Little Buddha (1993)

Inleiding
Dit verslag gaat over de film ‘little Buddha’.We hebben de film bekeken in een paar lessen en daarbij aantekeningen gemaakt.

Lama Norbu is met een groep monniken opzoek naar de reïncarnatie van een grote boeddhistische leraar lama Norbu. In Amerika vinden ze een jongen genaamd Jesse Conrad in Seatlle, en ze denken dat hij de reïncarnatie is die ze zoeken. Jesse is erg geïnteresseerd in het leven van de monniken en de manier van leven, maar zijn ouders daarentegen zijn een stuk minder blij met het bezoek. Als lama Norbu vraagt of Jesse mee mag naar Bhutan om te kijken of hij echt de reïncarnatie is die ze zoeken keren zijn ouders zich tegen de monniken en lama Norbu. Dean conrad, jesse’s vader, veranderd zijn gedachten als plotseling een college en goede vriend zelfmoord pleegt. Dean ziet in dat er belangrijkere dingen in het leven zijn dan werk en geld. Dean stemt toe dat Jesse mee mag naar Bhutan op voorwaarde dat hij mee mag. Tijdens de reis maken ze een tussenstop ik Nepal, daar worden nog twee andere kinderen gevonden die eventueel een reïncarnatie van lama Dorje kunnen zijn, Raju en Gita.

Als ze op weg zijn naar Bhutan verteld lama Dorje het verhaal van Gautama Boeddha, dat is een soort tweede film in de hoofdfilm. In het verhaal gaat een Hinduprins genaamd Siddhartha op pad om zijn doel te bereiken. Hij wordt verhindert door een demon, Mara. Mara probeert Boeddha te verleiden door zijn knappe dochters op hem af te sturen, dit mislukt. Daarna probeert hij Boeddha nog te hinderen met intimidatie, bedreigingen en een leger monsters. Boeddha verslaat dit leger door middel van geduld en tolerantie.


Eenmaal aangekomen in Bhutan wordt gekeken door middel van een test of de drie kinderen, Jesse, Raju en Gita, de reïncarnatie zijn van lama Dorje. Het blijkt dat elk van hem een ander deel is van lama Dorje. Raju is zijn lichaam, Gita zijn stem en Jesse is zijn geest.

De scènes in Amerika hebben een soort blauwe omgeving en als de film zich afspeelt in Bhutan, India en Nepal hebben de scènes een rood oranje omgeving.


De verhaallijnen
Lama Norbu
Lama Norbu is een boeddhistische leraar en is op zoek naar de reïncarnatie van zijn grote boeddhistische leraar Lama Dorje. Lama norbu verteld aan een groep kinderen een verhaal over een geit, de priester wilde zijn keel doorsnijden maar de geit begon opeens te lachen en vertelde hem dat nadat hij 499 keer was herboren als een geit hij nu herboren zou worden als een mens. Nadat hij het verhaal verteld had kreeg hij een brief, hij had al 9 jaar op deze brief gewacht, de reïncarnatie van lama Dorje is misschien gevonden. Hij gaat naar Seattle en ontmoet een jongen Jesse die mogelijk de reïncarnatie is. Wanneer ze terug keren naar Bhutan komen ze in Nepal nog twee kinderen tegen die mogelijk de reïncarnatie zijn. Omdat hij al op leeftijd is komt hij steeds meer tot de conclusie dat hij waarschijnlijk niet meer meemaakt wie de reïncarnatie is.
Nadat ze het toch gevonden hebben sterft wanneer hij voor een lange tijd gemediteerd heeft.
Lama Norbu (links)

Lama Dorje
Lama Dorje is eigenlijk de aanleiding van de film, heel de film zijn ze opzoek naar zijn reïncarnatie.

