Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Het Quater Horse

Beoordeling 8
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 2580 woorden
  • 25 maart 2003
  • 29 keer beoordeeld
Cijfer 8
29 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Het Quarter Horse

Het Quarter Horse is het eerste echte Amerikaanse ras. Het is een warmbloed paard en wordt voor alle rijstijlen gebruikt: westernrijden (ook hierin alle onderdelen), dressuur, springen, cross-country, military en het Quarter Horse wordt zelfs voor de kar gespannen.
Het Quarter Horse is in 2000 benoemd tot het paard van het jaar. Het is het meest geliefde ras op aard. Het stamboek van Quarter Horses telt meer dan 3.000.000 paarden over de hele wereld. Het Quarter Horse heeft zijn naam te danken aan zijn prestaties op de renbaan. Het Quarter Horse is namelijk het snelste paard op de Quarter Mile. Vandaar zijn naam.
Het Quarter Horse werd ook op het land gebruikt. Vooral bij veehouders. Quarter Horses blijken namelijk instinctief te weten hoe ze vee moeten hoeden. Ze worden ook veel gebruikt bij 'Cutting', een onderdeel in de westernsport.


Geschiedenis

Het Quarter Horse werd ontwikkeld in de 17e eeuw, toen Britse en Europese kolonisten hun paarden meenamen naar het nieuwe land Amerika. De Iberische en oosterse paarden die in de 15e en 16e eeuw meegenomen waren door de conquistadores, hadden in de kolonies al een grote plaats ingenomen, in het wild en tam gemaakt.
Vanwege het gevarieerde Noord-Amerikaanse klimaat, kan elk ras wat er bestaat wel overleven. Vele kolonisten hadden hun interesse voor paardenrennen uit geboorteland meegenomen, en lieten hun paarden en pony's over de dorpstraten en paden tegen elkaar racen. Deze races duurden ongeveer een kwart mijl, vandaan ook de naam "Quarter Horse".
De paarden moesten aanvankelijk een aantal eigenschappen ontwikkelen, maar in de loop der tijd begon men meer een type te fokken (met de paarden van de kolonisten), die zo snel mogelijk vanuit start een korte afstand konden sprinten. De beste paarden die zo konden springen noemde men 'Quarter Pathers', en werden speciaal voor de fok van dergelijke paarden. Later liet men deze paarden op speciale korte renbanen sprinten.
De paarden werden bekend om hun cow sence; ze leken instinctief te weten hoe ze vee moesten hoeden. Daarom begon men steeds meer met de paarden veewerk te doen. Hoewel vroeger het paard veel voor dergelijk werk werd gebruikt, wordt hij tegenwoordig meestal voor de show gebruikt. Het echte veedrijven gebeurt al lang niet meer.
Geschiedkundigen houden trouwens vol dat het paard afstamt van Spaanse Paarden, Cayuses, Galloways, Hobbies, en ga zo maar door. Je kunt in elk geval wel stellen dat het paard onder invloed heeft gestaan van meerdere rassen. Voor het Western rijden worden over het algemeen bepaalde rassen gebruikt, omdat deze het beste voldoen aan de eisen, die gesteld worden aan het werken met paarden in de specifieke westernstijl. Uiteraard wil dit niet zeggen, dat andere paarderassen niet voor het Western rijden geschikt zijn. Het is in principe mogelijk elk willekeurig paard te trainen in de Western stijl.In Nederland zijn met name drie paardenrassen populair in de westernsport: het Quarter Horse, Paint Horse en Amerikaanse Appaloosa. Van oorsprong zijn deze kleine paarden uiters geschikt voor het western rijden vanwege hun gespierdheid en karakter. In Nederland zijn dan ook diverse fokkers gespecialiseerd in het fokken van deze rassen. Elk van deze rassen hebben in Nederland een eigen organisatie, Deze organisaties zijn afgeleid van de amerikaanse organisaties en staan met hen in direkte verbinding.

REINING.

De reining is een van de spectaculairste onderdelen van het western rijden.Bij het onderdeel moet de ruiter laten zien dat hij totale controle heeft over elke beweging van het paard.
De ruiter moet 1 van de 10 AQHA-parcoursen rijden, waarbij het paard word beoordeeld op, netheid, wendbaarheid, rust in combinatie met snelheid. (zie bijlage 1)
In de proef zitten: sliding stops , rollbacks, spins en galopchangementen en snelheidsbeheersing op de grote en kleine cirkels in de galop.
Elke ruiter begint met 70 punten.

De Jury trekt punten af voor slecht gereden onderdelen en als het paard zijn mond te ver open doet of zijn hoofd te ver omhoog houd tijdens de sliding stop. Ook worden er punter afgetrokken als het paard niet vloeiend stopt of als de galopchangementen niet goed gaan.
De Jury geeft extra punten als het parcour erg goed gereden word.

