvoudiger dan in andere landen. De kleding was opzichtig en pronkerig. Als stoffen gebruikte men zijde, fluweel,damast en brokaat. Zowel mannen als vrouwen gebruikten erg veel gouden kettingen, ringen en andere sieraden. Er ontstonden in deze tijd veel verschillende soorten kleding door de verschillende volken en er was dus veel welvaart. De kleding van deze tijd zegt duidelijk dat mensen meer bewegingsvrijheid willen. Hier komt een geheel eigen stijl kleding uit voort. Er was veel rijkdom. De vrouwen droegen in deze tijd ijzeren korsetten. Vandaar dat het bovenstuk van de jurk erg strak om het lichaam zat. De rokken waren erg wijd en werden gesteund dor hoepels van wilgeroeden. Soms werd de jurk op bepaalde plaatsen opgevuld. De vrouwen droegen in Nederland soms een prachtig geplooide kraag ( molensteenkraag). In de renaissance zag men twee soorten mannenkleding. In Engeland en Duitsland was de kleding van de man erg breed. De man zag er bijna vierkant uit. De jas was meestal gevoerd met bont. In de mouwen zaten spleten waardoor de voering zichtbaar werd . In Spanje droeg men korte ballon broekjes met sleten op strakke kousen. De buis was strak van model,soms met een opgevulde buik. Hierbij werd meestal de stijve molensteenkraag gedragen met een korte cape. Als hoed droegen de mannen een baret versiert met veren.(denk aan het kostuum van zwarte piet).
8. Kleding uit de Barok & Rococo stijl 1550- 1780. Wat de kleding betreft, leek de baroktijd op de renaissance. Dure stoffen, kostbare sieraden, vele versieringen, borduursels en kant werden gebruikt voor kleding van mannen en vrouwen.Er is in de baroktijd een opvallend verschil te zien tussen de kleding van de Nederlanden (Nederland en België) en Frankrijk. Dit is duidelijk te zien op de schilderijen van Hyacinthe Rigaud en Anthonie van Dijck. In de Nederlanden verdwenen de stijve opvullingen en korsetten. De kleding werd losser en vrijer. Het dragen van kant werd mode; prachtige kragen, manchetten en zelfs versieringen van kant aan schoenen en laarzen. De kleding van de vrouw was niet meer zo breed en stijf. Wel werd ze steeds meer versierd met kant. De halsuitsnijding werd vaak bedekt met een halsdoekje. De rok was nog steeds erg wijd. Het haar droeg men in loshangende pijpenkrullen met een klein kapje op het hoofd. De kleding van de man was erg elegant en vaak meer versierd dan de kleding van de vrouw. De wambuis was langer en smaller van model. De broek kwam tot op of precies onder de knie. Vooral in Frankrijk werd de man overdreven versierd met kant. Omdat de molensteenkraag verdwenen was, droegen de mannen ook weer lang haar. Het haar hing in pijpenkrullen over de schouders en de rug. Zo af en toe werd gebruik gemaakt van vals haar. In het laatste gedeelte van de barok, die ook wel rococo wordt genoemd, wordt de kleding overdreven elegant. Lichte pasteltinten en losse, wijde kleding zijn vooral te zien op de schilderijen van Watteau. De pronkstukken van de mode in die tijd waren de pruiken, de mannenvesten en de geborduurde kousen. De pruiken van de vrouwen konden soms een halve meter hoog worden. Soms zijn er landschappen of schepen in de pruik gezet om het geheel nog extra mooi te maken. De mannen dragen ook pruiken. Deze zijn wit gepoederd. Soms lees je wel eens dat men hiervoor meel gebruikte. De pruik had een staartje in de nek. Dit haarstaartje werd gedragen in een zwart satijnen zakje met strikje. 