Tijd van de Monniken en Ridders (500 – 1000)
Vroege Middeleeuwen
Kenmerkende aspecten:
De verspreiding van het christendom in geheel Europa
De Gallo-Romeinen hadden het rooms-katholieke geloof nog uit de Romeinse tijd. Bisschop Remigius van Reims stelde aan Clovis (de grondlegger van het Frankische Rijk) voor om het christelijke geloof door te zetten. Tijdens de veldslag tegen de Alamannen bood Clovis tot Christus. Er stond een bondgenootschap tussen de Franken en de rooms-katholieke kerk.
De Karolingen probeerden het Frankische Rijk naar het noorden en oosten uit te breiden. Het zou hun goed uitkomen als de bewoners van de veroverde gebieden christelijk werden, want dan zouden ze meer bij de Franken horen en minder bij de andere Germanen.
Het ontstaan en de verspreiding van de Islam
Op het Arabisch schiereiland was de islam ontstaan. Aan de rand van de woestijn bevonden zich steden, waar aanvankelijk in verdraagzaamheid verschillende goden naast elkaar werden vereerd. Mekka was het handelscentrum.
In 570 werd Mohammed geboren. Geïnspireerd door de stem van de engel Gabriël die hij hoorde, rijk hij de mensen op om nog maar één god te vereren: Allah. De stadsbestuurders waren bezorgd dat de exclusieve verering van één god nadelig zou zijn voor de handel en daarom was in 622 Mohammed niet meer welkom. Mohammed trok met zijn volgelingen naar Jathrib (later Medina genoemd). Na enkele veldslagen kon Mohammed acht jaar later terugkeren naar Mekka. Het uitbreiden van de islam kwam door een heilige oorlog (Jihad). ze veroverde het Midden-Oosten en Noord- Afrika.
De vrijwel volledige vervanging in West- Europa van de agrarische urbane cultuur door een zelfvoorzienend cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid
Door het afnemen van de bevolking en door de oorlogen werd de stadsbevolking kleiner en verdwenen vele steden. Langzamerhand gingen steeds meer mensen weer op het platteland leven. Door de invallen van de barbaarse volken en de onderlinge oorlogen maakten het reizen tijdens het Romeinse Rijk al gevaarlijk. Dit werd alleen maar minder. De wegen worden steeds gevaarlijker, waardoor de handel afneemt, waardoor men ook minder geld nodig hadden. Nu er weinig handelaars en ambachtslieden waren, bleven er voornamelijk boeren over. De samenleving werd dus in deze periode een agrarische maatschappij. De verdwijning van de handel is hiervoor een grote oorzaak.
Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur
Feodaliteit is een ander woord voor leenstelsel. Bij de Franken bestond al veel eerder het gebruik dat een soldaat een eed van trouw aflegde aan zijn aanvoerder. Hij werd dan de vazal van zijn heer.
Karel voerde in dat zijn ruiters leenmannen werden doordat zij een stuk land in leen kregen. Hij voegde dus het idee van het leen bij de vazalliteit en legde zo de basis voor het leenstelsel. Ook maakte Karel de Grote bestuurders van zijn rijk tot leenmannen. Karel gebruikte het leenstelsel voor het bestuur: de graven kregen hun gebied in leen. Karel stelde zendgraven aan, die moesten onderzoeken of de bestuurders goed hun werk deden. Ook had Karel in zijn rijk zo’n 200 gouwen, waarover hij graven en ook bisschoppen aanstelde. Bisschoppen moesten in een gebied rechtspreken, besturen, belasting heffen en gewapende mannen aanvoeren.
Jaar
Uitleg
476
Val van het West- Romeinse Rijk à van agrarisch- urbane samenleving naar autarkisch + hofstelsel, het centrale gezag verdwijnt
466 - 511
Clovis 1ste
481 (– 751)
Clovis legde de grondslag van het Frankische Rijk à de koningen vanaf Clovis noemen we de Merovingen (opvolgers Clovis)
Clovis had vier zonen à 1 van de vier vermoordde er 3 à de opvolger van Clovis kreeg ook vier zonen à 1 van de vier vermoordde er 3
500
Clovis bekeerd zich tot het christendom en breidt het Frankische Rijk uit vanuit het kerngebied in België tot delen van Frankrijk en Duitsland.
500
Benedictus van Nursia, monnik, schreef een van de bekendste regels: de drie hoofdpunten van die regel zijn armoede, het celibaat (geen seks) en gehoorzaamheid aan de abt à verder moest het klooster zoveel mogelijk in eigen behoeften voorzien en mochten de monniken niet nodeloos op reis gaan. Een uitzondering waren natuurlijk de monniken die als missionaris werkzaam waren
570
Mohammed werd geboren in Mekka
622
Mohammed was niet meer welkom in Mekka en vertrok met zijn volgelingen naar Jarthrib dat later Medina genomed werd
630 - 700
Opvolgers van Mohammed, de kaliefen, veroveren Midden- Oosten en Noord- Afrika
690
In Nederland zijn vooral Willibord en Bonifatius actief om het christendom te verspreiden àWillibord wordt aartsbisschop in Nederland en Bonifatius later in Duitsland
700
Karel Martel wordt hofmeier van het noordelijk koninkrijk à hij veroverde de andere Frankische koninkrijken, zodat het rijk weer een eenheid werd
711
Ook de Noord- Afrikaanse Berbers waren bekeerd tot de islam en hun aanvoerder Tarik stak in 711 over naar Spanje à na de verovering van dit gebied trokken de moslims Frankrijk binnen à diverse vorsten brachten de invallers nederlagen toe
732
Karel Martel houdt bij Poitiers de vanuit Spanje oprukkende moslims tegen à Slag bij Poitiers
751 – 987
Karolingen (opvolgers na Merovingen), familie van hofmeiers, later koningen van het Frankische Rijk, vervolgens Frankrijk, Duitsland en het midden rijk
768 - 814
Karel de Grote (zoon van Pippijn, wie de zoon was van Karel Martel) zette de samenwerking met de kerk voort à zijn bijnaam heeft hij gekregen doordat hij grote gebieden veroverde: Italië, bijna heel Duitsland, delen van Hongarije en Denemarken
800
Door de paus werd Karel de Grote gekroond à de paus had weer een last van vijanden in Italië, die een aanslag op hem gepleegd hadden. Karel kwam hem braaf te hulp met zijn leger en de paus wilde hem kronen tot keizer
Kerstdag 800
Karel de Grote wordt tot keizer gekroond à doordat de paus de kroon op Karel zijn hoofd had gezet was Karel erg geïrriteerd, want hij vond dat de paus nu dacht dat hij hoger stond dan de keizer
800 – 900
(9e eeuw)
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden