H.5 par.2 spanningsbronnen

Paragraaf 2 spanningsbronnen.

Je hebt altijd een spanningsbron nodig om een stroomkring te maken. Accu’s en batterijen noem je chemische spanningsbron. Dat komt omdat door een chemische reactie stroom wordt opgewekt. Als de batterijen of accu’s niks meer doen is er geen spanning neer op de spanningsbron. In een chemische spanningsbron heb je altijd:
•2 elektroden(gemaakt van 2 verschillende geleidende stoffen)
•Een elektrolyt(een geleidende stof)


De batterijen hebben giftige stoffen bijv. kwik, daarom horen lege batterijen bij het kleine giftige afval. Daarom kun je beter oplaadbare batterijen halen, ze gaan veel langer mee en zijn beter voor het milieu. Een dynamo is een heel ander soort spanningsbron dan een batterij of een accu. De spanning bij de dynamo wordt opgewekt door een magneet langs een wiel te laten draaien. van een stopcontact wordt de spanningsbron opgewekt door generatoren. Op een batterij staat welke spanning er op staat. Spanningsgrote wordt aangegeven met volt (v). een spanningsmeter wordt ook wel voltmeter genoemd. Een spanning van 6 volt kun je maken door vier staafbatterijen van 1,5 volt op de goede manier in de serie te schakelen: de min-pool van de ene batterij tegen de plus-pool van de andere batterij. Laagspanning (onder de 20 volt) is niet gevaarlijk. Spanning van het licht met kan wel gevaarlijk op de elektriciteitsdraden kan 380 000 volt p staan dat is dus wel gevaarlijk. Voor hoogspanning wordt dan ook altijd gewaarschuwd. Een transformator kan hoge spanning naar lage spanning omzetten. Ook een voedingskastje bevat een transformator. Hiermee verlaagt hij de 230 volt tot ongeveer tussen de 0 en de 30. het kan ook omgedraaid dat de laagspanning hoge spanning wordt. Want een transformator werkt alleen op wisselspanning.