Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Hoofdstuk 7, Griekse en Romeinse geschiedenis

Beoordeling 7
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas vwo | 1650 woorden
  • 21 januari 2003
  • 69 keer beoordeeld
Cijfer 7
69 keer beoordeeld

Forum Hoofdstuk 7
Griekenland
1. Myceense beschaving  1600-1200 v.c. • Myceners waren Grieken. Rond 2000 binnengevallen. Rond 1600 begon bloeitijd  Myceense beschaving (naar stad Mycene) • Myceners slaagden erin Knossos te veroveren (15 – 16e eeuw) • Schrift: lineair-B • Rond 1200 begon ondergang combi van: - zwakke economie - onderlinge rivaliteit tussen vorsten - invallen in noorden • loop 11e eeuw: Myceense beschaving geheel ten einde. Doriërs vallen binnen. • Na ondergang: donkere eeuwen. 2. Argaische tijd 750-500 v.c. • Opkomst poleis  stadsstaten ( oligargische staatsvorm) • Door bevolkingsgroei: gebiedsuitbreiding - verovering omliggende gebieden - stichten kolonies  nieuwe poleis • door handel: sociale verhoudingen veranderen • ook spanningen tussen aristocraten. • Tirannen grijpen de macht • Rond 650: spanningen in Athene • 590: Solon - scheldt schulden kwijt - deelt bevolking op in 4 groepen op grond van bezit en niet op geboorte - positie volksvergadering wordt sterker • elite had nog steeds overheersende rol. • Economie niet veranderd • 546: Peisistratos doet staatsgreep, volk staat achter hem • Peisistratos: - reorganiseert enkele religieuze feesten  meer national gevoel - creëerde werkgelegenheid • na zijn dood (528) volgen zoons Hippias en Hipparchus hem op • Hipparchus in 514 door tirannendoders Harmodius en Aristogitor vermoord • 510: doek voor Hippias valt • strijd tussen aristocraten laait weer op  Keisthenes overwint • Kleisthenes verdeelde Attica in 10 phylen
uit elke phyle: 50 mannen voor de boule

door loting aangewezen • boule: dagelijks bestuur
Sparta • bevolking: 3 groepen - Spartiaten  burgerrecht - Perioiken  omwonenden - Heloten  onderworpen bevoking • jongens van 7: door staat opgeleid tot soldaten • Sparta in 6e eeuw sterkste staat • bestuur - leiding: Gerousia  28 mannen 60+ - 2 koningen: weinig macht - volksverg. (Apella)  weinig invloed - Ephoren: dagelijks bestuur
Grieken in Klein Azië • steden in Ionië hadden voorsprong: 7e en 6e eeuw: grote bloei (m. n. in Lydie) • voorsprong ook op cultureel gebied: eerste filosofen, zoals Thales • 6e eeuw: Griekse steden verloren onafhankelijkheid: onderworpen door Lydie • 547: Lydie verslagen door Perzie
Ionische opstand: 500-494 v.c. • Ioniers door perzen in zeeslag verslagen • Ioniers steun van Athene
3. Klassieke periode: 500-323 v.c. • Darius wilde Athene innemen 490 slag bij Marathon. Atheners verslaan Perzen • 480: eerst verliezen voor Grieken bij Thermopylae
bij Salamis wordt vloot Xerxes vernietigd • 479: slag bij Plataeae: landleger Perzen verslagen • Atheners bevrijdden Ionische steden van perzen • Atheners richten Attische-Delische zeebond op • 464: opstand Heloten in Sparta • 461: oorlog Sparta – Athene • Atheners 12 jaar op 2 fronten: Sparta en Ionie • 449: vrede met Perzie • 446: vrede met Sparta • 446-431: hoogtepunt Atheense bloei - leider: Perikles
Peloponnesische oorlog: 431-404 v.c. • 431: Spartanen trekken Attica binnen - Atheners binnen lange muren - pest breekt uit en Perikles sterft in 429 • 421: vrede (voor 8 jaar) • 415: Alkibiades zorgt voor expeditie Athene naar Sicilie -maar Alkibiades is betrokken bij schandalen  vlucht naar Sparta • Spartanen bieden steun aan door Athene belegerde Sicilie • 413: 2e fase oorlog • Atheense leger werd verslagen • 405: slag bij Aigospotamoi  vloot Athene verslagen
ondergang vrije stadsstaten 404-338 v.c • Athene herstelde snel na nederlaag • Thebe komt op • 371: slag bij Leuctra: Sparta door Thebe verslagen  heloten bevrijd • 338: Philippus van Macedonie onderwerpt Griekenland in slag bij Chaeronea • Grieken worden door Macedonie verengd in Corintische bond • 336: Philippus vermoord
4. Alexander de grote en hellenistische rijken • Alexander volgt zijn vader Philippus op • 334: Klein Azië: verslaat leger Perzische stadhouders • 333: Issus: verslaat Perzische hoofdmacht onder Darius III • in maanden erna: Alexander verovert Phoenicie en Egypte  stad Alexandrie • 331perzie verslagen in slag bij Gaugemela • 325: bij Indus: leger weigert verder te gaan • 324: keert terug in Babylon • 323: Alexander overlijdt
Hellenisme • na dood Alexander: rijk valt uiteen en generaals voeren machtsstrijd • belangrijke rijken die ontstaan: - Ptolemaeenrijk in Egypte; Ptolemaeus I - Seleucidenrijk in Azië; Seleucus I - Macedonie; Antigonus - rond 260 komt los van Seleucidenrijk; Pergamum; Attalus