9. Kleding uit de negentiende eeuw. De Franse Revolutie maakte een eind aan de overdreven versierde kleding van de vorige periode. Bleef men zich toch zo rijk kleden, dan bestond het gevaar dat men gevangen werd genomen en ter dood gebracht. De revolutionairen gingen zich opzettelijk slordig kleding. Zij droegen een lange broek (pantalon),vest en een jas. De kleding paste bijna nooit. Deze was of te wijd of te nauw en soms allebei. Piekharen komen onder een rode, slappe muts uit. Het spreekwoord “Te viesom met een tang aan te pakken” zou voor hen bedacht kunnen zijn. Kantfabriekjes en weverijen voor dure stoffen werden gesloten. Er werden nu confectiefabriekjes opgericht. Gevangen maakten hier eenvoudige kleding voor de burgers. De revolutionaire vrouwen droegen overdreven opzichtige kleding. De vormen van hun lichaam moesten vooral goed te zien. Daarvoor maakten ze hun kleding soms nat, zodat alles aan hun lichaam plakte. Nadat de rellen van de revolutie enigszins voorbij waren en er een nieuwe regering was gekomen verdween de opzettelijke slordigheid. Vooral nadat Napoleon tot keizer was gekroond. in deze tijd was het stadje Pompei herontdekt en iedereen had nu opeens belangstelling voor het leven van de Romeinen.Vandaar ook dat dit in de kleding te zien was, vooral in de dames kleding. De mannen droegen gemakkelijke Engelse kleding. Het volk greep in deze tijd de macht dus niet rijk. Het was een slechte tijd. Ook voor de kledingindustrie. De kleding uit de tijd van Napoleon wordt de empire kleding genoemd. De jurken waren erg eenvoudig van model en gemaakt van dunne stoffen. De lande rechte jurkjes hadden een hoge taille, laag uitgesneden hals en pofmouwtjes. Onder deze kleding droegen de dames een vleeskleurig tricot hemdje en voor het eerst een directoire (onderbroek). De broek werd wel eerder door kinderen gedragen, maar nu ook door dames. Een recht korsetje zorgde ervoor dat de buste omhoog werd geduwd. Om zich tegen de kou te beschermen droegen de dames Kasjmir sjaals of een lange rechte overjas (redingote). Het mannenkostuum zal de komende 150 jaar weinig veranderen. De kleding was afgekeken van de rijkleding van de Engelse landheren. De kleding bestond uit een linnen hemd (overhemd met een opstaande boord en een losjes omgeknoopte das. Daarbij werd een kniebroek gedragen of een lange strakke broek. De lange broek droeg de man in de laarzen. De jas was de voorkant kort en had achter twee lange panden. Als overjas werd de redigote gebruikt of een cape met veel pelerines. Vanaf nu verschijnt de hoge hoed. Na ong. 1850 waren er weinig persoonlijke verschillen in de mannenkleding. De kleding was donker van kleur en had weinig versiering. 10. Kleding na de tijd van Napoleon. Nadat Napoleon was verdwenen, verdween ook de empire invloed op de kleding. De kleding in de periode van de Romantiek werd overdreven van vorm en versiering of heel eenvoudig en huiselijk (Biedermeiertijd Duitsland).Voor de confectie was her erg belangrijk dat in deze tijd de eerste naaimachines verschenen. De kleding van de vrouw veranderde helemaal. De jurken waren hoog gesloten (preuts) en van dikker materiaal gemaakt. Door de versieringen in de zoom ging de rook weer wijduit staan. De onderrokken werden weer verstevigd, dit keer met paardenhaar. Deze onderrokken werden crinolines genoemd. Vooral na 1850 kon de doorsnee wel eens 2,5 m zijn. De balzaal leek soms wel een tentenkamp. Het lijkt dan ook moeilijk om ergens gezellig bij elkaar te gaan zitten met die wijduitstaande rokken. Het zal ook wel problemen hebben gegeven om netjes door een deuropening binnen te komen. Door