Behalve Reining bestaat er ook Free Style Reining! bij de free style reining zijn de deelnemers meestal verkleed en de proef moet gereden worden op muziek. Elke deelnemer mag zijn eigen parcour samenstellen maar er zitten wel verplichte onderdelen in. De minimale tijd van de proef is 1 minuut en de maximale tijd is 4 minuten.

Onderdelen in de westernsport
Halter
Pleasure
Cutting
Reining
Trail
Western Riding
Barrel Race
Pole Bending
Team Penning
Working Cowhorse
Hunter under Saddel
Horsemanship
Showmanship at Halter

Harnachement

Een ander duidelijk kenmerk van de westernsport is de uitrusting en de kledij van de ruiter. Dit bestaat vaak uit een spijkerbroek en eventueel chaps. Daarboven wordt een blouse gedragen (in de reining, aan het wapperen van de blouse kun je de snelheid zien), in wat rustigere onderdelen zoals trail worden door amazones vaak wat strakkere kleding gedragen. Ook is een hoed verplicht. Verder is het een totaal ander zadel. Ook de hoofdstellen verschillen van die in de dressuur. Zo hebben we in de western one-ear en two-ears hoofdstellen, en zit er vaak geen neusriem aan de hoofdstellen.
Trainen

Over het trainen van westernpaarden valt weinig te zeggen. Natuurlijk heb je in de western veel andere hulpen die je het paard geeft, maar het trainen van die hulpen gaat in principe hetzelfde als bij het trainen van een paard dat dressuur loopt.

Lichaamsbouw

Het ideale Quarter Horse is een gedrongen en behoorlijk gespierd paard. Met een breedgebouwde achterhand, lange brede gespierde schouders en een aanzienlijke romp. De spieren in de borst moet vanaf de voorkant een omgekeerde V weergeven. De voorbenen zijn voorzien van korte pijpbeenderen. Verder is het paard het liefst zo klein mogelijk (ook weer niet te klein natuurlijk), zodat het paard goed te wenden is. Maar dit is natuurlijk de ideale Quarter Horse. Zo lopen natuurlijk niet alle Quarter Horses erbij. De doorsnee Quarter Horse heeft wat minder bepiering. Verder heeft het een wat slankere bouw. Ook zijn er een aantal Quarter Horses die erg groot zijn. Ze kunnen wel uitlopen tot boven de 1.70m. Hier worden ook wedstrijden mee gereden en dikwijls gewonnen, maar het makkelijkst is een klein paard.
De stokmaat van Het Quarter Horse varieert van 1.52m tot 1.63m. Het Quarter Horse heb je in alle kleuren: sorrel, chestnut, bay, buckskin, dun, palomino, gray en black. Alle effen kleuren worden opgenomen in het Quarter Horse stamboek. Bonte Quarter Horses kunnen alleen in het Paint Horse stamboek worden opgenomen.

Voeding

We verdelen het voer in bepaalde groepen:
Geconcentreerd voer
Supplementen
Ruwvoer
Snoepjes
De voeding voor een paard is een van de belangrijkste dingen. Het paard krijgt op die manier zijn vitaminen en mineralen binnen. De snoepjes zijn daarentegen gewoon voor het lekkere en dienen als beloning. Ook zorgt het juiste voer voor het tegengaan van stalontdeugden. Hierbij spreek ik over grof voer, wat iets moeilijker te behappen is. Het houdt ze bezig, en dat zorgt ook voor een goede spijsvertering door de gedoseerde toevoeging van eten aan de maag.

Haver:

Haver heeft een vezelachtig omhulsel van graan dat het kauwen stimuleert, dit voorkomt dat het paard te snel eet en daarom ontstaan er minder snel spijsverteringsproblemen. Haver wordt in gekneusde vorm gevoerd. Twee of drie weken na het pletten verliest de haver zijn voedingswaarde al, haver moet dus voor die tijd op zijn. Haver heeft een lage calciumfosforverhouding, vandaar dat het wel nodig is om een calciumsupplement bij te voeren. Sommige paarden kunnen echter erg hitsig en moeilijk hanteerbaar van worden, haver is dus niet voor ieder paard geschikt.


