Erfelijkheid en voorbehoedsmiddelen

Beoordeling 3.7
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 3e klas vmbo | 1082 woorden
  • 2 september 2008
  • 6 keer beoordeeld
Cijfer 3.7
6 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Geslachtelijke voortplanting

Geslachtelijke voortplanting is voortplanting die plaats vindt doordat twee verschillende individuën van een soort hun DNA combineren in een nieuw individu.
De meest voorkomende vorm van geslachtelijke voortplanting is die waarbij twee verschillende seksen bestaan in de soort en waarbij reproductie alleen kan plaatsvinden door een combinatie waarbij één individu van elke sekse betrokken is.
De combinatie van DNA is alleen mogelijk doordat bij de voortplantingscellen het aantal chromosomen is gehalveerd. Dit proces heet meiose. Soorten die zich ongeslachtelijk voortplanten hebben geen meiose, maar een mitose.

Sommige soorten zijn hermafrodiet.
Voortplanting, ook wel reproductie genoemd, is het proces waarbij een levend wezen voor het voortbestaan van de soort zorgt.

De twee belangrijkste vormen van voortplanting zijn:

• Geslachtelijke of seksuele voortplanting: een proces waarbij verschillende organismen van een soort een combinatie maken van hun genetische materiaal (DNA) en daarmee een jong individu maken.

• Ongeslachtelijke voortplanting of aseksuele voortplanting: een proces waarbij een enkel organisme van een soort een kopie van zichzelf maakt. Het enige genetische verschil tussen de twee individuen die dan ontstaan wordt veroorzaakt door mutaties.

Sommige wezens, zoals de mens (geslachtsrijp na de puberteit), produceren weinig jongen. Anderen planten zich veel sneller voort, maar als de jongen niet met een speciale behandeling worden beschermd sterven de meesten van hen voordat ze volwassen worden. Een konijn (geslachtsrijp na 8 maanden) kan 10-30 jongen per jaar voortbrengen. Een krokodil (geslachtsrijp na 15 jaar) kan 50 jongen per jaar voortbrengen. Een fruitvliegje (geslachtsrijp na 10-14 dagen) kan 900 nakomelingen krijgen.
De drijvende kracht achter de evolutie naar minder nakomelingen is dat deze organismen meer tijd aan het nageslacht kunnen besteden, en ze kunnen beschermen zodat minder nakomelingen nodig zijn om het voortbestaan van de soort te garanderen.

Voorbehoedsmiddelen

Als je zwangerschap wilt voorkomen, is de pil het veiligste middel. Om soa te voorkomen is een condooms het veiligst. Condooms zijn als je geoefend bent ook veilig voor zwangerschap. Omdat de kans aanwezig blijft dat er iets fout gaat, kun je het beste zowel condooms als de pil gebruiken.

Condooms

Door veilig te vrijen bescherm je jezelf maar ook de ander. Het beste is om altijd een condoom te gebruiken. Het condoom is een dun hoesje, meestal gemaakt van rubber, dat om een stijve penis past en je het beste beschermt tegen aids en soa

De pil

De pil beschermt je tegen ongewenste zwangerschap. Je krijgt met de pil extra hormonen binnen, waardoor de maandelijkse eisprong wordt onderdrukt en er geen eitje vrijkomt. Daarnaast wordt de binnenwand van de baarmoeder ongeschikt voor innesteling van een bevrucht eitje en het slijm in de ingang van de baarmoeder wordt ondoordringbaar voor zaadcellen.

Je slikt de pil 21 dagen per maand. Als de strip leeg is, volgt er een pauze van 7 dagen. In die periode krijg je een bloeding. Na die periode begin je weer aan een nieuwe strip.
Je kunt de pil verkrijgen bij de apotheek met een recept van de huisarts of een arts van de Rutgers Stichting. De pil biedt alleen bescherming tegen zwangerschap. Om je tegen aids en seksueel overdraagbare aandoeningen (soa) te beschermen moet je ook een condoom gebruiken!