deze problemen is waarschijnlijk de tournure ontstaan. De extra ruimte in de onderrok zat nu alleen aan de achterkant. Over deze rok werd een overrok gedragen. Deze werd aan de achterkant gedrapeerd (een qeue = een staart ). Hierdoor leken de dames op eenden die op straat lopen. In de krant kwamen spotprenten waarop de kleding werd vergeleken met een stoel die de dames aan de achterkant droegen. Het haar hing in pijpenkrullen langs de oren met een knotje bovenop het hoofd. Men noemde het kapsel “ a la giraffe” . Hoeden en mutsen waren versierd met bloemen, kant, linten en veren. Belangrijk voor de mode was dat in 1858 het eerste haute-couture-huis werd geopend in Parijs. De eigenaar was de Engelse kleermaker Worth. Hij liet zijn jurken showen door jonge meisjes, de eerste mannequins. In Amerika kwam men in deze tijd ook met een nieuwtje dat nu niet meer weg te denken is, nl. het knippatroon. Dit kon per post worden besteld. De kleding van de man wordt donkerder en stijver. Als versiering diende de wandelstok, horloge met ketting en de knopen aan het vest. 11. Kleding van de twintigste eeuw ong. 1900 tot heden Tot aan het uitbreken van de eerste wereldoorlog in 1914 beleefden de rijke Europeanen jaren van overdaad en opzichtige pracht en praal. Er waren veel feesten en partijen. Met de mode ging het op dezelfde manier. Vooral de vrouwen gingen overdadig gekleed. Parijs was al het centrum van de mode geworden. Er werd vooral luxe mode ontworpen. Deze mode was in de eerste jaren van de twintigste eeuw erg verwarrend. De mode staat in het teken van de vrouw. In de mannenmode waren er minder veranderingen. De mensen hadden in deze tijd dus wel geld. Er was welvaart en het was een goede tijd voor de kleding. In de beginjaren van de twintigste eeuw waren vooral de oudere vrouwen favoriet. Het liefst vrouwen die een erg zware boezem hadden. Deze boezem werd door het zogenaamde gezondheidskorset nog eens extra omhooggeduwd. Dit gezondheidskorset (droit-devant) zorgde ervoor dat de buik platgedrukt werd en niet voor een wespentaille, zoals in de vorige eeuwen. De rok viel strak over de heupen en was aan de onderkant klokvormig. Watervallen van kant waren op de japonnen genaaid. Was kant te duur, dan haakte men kant waarmee de japon versierd werd. De schouders werden langzamerhand steeds breder en de rok aan de onderkant steeds nauwer ( een strompelrok). Door de enorme hoeden leek het wel of er een omgekeerde driehoek aan kwam wandelen. De eerste wereldoorlog was er de oorzaak van dat de nauwe kleding werd afgeschaft. De vrouwen die tijdens de oorlog gingen werken, moesten praktische kleding hebben. De rok was ruimvallend en niet meer zo lang. Het eenvoudige mantelpak was erg populair. Na de oorlog kwam de reactie. De rok werd weer kokernauw. De oudere vrouw was niet meer geliefd. Een vrouw moest jong, slank en het liefst zonder boezem zijn. Toen in 1925 de korte rok (nog wel onder de knie) op straat verscheen , werden er wetten gemaakt die dit verboden. Toch ging de vrouwenkleding steeds meer op mannenkleding lijken. Zelfs het haar werd kortgeknipt en gekruld ( pemanent-wave). De Engelse mode werd belangrijjker, de zogenaamde unisex. In deze periode ontstaan de eerste ontwerpen van Coco Chanel: haar pakjes worden nu ook nog steeds gedragen. Deze eenvoudige maar mooie kleding was afgekeken van de werkmanskleding. Door de korte rok en de unisex mode ontstonden relletjes op straat. Modeverschijnselen die ook relletjes deden ontstaan waren: · rugloze badpakken · broekrok en korte broek voor tennisspeelsters · avondjurk zonder rug · blote benen · polka haar