Geconcentreerd voer

Geconcentreerd voer houdt in dat het voer al allerlei vitaminen en mineralen in zich heeft. We onderscheiden het geconcentreerde voer.
Biks, zogenaamde donkerbruine brokken die veel paarden te eten krijgen.
Gerst, je ziet het niet vaak maar toch heeft dit voer een enorme energie-inhoud. Let wel op bij het voeren. Ook maar een kleine wijziging aan de hoeveelheid van het voer tast de voedingswaarde aan.
Grof voer, wat grotere brokken. Het is te vergelijken met biks. Maar dit voer vergt iets meer tijd bij het verorberen. Dit is zeer goed voor de spijsvertering sinds deze meer tijd heeft voor het verteren van een bepaalde hoeveelheid voer.
Haver, haver is erg veel gebruikt omdat de voedingswaarde niet aangetast wordt door de hoeveelheid die je je paard geeft. Haver heeft namelijk een lage energie-inhoud.
Lijnzaad, niet echt het beste voedsel. Ongekookd lijnzaad is giftig. Het moet uren worden gekookt tot de zaden zijn gebarsten. Bovendien werkt het laxerend.
Luzerne brokjes daarentegen is wel goed voer. Het bevat veel vitaminen, mineralen, calcium en vezels.
Maïsvlokken, heeft heel erg veel voedingswaarde van zichzelf. Fabrikanten reduceren dit vaak, dit leidt tot rustiger gedrag van het paard.
Suikerbieten, is goed voer voor je paard. Je kunt het op verschillende manieren opdienen. Je kunt er pulp van maken, je kunt het in brokvorm geven en je kunt ze weken. Let echter wel op!!! Suikerbieten moet je altijd eerst weken totdat ze hun maximale uitzettingsomvang hebben bereikt. Wanneer deze nat worden zetten zij namelijk uit. Ook door speeksel. Dit kan verstikking veroorzaken!

Biks:

Biks is eigenlijk een mengeling van de verschillende krachtvoersoorten in brokvorm. Het is een mengvoeder dat aan hoge wetenschappelijke eisen voldoet. Er zijn allerlei speciale soorten biks verkrijgbaar, voor veulens, voor fokmerries, voor sportpaarden en noem maar op. Biks is heel handig voor iemand die weinig ervaring heeft met voeren. het garandeert goede kwaliteit en het bespaard veel denk- en gokwerk.


Gerst:

Gerst heeft een hoge energiewaarde, maar bevat weinig vezels. Gerst kan gekneusd of in de vorm van vlokken gevoerd worden. Het kan ook als warme pap gegeven worden, door kokend water over de vlokken uit te gieten. Gerstkorrels mogen nooit heel gevoerd worden, tenzij ze eerst gekoeld zijn om ze zachter te maken, anders zijn ze onverteerbaar. Gerst kun je zacht maken door er kokend water overheen te gooien en dan te wachten tot de korrels gebarsten, gezwollen en zacht zijn geworden.

Lijnzaad:

Dit is het zaad van de vlasplant, het is raak aan olie en is goed voor de paardenvacht. Lijnzaad is giftig als het niet eerst gekookt wordt. Eerst wordt het lijnzaad in koud water een nacht lang geweekt. De volgende dag wordt nog wat water toegevoegd. Daarna moet het lijnzaad gekookt worden, na het koken moet het nog een paar uur zachtjes sudderen. Als de gelei is afgekoeld, kun je het voeren.

Maïs:

Maïs heeft een hoog zetmeelgehalte, maar bevat weinig eiwitten en vezels. Maïs wordt meestal in vlokvorm, of in hele kleine stukjes gevoerd. Paarden raken er hitsig van en maïs moet dan ook in kleine hoeveelheden gevoerd worden.

Zemelen:

Zemelen zijn een bijproduct van tarwe, zemelen zijn vezelrijk en worden vaak aan paarden gevoerd die niet hoeven te werken of weinig eiwitten mogen hebben. Ze kunnen droog en in kleine hoeveelheden vermengd met ander voer of als pap gevoerd worden.
Zemelenpap maak je door er een handje zout bij te doen en er kokend water overheen te gieten, de emmer af te dekken en de pap te laten stomen en afkoelen.

Suikerbieten:

Deze bieten zijn een goed verteerbare bron van energie en vezels. Ze hebben een goede calciumfosforverhouding en zijn een goede aanvulling op graan. Suikerbietenpulp (de resten van de biet nadat de suiker eraf is) wordt in fijngesneden of in korrelvorm geleverd. Voordat de pulp gevoerd wordt, moet deze tenminste 12 uur geweekt worden in de verhouding water: voer 2:1. Korrels kunnen een langere weektijd en meer water nodig hebben. Het is erg belangrijk dat de pulp echt goed geweekt is, anders zwelt het op in de paardenbuik.


Melasse:

Melasse is een bijproduct van suiker. het heeft een donkere kleur en het kleeft, maar het smaakt wel lekker. Melasse kan in kleine hoeveelheden aan het voer toegevoegd worden. Het geeft energie, verbetert de conditie en stimuleert moeilijke eters.

