Maatschappijleer samenvatting periode 2 (hoofdstuk 3)
De begrippen staan er al wel, maar de betekenis kun je zelf opzoeken in je boek
Basiselementen voor democratie (alleen in rechtstaat):
1. Algemeen kiesrecht
2. Grondwet en invloed kunnen uitoefenen
Centraal staan de waarden vrijheid en gelijkheid
Belangen
Belangrijkste kenmerken democratie staan in de grondwet:
1. Algemeen kiesrecht
2. Regelmatige verkiezingen, nieuw parlement
3. Vrijheid van meningsuiting
4. Vrijheid van vereniging en vergadering
5. Machtenscheiding
Directe en indirecte politiek
In een dictatuur zijn de inwoners geen burgers maar onderdanen
Sociale voorwaarden voor democratie, de kans dat het goed gaat in een democratie is groot als:
1. Er sprake is van een gunstige sociaaleconomische ontwikkeling
2. Sociaal economische gelijkheid
3. Sprake is van een democratische politieke cultuur, ook tolerantie belangrijk
4. Burgers zich verenigen in organisaties
5. Militairen geen invloed hebben op de politiek
6. De staat goed functioneert
7. Geen hevige conflicten tussen etnische groepen
Ideologieën
Politieke stroming
Een politieke partij is een groep mensen die:
1. Ideeen heeft over belangrijke beleidsterreinen, samen het programma
2. Kandidaten stelt bij verkiezingen
Links en rechts
Communisme
Fascisme
Liberalisme
Socialisme
Christendemocratie
Populisme
Elke vier jaar kan er rechtstreeks gestemd worden voor:
- De tweede kamer
- De Provinciale staten
- De gemeenteraad
- Deelgemeenten
- (in de vijf jaar) europees parlement
Actief kiesrecht
Passief kiesrecht
Zwevende kiezers
Evenredige vertegenwoordiging
Districtenstelsel
Constitutionele monarchie
Regering
Kabinet
Ministerraad
Miljoenennota
Coalitieregering
Regeerakkoord
Parlement
Staten- Generaal
2e en 1e kamer
Regeringspartijen
Oppositiepartijen
Fractie
Voor de wetgeving heeft het parlement een aantal rechten:
- Begrotingsrecht
- Tweede kamer Amendement- meerderheid van stemmen veranderingen in wetvoorstellen
- Tweede kamer initiatief
Weg van wetsontwerp tot wet:
1. Regering maakt wetsontwerp
2. Regering zendt ontwerp naar 2e kamer, vragen stellen aan minister
3. Merendeel stemt voor uit 2e kamer- voorstel gaat naar 1e kamer
4. Minister en koningin ondertekenen
Om de regering te controleren beschikken de tweede en eerste kamer over de volgende middelen of rechten:
- Mondelinge of schriftelijke vragen aan de regering
- Interpellatie over belangrijk onderwerp- spoeddebat
- Een enquête, uitgebreid onderzoek instellen.
Kabinetscrisis
Gedecentraliseerde eenheidsstaat
Autonomie !! krijg je ook maar staat niet tussen de begrippen
Medebewind !! krijg je ook maar staat niet tussen de begrippen
Gedeputeerde staten wordt gekozen door provinciale staten samen met commissaris van koningin
B en W heeft dagelijkse lijding over gemeente
Intergouvernementele organisaties
Supranationale organisaties
Vijf politieke functies van de media:
1. De informatiefunctie
2. De platform- of spreekbuisfunctie
3. De controlefunctie
4. De commentaarfunctie
5. De onderzoeksfunctie
Bij voorbereiding van besluiten spelen ambtenaren een rol, het ambtenaren apparaat wordt bureaucratie of vierde macht genoemd (naast de wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht)
Ambtenaren en politici worden vaak benaderd door pressiegroepen. Die verschillen op twee punten van politieke partijen:
1. Richten zich op een deel van het overheidsbeleid
2. Doen niet mee aan verkiezingen
Belangengroepen
Lobbyen
Politieke cultuur
Politieke participatie
Individualisering
Succes in de politiek behaal je door:
- Doorzettingsvermogen
- Goede organisatie
- Kennis van zaken
Referendum
Voor een goed functionerende democratie zijn nodig:
1. Hoge deelname bij verkiezingen