Tijdens de tweede wereldoorlog ging in Europa de kleding op de bon. Mode was zinloos geworden en iedereen moest de oude kleding afdragen. Soms werd een kledingstuk uit elkaar gehaald en gekeerd. Zo kon het kledingstuk dan weer een tijdje mee. Veel vrouwen gingen een lange broek dragen. Overal was de kleding saai. De oorlogskleding bestond uit een knielange rok met een of twee loopplooien, een jasje met vierkante schouders, en een klein hoedje en veterschoenen met blokhak. Christian Dior kwam met de ‘New Look’. Meterswijde klokrokken golfden om de benen. Het geheel was heel sierlijk en vrouwelijk door de strakke bovenlijfjes en schoenen met hoge hak. Deze New Look was het begin van een steeds sneller wisselende mode. Men zag wijde en nauwe rokken, lange , korte en ultra korte rokken. Steeds vaker werd mannenkleding door vrouwen gedragen. Het wordt nu als vrouwenkleding beschouwd. Omstreeks 1950 veranderde de mode opnieuw. De werkende vrouw wilde gemakkelijke kleding. Zij ging naast kokerrokken, plooirokken dragen. Hierop droeg zij korte jasjes en wijde mantels. Bij de jonge meisjes was de Brigitte Bordot mode erg populair. Dit waren geruite katoenen jurkjes met een erg wijde rok. Onder deze rok droeg men een petticoat. Eerst droeg men hierbij flatjes en later pumps. Zo langzamerhand kreeg de jeugd meer invloed. Ze kreeg zakgeld, een studiebeurs of werkte. Dat schudt heel Europa op zijn grondvesten: “ de Beatles “ komen. De gehele jeugd gaat de Beatles nadoen. Lange haren, korte rokjes, maillots, strakke truitjes, strakke broeken en hoge laarzen. Er werd nu speciale kleding voor de jeugd ontworpen. Toch moeten we niet vergeten dat naast deze vrijetijdskleding de haute-couture-mode blijft bestaan. Vooral in de aren tachtig wordt in Parijs, Milaan en Japan de mode voorgeschreven en nagevolgd. Kijk maar eens in de bekende modebladen. Naast de mode bestaat een anti-mode. Vanaf de Tweede wereldoorlog werd Amerikaanse legerkleding in de zogenaamde dumpshops verkocht. Men draagt nu oude legerkleding, zoals battledress, parka’s, houtje-touwtje jassen, trenchcoats en flanellen houthakkers hemden. En vooral mogen we niet vergeten de spijkerbroeken. En dit alles wordt het liefst versleten en gerafeld gedragen. Deze anti-mode bestaat niet alleen uit het dragen van oude legerkleding, maar ook uit het dragen van de kleding van onze grootouders. Waarom deze oude kleding weer gedragen wordt, is moeilijk te zeggen. Vindt men de kleding mooi of is het een protest tegen de mode die ons door de confectie wordt opgedrongen? Het is wel zo dat deze anti-mode zelf mode is geworden. Tot de Eerste wereldoorlog veranderde de kleding van de man erg weinig. Op straat droeg hij nog steeds een geklede jas met een hoge hoed. Door de uitvinding van de broekenpers in 1890 droeg de man een scherpe vouw in de pijpen. De jongere mannen maakten er een opslag in. Na de Eerste wereld oorlog werd de kleding draagbaarder. De jasjes werden korter en de pantalons wijder. Door wijde pijpen gebeurden er bij het fietsen wel eens ongelukken. Men ging broekklemmen gebruiken. De jongens droegen een plusfour. Deze werd spottend vaak aardappelbroek genoemd. Na de Tweede wereld oorlog gingen steeds meer mannen vrijetijdskleding dragen. Blazers, windjacks en coltruien werden veel gedragen. De nette kleding werd onder invloed van de Italiaanse mode steeds eleganter.Er werd nu ook meer aandacht aan mannen kleding besteed.