Supplementen

Geef je paard nog meer vitaminen en mineralen door supplementen aan zijn reguliere voer toe te voegen, sommige supplementen hoef je niet door het voer te mengen. Ik geef hier een paar voorbeelden.
Liksteen, een steen waar veel zout uit gehaald kan worden. Je paard kan er aan likken wanneer het zin heeft. Zorgt ook weer voor tijdverdrijf.
Wortelen en fruit. Deze supplementen zijn altijd al veel gebruikt. De paarden vinden ze heel lekker en er zit heel veel voedinswaarde in. Bovendien nog goedkoop ook. Zorg echter wel dat de wortelen niet in zijn geheel worden opgegeten. Snijd ze in de lengte door of maak er blokjes van. Zo kunnen er geen stukken in de keel blijven steken.
Levertraan, een supplement dat door het voer kan worden gemengd. Het bevat veel vitaminen en mineralen.
Melassa, een goed middel om droog en stoffig voer minder droog en stoffig te maken. Ook worden er vaak medicijnen in combinatie met melassa gevoerd.
Maïsolie, kan ook aan het voer worden toegevoegd. Heeft een krachtgevende werking. Wordt veel gebruikt bij wedstrijdpaarden die geen krachtvoer krijgen.

Paardensnoepjes
Paardensnoepjes mogen alleen gegeven worden bij goed gedrag. Wanneer je een paard uit de wei probeert te lokken of in de stal wilt pakken, gebruik dan geen snoepjes. Zo wordt het verkeerde gedrag beloond. Je hebt verschillende snoepjes. Je kunt ook fruit of wortelen als snoepjes geven. Suikerklontjes doen het ook altijd goed. Geef deze wel met mate.

Ruwvoer

Ruwvoer is een andere naam voor hooi. Dit is iets anders dan stro(!!!). Stro wordt gebruikt als bodembedekking en kan niet worden gegeten. Hooi daarentegen wordt wel gebruikt voor het opeten. Let er altijd op of het hooi GOED is! Het moet goed gedroogd zijn, groen/bruin van kleur zijn en zoet ruiken. Het moet tevens glanzen en veerkrachtig zijn. Goed hooi komt van speciaal gezaaid gras. Er zitten allerlei vitaminen en mineralen in.

Een aantal manier om hooi te voeren:
In een hooinet (zie plaatje links). Hang het niet te laag (het paard kan er met zijn benen in blijven steken), en niet te hoog (het paard kan bij het eten van het hooi stof in zijn ogen krijgen). Hang het op ooghoogte van het paard.
Op de grond. Het paard moet eten op een natuurlijke manier. Helaas gaat er wel veel hooi verloren omdat het paard er doorheen loopt en verstrooit.
In een ruif: werkt in principe precies hetzelfde als een net.
In een bak. Er gaat niets van het hooi verloren en het blijft netjes bij elkaar. Kost je wel wat ruimte.

Er zijn twee soorten hooi, graszaadhooi en weidehooi.
Graszaadhooi:
Graszaadhooi is geschikt voor paarden die hard moeten werken, het is voedzamer dan weidehooi. Het wordt gemaakt van grassoorten van goede kwaliteit, zoals raaigras en timotheegras.

Weidehooi:
Weidehooi komt van weilanden, het voelt zachter aan, is groener en heeft een grotere variatie aan planten dan graszaadhooi. Over het algemeen is dit hooi geschikter voor paarden die licht werk verrichten.

Kuilgras:
Een ander soort ruwvoer is kuilgras, het is luchtverdicht verpakt gras, in een grote plastic baal. Het is verkrijgbaar in verschillende voedingswaarden en het is geschikt voor paarden met ademhalingsproblemen. Kuilgras kan zowel vermengd worden met hooi, als voor een vervanging van hooi dienen.


Luzerne:

Verder is er ook nog fijngehakt hooi. Het is in kleine stukken gehakt en het bestaat of helemaal uit hooi, of voor eenderde uit haverstro. Het wordt aan paarden gegeven om het kauwen te bevorderen, of om de spijsvertering te stimuleren.

Kracht voer

Er zijn veel verschillende soorten krachtvoer. Welk krachtvoer je aan je paard geeft, hangt af van verschillende omstandigheden. Hieronder worden een aantal krachtvoersoorten besproken.

REACTIES

F.

F.

Hallo, ik lees in het werkstuk dat graszaad hooi meer voedingswaarde heeft dan weidehooi. Dit is absoluut niet waar.graszaad hooi heeft b.v 341gr. VEP per kg product en weidehooi heeft 546gr. VEP oer kg product.Bij eiwit heeft gr.zaadhooi 24gr tegen88gr bij weide hooi. De droge stof is het zelfde.Groeten Frits.

16 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.