Siddhartha
Prins Siddartha leeft in een omgeving waar alles goed is, hij kent geen leed en pijn en kent de dood niet. Maar hij wil weten hoe de mensen leven buiten zijn omgeving en laat zich buiten zijn omgeving dragen. In eerste instantie lijkt alles er vredig uit te zien, alle mensen zijn blij. Maar opeens tussen alle mensen zag hij iets wat hij nog nooit eerder gezien had. Hij vroeg wat voor mensen het waren. Het antwoord daar op was: het zijn dezelfde mensen als ons, alleen ze zijn oud. Prins hiddartha vroeg zich af wat oud was. Opeens worden de oude mensen weggehaald en de Prins doet zijn mantel en zijn kroon af en gaat ze achterna. Prins Siddhartha ziet voor het eerst in zijn leven leed en armoede. Hij beseft dat zelf koningen ziek kunnen worden. Als hij mensen ziet die erg ziek zijn en die dood gaan wil hij zien wat dood is. Ze gaan naar een begrafenis waarbij de nabestaande zingen en water over het hoofd van de overledene gooien en zingen, daarna verbranden ze hem. Hij keert terug en vraagt aan zijn vader waarom hij gelogen heeft over al deze dingen. Hij kan niet meer leven in de vredige omgeving wanneer hij weet dat er zoveel mensen lijden. Siddartha wil een antwoord vinden voor het leed, en hij wil vertrekken. In de nacht neemt hij een paard en ontsnapt.
Hij komt aan bij een bos, knipt zijn haar af. Wanneer hij langs een boom loopt buigt de boom naar beneden net als bij zijn geboorte. Voor 6 jaar leefde Siddartha en zijn volgelingen in stilte en hadden nooit het bos verlaten. Op een dag hoorde Siddartha een oude muziekant praten tegen zijn mensen ‘if you tighten the string too much it will snap, and if you leave it to snap it won’t play. Hij realiseerde dat de woorden een waarheid droegen en dat hij al die jaren het verkeerde pad had gevolgd. Hij liep naar een rivier en liet er een kommetje in drijven en zegt: als ik het kan bereiken laat dit kommetje dan tegen de stroom ingaan en dat gebeurt. Siddarta gaat mediteren onder een boom maar hij wordt verhindert door een demon, Mara. Mara probeert Boeddha te verleiden door zijn knappe dochters op hem af te sturen, dit mislukt. Daarna probeert hij Boeddha nog te hinderen met intimidatie, bedreigingen en een leger monsters. Boeddha verslaat dit leger door middel van geduld en tolerantie.


Jesse, Raju en Gita
Jesse, Raju en Gita zijn normale kinderen die alle drie mogelijk de reïncarnatie zijn van lama Dorje. Jesse is in het begin een gewoon jongentje die naar school gaat maar als hij met zijn vader naar Bhutan gaat leert hij steeds meer over het boeddhisme. Net zoals Raju en Gita, de kinderen gaan steeds meer met elkaar om en Gita is er erg zeker van dat zij de reïncarnatie van lama Dorje is. Met z’n drieën zijn ze in Bhutan om uit te zoeken wie de echte reïncarnatie is.

De ouders van Jesse (Dean en Lisa Conrad)
De ouders van Jesse zijn eerst helemaal tegen het idee dat Jesse naar Bhutan gaat en vinden wedergeboorte onzin, ze geloven er niet in. Als Dean Conrad toch besluit met Jesse naar Bhutan te gaan gaat hij het steeds meer accepteren. Lama Norbu legt hem uit wat reïncarnatie is door een kopje thee. Thee in een kopje is natuurlijk thee, maar als het kopje breekt en de thee op de grond ligt wat is het dan? Juist nog steeds thee. Bij reïncarnatie is het lichaam anders maar de geest nog steeds hetzelfde.

Lama Norbu overlijdt
Lama Norbu is er achtergekomen wie de reïncarnaties van Lama Dorje zijn en besluit op een boeddhistische manier te overlijden. Wanneer hij is overleden zie je later, op het einde van de film, dat de moeder van Jesse in verwachting is. Is dit de reïncarnatie van Lama Norbu?


