Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Concentratiekamp

Beoordeling 5.8
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 1582 woorden
  • 15 april 2008
  • 20 keer beoordeeld
Cijfer 5.8
20 keer beoordeeld

INHOUD

Inleiding
Hoofdstuk 1: Het leven
Hoofdstuk 2: De dagindeling
Hoofdstuk 3: De kleding
Hoofdstuk 4: Het eten
Hoofdstuk 5: De straffen
Hoofdstuk 6: Titus Brandsma
Hoofdstuk 7: De bevrijding
Hoofdstuk 8: Tijdlijn

INLEIDING

Concentratiekampen waren in de Wereld Oorlog II kampen waar een bepaalde soort mensen in gevangen werden gehouden. Bijv. Joden. Één van de concentratiekampen in Duitsland was het kamp Dachau. Dit kamp, dicht bij München, was één van de eerste kampen in Duitsland. Er werden er nog veel meer gebouwd waar heel veel mensen in gevangen zijn gehouden.

HET LEVEN

De mensen die in concentratiekampen zaten hadden het héél erg zwaar. Veel gevangenen hebben het niet overleefd.


De mensen die in het kamp werkten (niet de gevangenen maar soldaten) hadden het de gevangenen moeilijk gemaakt.

De gevangenen hadden zo goed als nooit rust. Als ze in bed lagen werden ze soms weer uit bed gehaald om te werken. Na het werken waren ze erg moe en moesten ze vies weer hun bed in. Als ze eenmaal weer in bed lagen werden ze eruit gehaald om gestraft te worden. Ze werden dan gestraft omdat ze vies in hun bed lagen.

DE DAGINDELING

De dag voor de gevangenen begon erg vroeg. Meestal stonden ze rond vier uur op. Ze kregen dan even de tijd om te wassen en even naar het toilet te gaan. Daarna kregen ze namaakkoffie of thee.

Daarna kregen de gevangenen een appèl, dat is een controle of iedereen er nog was. Ze telden iedereen. Zelfs de zieken en de doden van de afgelopen nacht. Daarna begon het werk.

De standaard werktijd was twaalf uur, van zes uur tot zes uur, daar moest de reistijd nog bij opgeteld worden. De reis was vaak erg lang, te voet heen en te voet terug. Omdat de fabrieken waar de gevangenen werkten vaak zover weg waren werden er soms kleine kampen bijgebouwd. Deze kampen noemden men buitencommando’s.

Dit werk was vaak erg zwaar voor een gevangenen. Vaak moesten ze ook dit zware werk verrichtte. Dit waren zij niet gewend en trokken dit bijna niet.
Hun nachtrust werd ook vaak onderbroken door luchtalarmen. Daardoor werd het werk nog zwaarder voor de gevangenen.

Er werd zes dagen in de week gewerkt. Zondag hadden de gevangenen vrij. Toch was er op zondag meestal ook wel wat te doen. Zoals: sneeuwruimen, schoonmaken of nummers opnaaien. Er werden ook wel schonen hemden uitgereikt en iedere gevangene kon naar de kapper. Ook werd er op luizen gecontroleerd.

DE KLEDING

In instantie droegen de gevangenen gestreepte kleding maar omdat er telkens gevangenen bij kwamen moesten ze normale kleding (kleding wat vele mensen droegen) gaan dragen. Omdat ze te snel kleding uit gingen reiken hadden sommigen mensen een te grote of te kleine maat. De mensen met een te grote maat hadden geluk. Die konden hem door de mouw of broekspijp om te slaan op hun eigen maat maken. De mensen met een te kleine maat hadden geen geluk. Sommige delen van het lichaam konden dan niet bedekt worden. Dit was de bedoeling van de SS´ers ( bepaalde soort mensen van de Duitsers in de Tweede Wereld Oorlog). De gevangenen moesten mensen worden die niks waard waren. Ze moesten ver beneden de SS´ers zijn. Een gevangenen die het slecht had en bijna uithongert was vonden de SS´ers geweldig. Het was dan ook niet zo handig om gek te doen tegen een SS´er. Dan was je de pineut en lieten ze je nog harder werken.


Doordat op de kleding van een gevangen twee lappen stof waren genaaid konden de soldaten zien dat het een gevangenen was. Er werd een witte lap met het gevangenennummer op de kleding genaaid. Ook werd er een driehoek op genaaid, daaraan konden de mensen zien uit welk land de gevangenen kwam. De F voor Frankrijk, de B voor België, de H van Hollander enz. Ook was de driehoek gekleurd. Aan de kleur kon worden gezien wat voor soort mensen het waren. Meestal hadden de gevangenen een rode driehoek, die stond voor een politieke gevangen. De beroepsmisdadigers hadden een groene driehoek en de homoseksuele hadden roze driehoeken. De asociale hadden zwart en de jehova’s getuigen hadden paars.

HET ETEN


Eerst kregen de gevangenen stamppot maar later werden het steeds kleinere maaltijden. Op een gegeven moment bestond het eten uit een liter soep. De soep was water met een stukje wortel en knolraap. Als ontbijt kregen de gevangenen een stukje brood. Veel van de gevangenen probeerden dat stukje tot de volgende dag te bewaren maar vaak lukte dat niet omdat het soms ‘s nachts gestolen werd door de anderen. Wel was er ’s ochtends een liter nagemaakte koffie of thee. Maar dat was niet genoeg om van te leven. Op sommige feestdagen kwam er soms wat beters als anders op tafel, zoals macaronisoep. Normaal was het mogelijk brieven of voedsel van mensen te ontvangen, maar dat werd steeds moeilijker. Er waren jaren mensen die heel erg honger hadden.