Je bent niet goed tegen zwangerschap beschermd als je:
• de pil onregelmatig slikt (als je dagen vergeet en op één dag daardoor meerdere pillen moet slikken)
• langer dan zeven dagen gestopt bent
• korter dan zeven dagen geslikt hebt
• net na het slikken van je pil hebt overgegeven of diarree hebt gehad.
Gebruik dan altijd een condoom!

De prikpil

De prikpil wordt één keer in de drie maanden ingespoten en bevat een hormoon dat er op drie manieren voor zorgt dat je niet zwanger wordt:
1. je hebt geen eisprong
2. de baarmoederwand wordt ongeschikt voor innesteling van een bevrucht eitje
3. de baarmoedermond wordt minder toegankelijk voor zaadcellen.

De prikpil heeft ook nadelen. De injectie werkt ongeveer drie maanden; je kunt dus niet tussentijds stoppen. Daarnaast kan het lang duren voor je zwanger wordt als je stopt met de prikpil.

Het vrouwencondoom

Net als een gewoon condoom vangt het vrouwencondoom zaadcellen op en houdt ze uit de vagina. Het beschermt tegen een ongewenste zwangerschap, aids en soa.

Het vrouwencondoom is een sterk, doorzichtig zakje. Het is 17 cm lang en heeft een binnen- en een buitenring. De binnenring en het grootste gedeelte van het zakje zitten in de vagina. De buitenring bedekt de schaamlippen. De penis komt dus niet in aanraking met de vaginawand of de schaamlippen.
Het voordeel van het vrouwencondoom is dat je het lang voordat je gaat vrijen in de vagina in kunt brengen. En je hoeft het ook niet direct uit te doen na het vrijen.

Het pessarium

Een pessarium zorgt ervoor dat de baarmoedermond wordt afgesloten zodat er geen sperma naar binnen kan. Het is een rubber koepeltje met in de rand een buigzame ring. Op het pessarium breng je zaaddodend middel aan. Dit samen brengt je in je vagina in voordat je gaat vrijen. Het beschermt je tegen ongewenste zwangerschap, maar niet tegen aids of soa!
Het pessarium mag pas acht uur na de gemeenschap verwijderd worden! Bij gebruik van een zaaddodend middel blijft sperma namelijk nog acht uur leven. Je kunt het pessarium bij je huisarts of een arts van het Rutgershuis aan laten meten.

Het spiraaltje / Mirena

Het spiraaltje zorgt ervoor dat je niet zwanger wordt. Het is een plastic voorwerp van enkele centimeters, omwonden met koper. Dit koper zorgt ervoor dat je niet zwanger wordt. Een arts moet het in de baarmoeder plaatsen. Het gaat bij het spiraaltje om drie effecten:
1. het baarmoederslijmvlies wordt ongeschikt voor de innesteling van een bevruchte eicel
2. de bevruchte eicel gaat dood door de rechtstreekse werking van het koper op de eicel en de reactie van het baarmoederslijmvlies op het koper
3. zaadcellen worden door de inwerking van het spiraaltje ongeschikt gemaakt voor de bevruchting van de eicel.
Het spiraaltje haal je bij je huisarts of een arts van de Rutgers Stichting.
Een variatie op het spiraaltje met koper is Mirena.

Mirena bevat geen koper maar een hormoon. Dat hormoon zorgt ervoor dat het slijm van de baarmoederwand nagenoeg ondoorgankelijk wordt voor sperma. Ook kan er geen innesteling plaatsvinden in het slijmvlies van de baarmoeder. Mirena wordt ingebracht door een arts. Het wordt nog niet vergoed door het ziekenfonds.

Implanon

Door middel van een plastic buisje wat in je bovenarm wordt geplaatst, komt de progestageen stof langzaam in je bloed. Door de stof ontstaat er geen eisprong en het slijm van de baarmoedermond wordt minder toegankelijk voor zaadcellen. Implanon kan hooguit drie jaar blijven zitten. Dan moet het opnieuw ingebracht worden door een arts of een gynaecoloog.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.