Waar komen de verhaallijnen elkaar tegen? Door welke oorzaak?
De verhaallijnen van Lama Norbu, Jesse, Raju, Gita en Dean en Lisa Conrad komen elkaar tegen omdat Lama Norbu opzoek is naar de reïncarnatie van Lama Dorje en op deze manier de mensen bij elkaar brengt. Om te weten wie nou de echte reïncarnatie is laat hij Jesse, Raju en Gita testjes doen zoals een hoed laten kiezen uit vier hoeden waarvan er één van Lama Dorje is geweest. Alle drie kiezen ze de goede hoed zo komt Lama Norbu er achter dat ze alle drie een reïncarnatie zijn van Lama Dorje. Als hij dit weet besluit hij te overlijden op een uitzonderlijke manier, door middel van meditatie. Na zijn dood strooien Jesse, Raju en Gita alle drie op een andere manier het as van Lama Norbu uit. Jesse doet dit door een schaaltje met as in het water te leggen en het mee te laten drijven met de stroming (dit symboliseert het symbool water). Gita bindt het schaaltje aan een soort ballon en laat het as mee waaien met de wind (dit symboliseert het symbool lucht). en Raju strooit het as uit over het land (dit symboliseert aarde)

De verhaallijn van Siddartha en de 3 kinderen raken elkaar als ze in de tuin van Gita aan het spelen zijn vlak onder de boom. Ze zien Siddartha mediteren onder een boom en zien de drie tests die hij moet doorstaan van de demon Maya. Wanneer Siddartha de verlichting heeft bereikt vallen er bloemblaadjs van de de boom naar beneden. Als de verhaallijn van Siddartha weer terug keert naar de verhaallijn van de drie kinderen en het weer in het gewone beeld is zie je nog steeds bloemblaadjes vallen en proberen de kinderen er een paar te vangen.



De drie fasen van het leven van Boeddha
De eerste fase van Boeddha werd Boeddha geboren in 563 v. Chr. in een bos, zijn moeder was Koningin Maya. Ze gaf hem de naam Siddartha. Maya wist dat hij een grote leider zou worden wanneer hij op zal groeien, dit weet ze omdat de geboorte pijnloos verliep en op de plek van zijn voetstappen groeide een lotus. Siddartha had een goudgele huis en kon al vrijwel meteen praten. Omdat zijn vader wist dat hij een grote leider werd beschermde zijn vader hem tegen het leed in de wereld en zorgde hij dat Siddartha alles kreeg wat hij wou. Het ging zo ver dat Siddartha het paleis niet uit mocht omdat hij dan zou zien wat voor leed de wereld kende. Op een dag hoorde hij een vrouw zingen over de mooie wereld waar ze naar terug verlangt, hierdoor wil Siddartha de rest van de wereld zien. Wanneer hij twee oude mannen volgt maakt hij kennis met ouderdom, ziekte, pijn en de dood. Hij wil een antwoord vinden op het leed dat de mensen lijden en het verdriet verlichten. Hij verlaat zijn vrouw en pasgeboren zoon en vertrekt.

In de tweede fase ontmoet Siddartha in het bos een volk genaamd de Asceten, de Asceten vullen hun dag met mediteren en zoeken naar verlichting. Het volk draagt bijna geen kleding en wanneer een man de jas van Siddartha vraagt geeft Siddartha hem de jas en liep verder het bos in. Er stond een boom en die bewoog net zoals bij de geboorte. Plotseling begint het te regenen als Siddartha aan het mediteren is, de Asceten zijn om hem heen gaan zitten. Uit het bos komt er een cobra en buigt over hem heen om hem tegen de regen te beschermen. Wanneer het stopt met regenen verdwijnt de slang weer terug het bos in. De Asceten worden de volgelingen van Siddartha. Na 6 jaar mediteren komt Siddartha er achter dat hij het verkeerde pad heeft gevolgd. Hij probeert zijn volgelingen mee te krijgen maar die voelen zich verraden.

In de derde fase mediteert Siddartha onder een bodhiboom wordt hij op de proef gesteld door 5 meisjes, de dochters van Maya, en een gesprek met Maya die zich voordoet als het spiegelbeeld in het water van Siddartha. Siddartha doorstaat deze testen allemaal en bereikt hierdoor de verlichting. Vanaf die dag staat Siddartha eigenlijk bekend als Boeddha. De rest van zijn leven geeft hij les aan zijn leerlingen tot aan tachtig jarige leeftijd. Hij stierf rond 480 v. Chr. aan voedselvergiftiging. Bij zijn dood werd hij omringd door zijn leerlingen.


