Start: De vlucht van de koning.
Lodewijk XVI en Marie-Antoinette wilde uit Parijs vluchten. Ze deden dit in het geheim. Sinds juli 1789 was in Frankrijk een revolutie aan de gang. De burgers waren in opstand gekomen tegen de koning en de standenmaatschappij. Ze wilden dat er een einde kwam aan de voorrechten van de adel en de geestelijkheid en eisten inspraak in het bestuur. Het gewone volk wilde vooral te eten hebben. In 1789 bedelden duizenden hongerige Parijzenaars voor het paleis om brood. De volgende dag drongen ze het paleis binnen en doodden twee soldaten. Ze dwongen de koning en koningin naar Parijs te gaan en daar te gaan wonen onder controle van het volk. Intussen maakten afgevaardigden van de burgerij een grondwet die de macht van de koning beperkte. Toen die bijna af was besloot de koning te vluchten. Dit mislukte, de koning had het vertrouwen van het volk voorgoed verspeeld.
4.1 De Pruikentijd
Nederland in verval
In de 18e eeuw nam het Nederlandse aandeel in de Europese handel af en de nijverheid raakte in verval. In veel steden namen armoede en werkloosheid toe. Er was niet alleen maar ellende. In Amsterdam deden bankiers goede zaken. Zij waren erg rijk. De 18e eeuw staat bekend als de pruikentijd. De pruik was voor de adel en de hogere burgerij een statussymbool, waarmee ze lieten zien hoe rijk en belangrijk ze waren.
Economische bloei in Frankrijk
In de landbouwstedelijke samenleving in Frankrijk kwamen handel en nijverheid tot bloei. De landbouw bleef wel het belangrijkste middel van bestaan. Veel boeren leefden in grote armoede. Ze gingen gebukt onder de verplichtingen aan de lokale edelman. (Ze moesten betalen voor de pacht van hun grond, een deel van hun opbrengst afstaan en herendiensten leveren.)
De Franse standenmaatschappij
Frankrijk had een standenmaatschappij. Daarbij was geestelijkheid het belangrijkste, de adel kwam daarna en de rest was de 3e stand. De verschillen binnen de 3e stand waren enorm. Als je als burger heel rijk was deed je nog niet mee aan de privileges van de eerste twee standen. Adel en geestelijkheid hadden een eigen rechtspraak en hoefden geen belasting te betalen. De boeren en burgers brachten het meeste geld op voor de koning. Ook waren indirecte belastingen heel hoog, hierdoor was het voedsel erg duur. De armste mensen leden het meest onder de staatsuitgaven. De koning was hoger dan alle standen. Zijn macht was absoluut.
Gebruik je verstand
Sommige mensen dachten dat je met je verstand alles kon begrijpen en verklaren (=verlichting). Je moest zelf denken en niet zomaar geloven wat de kerk of andere autoriteiten zeiden. Het Christendom zei dat de mens leefden om God te dienen, terwijl de verlichting juist beweerde dat de mens leefde om gelukkig te worden en dat kon bereiken met zijn verstand. (Deïsme= geloven dat God de wereld heeft geschapen, maar zich er niet meer mee bemoeit. Atheïsme= niet geloven in een god.)
Verlichte politieke denkbeelden
De verlichting zorgde ervoor dat mensen gingen denken dat iedereen gelijk was en gelijke rechten moet hebben: mensenrechten. Het absolutisme was gebaseerd op de gedachte dat de koning zijn macht van God kreeg. Maar volgens Locke kreeg hij het macht van het volk. Als hij zijn macht misbruikte of niet geschikt was mocht het volk in opstand komen. Om machtsmisbruik te voorkomen ontwierp Montesquieu de driemachtenleer(trias politica). Verlichte filosofen stelden tegenover de ongelijkheid van de standenmaatschappij en de onvrijheid van het absolutisme de rechtsstaat. Daarin moest iedereen, ook de koning, zich aan de wet houden.
Boeken en genootschappen
Twee schrijvers wilden in 1751 aan een project beginnen: de Encyclopédie. Ze wilden alle kennis ordenen en bekend maken bij het publiek. Zo zouden ze de onwetendheid en domheid bestrijden die de oorzaak was van veel ellende. Steeds meer burgers werden zich bewust van de onredelijke ongelijkheid in de standenmaatschappij en van de onvrijheid van het absolutisme.