ondergang Hellenistische rijken • 200: Romeinen richten zich op Hellenistische rijken • in 4 oorlogen worden koningen van Macedonie verslagen • 146: heel Macedonie en Griekenland ingelijfd • 133: Pergamum wordt door Romeinse rijk geerfd • 64: Seleuciden door Pompeius als Syria ingelijfd • 30: Egypte verliest onafhankelijkheid doordat Cleoparta en Antionius verslagen worden door Octavianus
Rome
1. koningstijd 753-509 v.c. • 753: Rome wordt gesticht door Romulus en Remus • 1e koning: Romulus • laatste 3 koningen: Etrusken • onder Etrusken: Rome echte stad  Forum Romanum
2. eerste fase republiek
standenstrijd en onderwerping Italië • 500: laatste (wrede) koning Tarquinius Superbus wordt verdreven • belangrijke functies koning worden 2 consuls
standenstrijd • spanningen tussen 2 standen: - patriciers  hadden grond in bezit en bestuur en rechtspraak - plebejers  hadden weinig rechten • plebejers wilden einde aan armoede - 494: oprichting instituut van de volkstribunen (functionarissen die recht van veto hadden over maatregelen consuls en andere magistraten) - 450: gewoonterecht vastgelegd in wetten van de 12 tafelen - 367: 1 van beide consuls: plebejer - 287: door ‘lex hortensia’ eind standenstrijd  besluiten vergadering plebejers kregen kracht van wet
machtsverhoudingen • formeel macht: volksvergadering - kostenbeheerders - namen besluiten over wetsvoorstellen die magistraten voorlegden • magistraten - 1 jaar in functie - altijd minstens 1 collega  macht beperkt • feitelijk senaat meeste macht, hoewel adviesorgaan was - macht door gezag  hoofden van aanzienlijke families (o.a. belangrijke oud-magistraten) - clientela systeem: senatoren waren patroni van clientes  kregen materiele steun, patroni kregen stem van clientes • uit oude patricische families en rijke plebejische families: nobiles  consuls uit deze klasse
Ambten: zie boek
Strijd om machten in Italie • Latijnse stammen en Aequi, Vocsci en Samnieten geduchte vijanden • 386: Rome verwoest door Galliers • begin 3e eeuw: Rome verslaat vijanden - heel Italie ten zuiden po van Romeinen • 270: Griekse steden in zuiden onderworpen • nog 2 grootmachten over: Rome en Carthago (N-Afrika) 3. Romeinen veroveren Middellandse Zee gebied 270-133 v.c. Rome en Carthago: strijd grootmachten 264-146 • totaal 3 oorlogen  Punische oorlogen • Carthagers (Puniers) verloren 1e oorlog - Ssicilie  van Romeinen - later ook Sardinie en Corsica • onder leider van 1e Punische oorlog Hamilcar Barcas verovert Carthago groot deel Spanje • 218-201: 2e Punische oorlog - Romeinen legden schuld bij Carthagers  zouden zich niet aan verdragen hebben gehouden • Hannibal trekt door Alpen en valt N-Italie binnen • grote nederlagen Romeinen, o.a. Cannae (216) • Romeinse bondgenoten lopen over naar Hannibal, ook koning Macedonie, Philippus V • Romeinen behalen successen in Spanje en bezitten zeeen rond Italie  Hannibal niet goed te bevoorraden  Romeinen beginnen te winnen • 207/206: Cornelius Scipio eindigt Carthaagse dreiging • 204: Scipio steekt met leger over naar Afrika • 202: bij Zama  Hannibal door Scipio verslagen • 201: vrede getekend • Rome heersende macht Middellandse Zee gebied • 149-146: 3e Punische oorlog • Carthago economisch goed hersteld maar leger niet • toch waren Romeinen nog steeds bang • oorlog bestond uit belegering Carthago - in het derde jaar werd stad verwoest - overlevenden als slaven verkocht
Rome en Hellenistische wereld • militaire confrontatie begint in 215 door verdrag Macedonie met Hannibal • 4 Macedonische oorlogen  146 Macedonie en Griekenland bij Rome ingelijfd • 133: Romeinen erven Pergamum  provincie Asia • Romeinen komen in aanraking Griekse cultuur - artsen en huisleraren komen naar Rome - filosofie - leer van de Stoa en Epicurus