De leer van Boeddha
Het uitgangspunt van de leer van Boeddha is een goede middenweg vinden. Als je je leven te uitbundig leeft wordt je daar niet gelukkig van, dit betekent niet dat je al het genot uit de weg moet gaan want volgens de leer van Boeddha wordt je van beide gelukkig als je de juiste middenweg maar vindt. Je bent pas verlicht als je in het nirwana komt.

In de leer van Boeddha zijn de vier grote waarheden erg belangrijk:
1. Er is lijden (Dukkha) .
We zijn allemaal vergankelijk, niemand kan de dood ontlopen. Zelfs de mensen die een heel goed leven hebben kunnen lijden. Hun geluk is tijdelijk. Ze kunnen bijvoorbeeld te maken krijgen met:
- armoede, honger, ziekte en ouderdom
- angst, verdriet, wanhoop en haat.

Met de term Dukkha wordt voor het grote deel het pijnlijke karakter met de wereld bedoeld.

2. Er is een oorzaak van het lijden.
De verlangens zijn de oorzaak (tanha) en hebben drie vormen

- Het verlangen naar zintuiglijke ervaringen.
- Manifestatiedrang
- Vernietigingsdrang

3. Het beëindigen van het lijden
Het loslaten van je verlangens en openstaan voor realiteit. Dan leef je in onvoorwaardelijke toewijding aan het bestaan. Verlossing van het lijden heet verlichting (nirvana).

4. Er is een pad dat leidt tot opheffing van het lijden.
Het achtvoudige pad.
Dit pad voert van (samsara) naar (nirvana):

o De juiste inzichten (overeenkomstig met de vier waarheden).
o De juiste bedoelingen (zonder bezitsdrang, wreedheid of boosheid)
o De juiste woorden (geen leugens, roddels, laster of ruwe taal)
o Het juiste handelen (geen geweld tegen mensen of dieren, niet stelen, geen leedvermaak.
o De juiste levenwijze (een eerlijk en heilzaam beroep)
o De juiste inspanning (inzet om het heilzame te bevorderen)
o De juiste aandacht (alert zijn voor het hier en nu)

o De juiste concentratie (op het hier en nu of op een heilzaam object)
Het achtvoudige pad is zowel helend en vaststellend

Boddhisatva’s is het geen dat niet alleen de Boeddha verlichting kan bereiken, maar zo ook de mens.

De verlichting is eigenlijk waar het om gaat, je wil de verlichting bereiken. Verlichting is de uitkomst van de goede kennis en een goede inzicht van de natuur van alles wat echt bestaat of plaatsvindt. De grote vier waarheden helpen hierbij. Het achtvoudig pas is een weg naar verlichting.

Een boeddhist vindt zijn rust in meditatie, het is een methode om je eigen geest te ontwikkelen. In het boeddhisme kan meditatie in twee onderdelen worden onderscheiden: inzichtmeditatie en concentratiemeditatie.

In de boeddhistische literatuur duidt soetra een toespraak van de Boeddha aan. Een chant is het ritmisch spreken of het zingen van woorden of geluiden, vaak op één of twee hoogtes of tempo’s.

Bij het boeddhisme geloven ze in wedergeboorte ook wel reïncarnatie genoemd. Ze geloven dat als je overlijdt je terug komt in een nieuwe verschijning. De wedergeboorte maakt ook deel uit van de samsara, dit is een cyclus van de dood en dat de wedergeboorte geen begin of einde kent totdat iemand het nirwana bereikt heeft.
Het Theravada is het geen dat opgevolgd wordt na de boeddhistische leer. De lering van de Theravada focust zich vooral op de vier edele waarheden en het achtvoudige pad. In de lering wordt een beschouwing van de natuur en van de eigen geest benadrukt.
Het mahayana is een van de hoofdstromingen van het Boeddhisme. Hierin staat centraal dat ieder mens de verlichting kan bereiken.