4.2 Revolutie in Amerika
Onvrede in de Britse kolonies
De bevolking in de Britse kolonies in Noord-Amerika groeide in de 18e eeuw veel. Het grootste deel was in Amerika zelf geboren en alleen via de voorouders verbonden met Europa. De Amerikanen voelden zich dus steeds minder Brits en wilden zoveel mogelijk zelf beslissen. Dit ging goed, omdat de regering in Londen zich nauwelijks met hun bemoeiden. Maar Groot-Brittannië had veel geld verloren door de oorlog met Frankrijk, daarom besloten ze om nieuwe belastingen te heffen. De Amerikanen moesten meebetalen. Dit leidde tot woede. Als ze belasting moesten betalen, wilden ze ook stemrecht. 'No taxation without representation'.
Democratische revolutie
De sfeer tussen moederland en kolonies was slecht. Daardoor kon iets onbelangrijks uiteindelijk aanleiding zijn tot een definitieve breuk. In 1773 nam het Britste parlement de Tea Act aan. Een Brits bedrijf mocht dan zonder invoerrechten thee in de kolonies verkopen. Dit was niet nadelig voor de Amerikanen, maar ze waren wel boos dat Groot-Brittannië zich weer met hen bemoeide. Daarom smeten ze 's nachts alle balen thee van de schepen (=Bosten Tea Party). De parlementen van de kolonies besloten samen te gaan werken tegen Groot-Brittannië. Ze vormden het Continentaal Congres. In 1775 was het eerste gewapende gevecht. Hiermee begon de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog. Het was de eerste democratische revolutie in de geschiedenis.
De onafhankelijkheidsverklaring
Op 4 juli 1776 ondertekenden de vertegenwoordigers van de 13 kolonies de Onafhankelijkheidsverklaring. De verklaring geeft de politieke idealen van de verlichting mooi weer. De Amerikanen wonnen hun onafhankelijkheidsoorlog (met hulp van Spanje en Frankrijk). In 1783 erkende de Britse regering de onafhankelijkheid van de nieuwe staat: VS.
Eerste democratische grondwet
De VS werd een federatie, een verbond tussen staten. Een centrale regering zou beslissen over oorlog en vrede en andere gemeenschappelijke zaken, maar de staten mochten veel zelf regelen. In 1789 kwam de eerste grondwet. De trias politica werd toegepast.
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
B.
B.
Wow. Thanks, scheelt me heel veel tijd. Geen tijd om een account te maken, anders had je nog een 10 erbij.
9 jaar geleden
AntwoordenB.
B.
Aan het einde staat dat de slavernij in Nederland op 1 juli 1865 werd verboden, dit was 2 jaar eerder op 1 juli 1863 gebeurd.
9 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
holy shit, echt super bedankt! Hier heb ik echt suuuuper veel aan!
8 jaar geleden
AntwoordenC.
C.
OMG! Scheelt me een heleboel tijd! Heel erg bedankt!
8 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
Geweldig gedaan, dit scheelt me zoveel tijd.
Ik heb geen account, anders had je ook van mij een tien gekregen.
8 jaar geleden
AntwoordenI.
I.
Oke
5 jaar geleden
K.
K.
WoW echt veel aan dit ik heb morgen namelijk een SO over paragraaf 1,2 en 3 THNX
6 jaar geleden
AntwoordenH.
H.
makkelijk als je de boek gaat overtypen
6 jaar geleden
AntwoordenD.
D.
hoe maak jij dan een samenvatting? In je fkng fantasie wereld ofz
5 jaar geleden
I.
I.
Thx
5 jaar geleden
AntwoordenB.
B.
Superchill dit , thanks
5 jaar geleden
AntwoordenL.
L.
in de alinea;"gebruik je verstand" staat "Het Christendom zei dat de mens leefden om God te dienen". Dit moet zijn de europese kerk leerde dat de mens leefde om God te dienen
5 jaar geleden
AntwoordenJ.
J.
te lange trauma's en koma's
5 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
Super fijn om mee te leren scheelt heel veel tijd heb proefwerkweek dus komt goed uit
4 jaar geleden
AntwoordenB.S.
B.S.
Goede samenvatting!
2 jaar geleden
Antwoorden