4. crisis en burgeroorlog 133-31 v.c. sociale omwentelingen • grote maatschappelijke veranderingen door oorlogen - zelfstandige boeren  velen dood door oorlog - na: er kwamen grootgrondbezitters
hervormingsvoostellen • 133-121: broers Tiberius en Gaius Gracchus willen grootgrondbwezit beperken en grond verdelen over bezitloze proletariers • groot deel senaat tegen • broers werden vermoord door tegenstanders • twee politieke stromingen: - populares: ideeen van broers, werkten via volksvergadering wegens onvoldoende steun senaat - optimales: werkten via senaat
burgeroorlog • popularis Marius: maakte beroepsleger • 88/87: senaat wil Sulla als commandant leger, volksvergadering wil Marius • Sulla overwint • 82: Sulla laat zich tot dictator uitroepen - laat positie optimaten versterken • 79: Sulla trekt vrijwillig terug • 49: strijd tussen Ccaesar (populares) en Pompeius (optimaat) - strijd eindigt met dood Pompeius - Caesar wordt alleenheerser • 44: Caesar door groep senatoren o.l.v. Brutus en Cassius vermoord
5. einde republiek • 43: driemanschap: Antomius, Octavianus en Lepidus  orde op zaken stellen - doden tegenstanders (o.a. redenaar Cicero) • 42: slag bij Philippi: moordenaar Caesar door Antonius en Octavianus verslagen • 37: Antonius trouwt Cleoparta • 31: zeeslag bij Actium: Antonius en Cleopatra verslagen  plegen zelfmoord • Octavianus nu heerser, republiek ten einde
6. eerste eeuwen keizerrijk
Augustus 27 v.c. – 14 n.c. • Octavianus had veel gezag en status • 27: Octavianus krijgt titel Augustus (de verhevene) van senaat • voor de vorm is Rome republiek, maar macht komt meer en meer bij Augustus • Augustus wilde vrede aan grenzen • toen Augustus in 14 stierf, was alleenheerschappij stevig gegrondvest
culturele bloei onder Augustus • groot aantal tempels gebouwd • kunst en literatuur grote bloei - Vergilius, Horatius, Livius
Augustus’ opvolgers: Julisch-Claudisch huis 14-68 • 14-37: stiefzoon Tiberius neemt plaat Augustus in • 37-41: achterneef van Tiberius, Caligula volgt op - wordt door samenzweerders vermoord • 41-54: oom Claudius volgt op - voegde provincie Brittannia toe • 48: Claudius besluit zijn vrouw Messalina ter dood te veroordelen vanwege een verhouding en plannen tot het vermoorden van Claudius en een staatsgreep • Claudius trouwt zijn nicht Agrippina - stiefzoon Nero wordt opvolger  Agrippina vergiftigt Claudius • 54-68: keizer Nero • 59: Nero laat moeder vermoorden • 64; enorme brand in Rome  Nero laat kolossaal paleis bouwen • 65: samenzwering tegen keizer ontdekt • 68: legers in opstand  steun aan Galba  keizer
vierkeizerjaar 68/69 • Galba aan macht door keizerlijke garde (praetorianen) • Otho wint praetorianen voor zich en laat Galba doden • in Germanie wordt Vittelius tot keizer uitgeroepen • Otho in N-Italie verslagen  zelfmoord • troepen in oosten  Vespasianus als keizer

Flavische dynastie 69-98 • Vespasianus sober en doelmatig beleid • begonnen bouw Colosseum • 79-81: zoon Titus volgt op • 81-96: andere zoon Domitianus volgt op - wordt vermoord door samenzweerder o.l.v. zijn vrouw en 2 officieren van keizerlijke garde • 96-98: Nerva wordt door senaat als opvolger aangewezen
adoptiekeizers 98-192 • in 2e eeuw; opvolging via adoptie geregeld • 98-117: keizer Trajanus  romeinse rijk grootste omvang • 117-138: keizer Hadrianus • 138-161: keizer Antonius Pius • 161-180: keizer Marcus Aurelius: breekt met traditie adoptie • 180-192: Commodus, zoon van Aurelius, keizer - zeer slecht keizer - 192: Commodus vermoord - strijd om de troon
7. late keizertijd 193-476
derde eeuw: dynastie severi en soldatenkeizers • machtsstrijd gewonnen door Septimus Severus • dreiging aan grenzen • 235: aan alle grenzen oorlog - economie hard achteruit - geen algemeen erkende machthebber • halve eeuw lang: tientallen keizers en tegenkeizers • die steunden op leger  soldatenkeizers • 284-305: keizer Diocletianus macht stevig in handen - Romeinse rijk gesplitst in oost en west
4e en 5e eeuw: christendom, volksverhuizing en val westromeinse rijk • begin 4e eeuw: troepen roepen Constantinus tot keizer • verovert alleenheerschappij over hele rijk • 306-337: Constantinus wordt bekend als Constantijn de grote • 313: Constantijn aanvaardt het christendom • 380: christendom wordt staatsgodsdienst • oost en west drijven uit elkaar • rond 400: rijk definitief in tweeen • 476: laatste Romeinse keizer afgezet • 1453: hoofdstad oostromeinse rijk, Constantinopel, wordt ingenomen en rijk is ten einde.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.