DE STRAFFEN

In de Tweede Wereld Oorlog kregen de gevangenen ook straffen. Die werden dan ook uitgedeeld om niets. Als je je bed niet goed opgemaakt had of te laat was voor het appèl kon je al 25 slagen met de stok krijgen. De gevangenen werden dan op een houten blok vastgebonden en als hun broek omlaag was kregen ze de slagen met een twee meter lange stok. Ze wouden dan ook nog dat de gevangenen bij ieder slag hardop meetelde. Vaak kon de gevangenen al na ongeveer 5 slagen niet meer meetellen omdat hij zoveel pijn had. Als ze dan stopte met hardop mee te tellen kregen ze nog meer stokslagen. Als een gevangenen werd geslagen stond iedereen in het kamp mee te kijken. Ook als er iemand werd opgehangen stond het hele kamp mee te kijken.

Om de gevangenen niet te laten ontsnappen stond er een betonnen muur om het kamp heen. Ook was er prikkeldraad aanwezig en een loopgraaf. Er was ook een stuk gras, dat werd de neutrale zone genoemd. Als een gevangenen op dat stuk gras kwam, werd hij meteen doodgeschoten door een SS´er.

Als een SS´er zich verveelde ging hij pet-gooien spelen. Pet-gooien was een vermaak manier voor een SS´er. De SS´er pakte dan de pet van een gevangenen en gooide hem in de neutrale zone. De SS´er zei dan tegen de gevangenen : “Ga je pet halen.”

Als de gevangenen dat niet deed werd hij meteen neergeschoten,
deed de gevangenen het wel dan werd hij vanuit een wachttoren neergeschoten.

Er was ook nog een cel waar de gevangenen voor straf ingezet konden worden, dat was een hele kleine cel waar ze niet in konden zitten of liggen. Zo’n cel heette een “Stehbunker”.

Er werden ook nog experimenten met de gevangenen gedaan, dit zagen de mensen ook als straf.

Sigmund Rascher was een SS dokter en deed experimenten met de gevangenen. Hij begon met een experiment over luchtdrukverschillen in 1942. De proeven hiervan werden gedaan omdat Duitse piloten problemen hadden als ze erg hoog vlogen. Om de proeven uit te voeren werd er een decompressiekamer naar kamp Dachau gebracht. Er waren 200 mensen die aan deze proeven mee moesten werken. Veel van deze mensen hadden het niet overleefd.


Ook werden er proeven met onderkoeling uitgevoerd. Het doel van deze proeven was dat Duitse piloten die in de zee terecht waren gekomen langer in leven te houden. Om deze proef uit te voeren werden mensen in een bak van 2 bij 3meter vol met ijskoud water gestopt. Er werd dan een koperen kogel aan de gevangenen vast gemaakt en dan werd de gevangenen een bepaalde tijd in het water gelegd. Daarna werd de lichaamstemperatuur gemeten. Dan werden er op verschillende manier geprobeerd om de gevangenen warm te krijgen. Van deze proef hebben ongeveer 100 mensen van de 300 het niet overleefd. De mensen vonden Rascher een moordenaar. Rascher is toen gevangen genomen. In April 1945 werd hij vermoord.

Dit is Sigmund Rascher.
<afbeelding ontbreekt>

TITUS BRANDSMA

Titus Brandsma was een bekende gevangene. Ook hij heeft het kamp niet overleefd. Titus Brandsma was in 1881 geboren in Friesland. In 1923 werd hij leraar op een universiteit. In 1935 werd hij adviseur bij een journalistenvereniging. In 1942 werd hij opgepakt en gevangen genomen. In de gevangenis schreef hij dit gedicht:

O, Jezus, als ik U aanschouw
Dan leeft weer dat ik van U hou
En dat ook Uw hart mij bemint
Nog wel als Uw bijzondere vriend

Al vraagt dat mij meer lijdensmoed
Och, alle lijden is mij goed
Omdat ik daardoor U gelijk
En dit de weg is naar Uw rijk

Ik ben gelukkig in mijn leed
Omdat ik het geen leed meer weet
Maar ’t alleruitverkoren lot
Dat mij vereent met U, o God

O laat mij hier maar stil staan
Het kil en koud zijn om mij heen
En laat geen menschen bij mij toe
’t Alleen zijn word ik hier niet moe

Want Gij, O Jezus, zijd bij mij

Ík was U immer zo nabij
Blijf bij mij, bij mij, Jezus zoet
Uw bijzijn maakt mij alles goed

DE BEVRIJDING

In april 1945 kwamen Amerikaanse militairen kamp Dachau bevrijden. De SS´ers hadden witte vlaggen aan de wachttorens gehangen. Op de dag na de bevrijding (30 april) vierden Nederlanders de verjaardag van prinses Juliana. Dit vierden ze op de appèlplaats. Er was zelfs een Nederlandse vlag. De mensen die ziek waren voelde zich steeds sneller beter. Eind mei kwamen de Nederlanders met vrachtwagens de gezonde gevangenen ophalen. Begin juni waren ook de zieken weer thuis.

TIJDLIJN

Als afsluiting komt hier nog een tijdlijn van de Wereld Oorlog II:

1939: Begin Wereld Oorlog II
1940: Nederland word door Duitsers aangevallen
1942: Slag om Stalingrad
1944: D-day
1945: Bevrijding nederland

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.