REACTIES

P.

P.

bedankt

22 jaar geleden

J.

J.

hoi, bedankt voor het werkstuk. kan ik hem toch op tijd inleveren.

Groetjes Joas

21 jaar geleden

T.

T.

Hey Barbara,

Ik had een spreekbeur Engels over kleding en mode en ik heb heel erg veel aan je werkstuk gehad. Heel erg bedankt dat je m opgestuurt hebt!!!

groetjes
Tessel

21 jaar geleden

S.

S.

eze werkstuk is heeel goed dank je wel voor je hulp ik had een 9.5 voor mijn werkstuk thanx je hebt het echt goed gedaan van alles en nog wat maar de lereer had niets in de gaten dus een 9.5 hihihi een heel klein beetje verandert klaar en kees dus duizend maal thanx. liefs SOUFIEN.AAN bARBARA

21 jaar geleden

S.

S.

Echt heel erg bedankt voor het mooie werkstuk!!
ik heb er echt super veel aan gehad!!
nu me cijfer nog afwachten;)
als ik me cijfer heb zul ik je zo snel mogelijk mailen!!
nogmaals:

HEEEEL ERG BEDANKT!!


groetjes stephanie

20 jaar geleden

D.

D.

goed hoop ik

20 jaar geleden

D.

D.

het was egt helemaaal niet te gebruiken!!!

16 jaar geleden

H.

H.

Mag ik vragen waarom al deze kindertjes een werkstuk gewoon overnemen van internet? Ik vind dat dat niet echt verantwoord is hoor, maar goed... Soms maak je verkeerde keuzes in het leven. Je kan altijd nog terug, vergeet dat nooit kinders.

13 jaar geleden

A.

A.

ik weet niet hoe oud je bent maar je moet gewoon ff andere mensen op hun fouten richten

5 jaar geleden

D.

D.

mooi werkstuk, ik heb er veel aan, ga het ook gebruiken. ;)
DAAANNKKK UU

12 jaar geleden

S.

S.

PERFECTT

12 jaar geleden

P.

P.

heej, kan je misschien wat bronnen vermelden die je hebt gebruikt? boeken/site's enz..

12 jaar geleden

S.

S.

omg echt jom gij zij mijne reddende engel kan eindelijk verder :)

12 jaar geleden

N.

N.

dit is wel goed voor mijn werkstuk maar ik wil meer weten over klederdracht misschien kunnen jullie er wel voor zorgen maar ik doe mijn werkstuk over mode dus ook een hoofdstuk over klederdracht maar dit werkstuk is wel echt vet leuk gemaakt xxnoor:)

12 jaar geleden

C.

C.

OMG echt geweldig dit werkstuk!!!!!!! ik kan eindelijk verder!! aan mijn spreekbeurt

12 jaar geleden

N.

N.

OMG, en dat noemt men een werkstuk. Meer een stukl tekst wat van internet is gekopiëerd met een stuk geschiedenis eraanvast gekletst! Nog nooit van die domme werkstukken gezien!!!!!!!!!!!
XNoah

12 jaar geleden

I.

I.

Ohja? Kan jij het beter?

2 jaar geleden

R.

R.

Reddende engel dat je bent elke andere site geeft alleen maar de informatie die ik niet wil

11 jaar geleden

G.

G.

wie droeg als eerste kledin adam en eva waren het niet he

11 jaar geleden

T.

T.

niet iedereen geloofd he

5 jaar geleden

I.

I.

OMG tanxx nu kan ik aan me werkstuk veel betere info maar noah heeft wel gelijk je moet ook beetje meer leuk erin hebbe nu is alleen maar een stuk text !!!
Xxxxx Iris

11 jaar geleden

Z.

Z.

Ik moet daar een spreekbeurt over maken en nu is dat veel gemakkelijker! Thanks!

10 jaar geleden

S.

S.

dank jullie wel voor alle informaie mijn spreekbeurt komt helemaal wel goed

10 jaar geleden

:.

:.

dankje barbara (ik ken je niet)
echt heb er echt veel aan gehad
XXX :)

9 jaar geleden

M.

M.

hoi leuk gedaan

8 jaar geleden

M.

M.

hoi ik heb door dit werkstuk een zg dankje

8 jaar geleden

J.

J.

Ik vind de style zelf van Brigitte Bardot zelf ook heel mooi! Ik kleed me nog steeds zo! :) kan me niks schelen wat de anderen vinden, als ik me er maar happy bij voel...

7 jaar geleden

I.

I.

Precies!

2 jaar geleden

M.

M.

mooi.

7 jaar geleden

I.

I.

Thx! Ik heb hier veel info uit kunnen halen! Snap deze reacties onder dit werkstuk niet helemaal; "dom werkstuk". Want het is echt een prachtstuk! Nogmaals, bedankt voor de goede informatie!

2 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.