2. Respect voor de grondrechten
3. De ervaring dat de politiek en democratie belangrijk zijn
De begrippen staan er al wel, maar de betekenis kun je zelf opzoeken in je boek
Basiselementen voor democratie (alleen in rechtstaat):
1. Algemeen kiesrecht
2. Grondwet en invloed kunnen uitoefenen
Centraal staan de waarden vrijheid en gelijkheid
Belangen
Belangrijkste kenmerken democratie staan in de grondwet:
1. Algemeen kiesrecht
2. Regelmatige verkiezingen, nieuw parlement
3. Vrijheid van meningsuiting
5. Machtenscheiding
Directe en indirecte politiek
In een dictatuur zijn de inwoners geen burgers maar onderdanen
Sociale voorwaarden voor democratie, de kans dat het goed gaat in een democratie is groot als:
1. Er sprake is van een gunstige sociaaleconomische ontwikkeling
2. Sociaal economische gelijkheid
3. Sprake is van een democratische politieke cultuur, ook tolerantie belangrijk
4. Burgers zich verenigen in organisaties
5. Militairen geen invloed hebben op de politiek
6. De staat goed functioneert
7. Geen hevige conflicten tussen etnische groepen
Ideologieën
Politieke stroming
Een politieke partij is een groep mensen die:
1. Ideeen heeft over belangrijke beleidsterreinen, samen het programma
2. Kandidaten stelt bij verkiezingen
Links en rechts
Fascisme
Liberalisme
Socialisme
Christendemocratie
Populisme
Elke vier jaar kan er rechtstreeks gestemd worden voor:
- De tweede kamer
- De Provinciale staten
- De gemeenteraad
- Deelgemeenten
- (in de vijf jaar) europees parlement
Actief kiesrecht
Passief kiesrecht
Zwevende kiezers
Evenredige vertegenwoordiging
Districtenstelsel
Constitutionele monarchie
Regering
Kabinet
Ministerraad
Miljoenennota
Coalitieregering
Regeerakkoord
Parlement
Staten- Generaal
2e en 1e kamer
Regeringspartijen
Oppositiepartijen
Fractie
Voor de wetgeving heeft het parlement een aantal rechten:
- Begrotingsrecht
- Tweede kamer initiatief
Weg van wetsontwerp tot wet:
1. Regering maakt wetsontwerp
2. Regering zendt ontwerp naar 2e kamer, vragen stellen aan minister
3. Merendeel stemt voor uit 2e kamer- voorstel gaat naar 1e kamer
4. Minister en koningin ondertekenen
Om de regering te controleren beschikken de tweede en eerste kamer over de volgende middelen of rechten:
- Mondelinge of schriftelijke vragen aan de regering
- Interpellatie over belangrijk onderwerp- spoeddebat
- Een enquête, uitgebreid onderzoek instellen.
Kabinetscrisis
Gedecentraliseerde eenheidsstaat
Autonomie !! krijg je ook maar staat niet tussen de begrippen
Medebewind !! krijg je ook maar staat niet tussen de begrippen
Gedeputeerde staten wordt gekozen door provinciale staten samen met commissaris van koningin
Intergouvernementele organisaties
Supranationale organisaties
Vijf politieke functies van de media:
1. De informatiefunctie
2. De platform- of spreekbuisfunctie
3. De controlefunctie
4. De commentaarfunctie
5. De onderzoeksfunctie
Bij voorbereiding van besluiten spelen ambtenaren een rol, het ambtenaren apparaat wordt bureaucratie of vierde macht genoemd (naast de wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht)
Ambtenaren en politici worden vaak benaderd door pressiegroepen. Die verschillen op twee punten van politieke partijen:
1. Richten zich op een deel van het overheidsbeleid
2. Doen niet mee aan verkiezingen
Belangengroepen
Politieke cultuur
Politieke participatie
Individualisering
Succes in de politiek behaal je door:
- Doorzettingsvermogen
- Goede organisatie
- Kennis van zaken
Referendum
Voor een goed functionerende democratie zijn nodig:
1. Hoge deelname bij verkiezingen
2. Respect voor de grondrechten
3. De ervaring dat de politiek en democratie belangrijk zijn
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden