Op 12 juni 1929 wordt Anne Frank geboren in Frankfurt in Duitsland. Anne heeft een zusje, Margot, dat drie jaar ouder is. De familie Frank is joods. in 1933 komt Adolf Hitler aan de macht, de leider van de Nationaalsocialisten (nazi's). Veel joden verlaten Duitsland. De familie Frank gaat in Amsterdam wonen. In 1939 begint dan de 2e wereld oorlog en op 10 mei 1940 valt het Duitse leger Nederland binnen. Op haar dertiende verjaardag krijgt Anne een dagboek. Een maand later duikt de familie Frank in het Achterhuis: een huis achter het kantoor van Annes vader op de Prinsengracht. De onderduikers worden geholpen door mensen van het kantoor: Miep Gies, Bep Voskuijl, Johannes Kleiman en Victor Kugler. De eerste tijd schrijft Anne alleen voor zichzelf. Totdat de minister van Onderwijs in een radio-uitzending uit Londen vertelt dat na de oorlog een inameling van dagboeken en brieven zal worden gehouden. Anne begint dan met het herschrijven van haar dagboek. Daarin schrijft ze dat ze het liefst journaliste of een beroemd schrijfster wil worden. 'Na de oorlog wil ik in ieder geval een boek getiteld "Het Achterhuis" uitgeven, of dat lukt blijft nog de vraag, maar mijn dagboek zal daarvoor kunnen dienen.' Op 1 augustus 1944 schrijft Anne voor het laatst in haar dagboek. Drie dagen later worden de onderduikers gearresteerd, ze zijn verraden. Het dagboek blijft achter op het onderduikadres. Zeven maanden later in het kamp in BergenBelsen in Duitsland, sterven de twee zusjes aan tyfus. Van alle onderduikers keert alleen Otto Frank na de oorlog terug. Hij zorgt ervoor dat het dagboek wordt uitgegeven. Nu is het dagboek in 55 talen vertaald. Inmiddels hebben miljoenen mensen "het Achterhuis" al gelezen.