Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Soa`s en voorbehoedsmiddelen

Beoordeling 7.3
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 3e klas vmbo | 7641 woorden
  • 5 maart 2005
  • 100 keer beoordeeld
Cijfer 7.3
100 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1 SOA`S Soa is een afkorting voor Seksueel Overdraagbare Aandoeningen. Per jaar lopen er ongeveer 100.000 mensen een soa op in Nederland. Als je een soa niet op tijd merkt kunnen er ernstige gevolgen voordoen. De meeste soa`s zijn gelukkig gemakkelijk te genezen. Soa is besmettelijk. Je kunt een soa hebben zonder dat je het merkt. Ook kan je een soa doorgeven zonder dat je het merkt. Hoe loop je een soa op? Soa`s worden doorgegeven door sperma, bloed, vaginaal vocht en bij contact tussen slijmvliezen. Slijmvliezen zitten onder andere in de anus, penis, de vagina en de mond. De meeste soa`s worden opgelopen door onveilig vrijen.
Onveilig vrijen is: • Vaginale geslachtsgemeenschap zonder condoom. • Anale geslachtsgemeenschap zonder condoom. • Orale seks (pijpen en beffen) zonder condoom of beflapje. Sommige soa`s zijn ook overdraagbaar via het bloed. Je kunt het ook oplopen door onhygiënisch een tatoeage of piercing laten zetten. Of als je bij drugsgebruik naalden, spuiten of andere dingen van een ander gebruikt. Hiv, hepatitis B en syfilis kunnen tijdens de zwangerschap van de moeder naar het kind worden overgedragen. Hiv, hepatitis B, syfilis, chlamydia, herpes genitalis en gonorroe kunnen tijdens de geboorte van het kind worden overgedragen. Je kunt gèèn soa krijgen door uit een kopje van een ander te drinken, ook niet via een hoestbui, insectenbeten of een vieze wc- bril. Maar ook niet in het zwembad. Bekendste SOA`s De top 12 van SOA`s is: 1. Chlamydia
2. Genitale wratten
3. Herpes genitalis
4. Gonorroe
5. Hepatitis B
6. Trichomonas
7. Syfilis
8. Hiv- infectie
9. Candida- infectie
10. Bacteriële vaginose
11. Schurft
12. Schaamluis
Iets verder in het werkstuk zal ik over soorten SOA`s wat uitleggen. Klachten en Gevolgen Soms heb je een SOA maar heb je nauwelijks klachten of helemaal geen klachten. Of ze zijn zo klein dat je er niets van merkt. Vooral vrouwen merken niet zo snel dat ze een SOA hebben. Als je klachten hebt zijn het meestal deze: • Afscheiding of pus uit de penis, vagina of anus. Bij vrouwen is die afscheiding vaak meer dan normaal. De afscheiding kan waterig, melkachtig, gelig of groenig van kleur zijn. Het kan ook wat anders ruiken. • Branderig gevoel, geïrriteerd, pijnbij of na het plassen. En vaak kleine beetjes moeten plassen. • Zweertjes, wratjes, blaasjes op de penis, anus of mond. • Jeuk in het schaamhaar, aan de eikel, schaamlippen of anus. • Gezwollen klieren in de lieren. • Pijn in èèn of beide (bij) bal(len). • Pijn in de onderbuik. • Pijn bij het vrijen, of onregelmatig of abnormaal bloedverlies, bijvoorbeeld na het vrijen of tussen twee menstruatieperiode in. Deze klachten kunnen ook symptomen zijn van andere ziekten. Testen op SOA. Soa gaan nooit vanzelf over. Als je onveilig hebt gevreeën en denkt dat je een soa hebt opgelopen, blijf daar dan niet mee rondlopen. Soa kunnen nare gevolgen hebben. Ook ben je besmettelijk voor anderen, als je een SOA- infectie hebt. Bovendien is het risico dat je hiv oploopt groter als je al een soa hebt. Daarom is het belangrijk dat je naar een arts gaat en je laat onderzoeken. Zeg dat je onveilig hebt gevreeën, dan weet de arts dat hij je moet controleren op soa. Er kunnen verschillende aanleidingen zijn om een SOA- test te laten doen: • Het kan zijn dat je onveilig hebt gevreeën, en dat je bang bent dat je iets hebt opgelopen; • Ook als het condoom is gescheurd tijdens het vrijen, kun je ongerust zijn dat je een soa hebt opgelopen; • Het kan zijn dat je gewaarschuwd bent door een partner of ex-partner, die een soa heeft en die dat mogelijk aan jou heeft overgedragen; • Ook lichamelijke klachten, na onveilig vrijen, kunnen aanleiding zijn voor een SOA- test. Mogelijke verschijnselen bij soa zijn: meer afscheiding uit vagina of penis of andere afscheiding dan normaal, blaasjes, wondjes of wratjes op of rond de geslachtsdelen of pijn bij het plassen; • Je hebt een vaste relatie en wilt zonder condooms vrijen. Stel dan eerst vast welke risico's jullie in het verleden hebben gelopen. Om zeker te zijn dat jij en je partner geen soa hebben, kunnen jullie je allebei laten onderzoeken; • Je bent zwanger en wilt het risico dat je een soa overdraagt op je kind voorkomen; • Een andere belangrijke reden voor SOA- test is zekerheid over je eigen gezondheid. Sommige soa zijn sluipend aanwezig. Als je in het verleden wel eens onveilig hebt gevreeën, kun je een SOA- test én een hiv- test laten doen.
Wanneer een SOA- test? Als je onveilig hebt gevreeën of als het condoom is gescheurd, moet je minimaal één week wachten met een SOA- test. Na die week is het pas zinvol om je te laten testen. Heb je klachten, ga dan direct naar een arts. Een hiv- test is pas drie maanden nadat je onveilig hebt gevreeën zinvol. Het duurt drie maanden voordat er antistoffen tegen hiv in je bloed zijn aangemaakt en de arts kan bepalen of je seropositief bent. Waar kun je een SOA- test laten doen? Voor een soa- test kun je terecht bij de huisarts. De huisarts kan je ook doorverwijzen naar een dermatoloog (specialist huid- en geslachtsziektespecialist) of gynaecoloog (vrouwenarts). Het ziekenfonds vergoedt deze behandelingen. Als je het moeilijk vindt om naar je huisarts te gaan, kun je je anoniem laten testen bij een laagdrempelige of een drempelvrije SOA- polikliniek, onder verantwoordelijkheid van een dermatoloog. Drempelvrij betekent gratis en anoniem soa- en hiv- onderzoek, ook als je onverzekerd bent. Je kunt er terecht zonder doorverwijzing. In Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht zijn drempelvrije poliklinieken. Laagdrempelig betekent dat je een verwijzing van een sociaalverpleegkundige voor soa van de GGD nodig hebt. Ook dat onderzoek is gratis en anoniem. Laagdrempelige SOA- poliklinieken vind je in Groningen, Leiden, Maastricht en Nijmegen. Bij sommige GGD- afdelingen kun je ook terecht voor onderzoek en behandeling van soa. Tenslotte kun je voor SOA- test naar de Rutgers Stichting. Hier moet je wel betalen voor het onderzoek. Alle artsen hebben beroepsgeheim. Zij mogen geen informatie over jou aan anderen geven. De SOA- Test Bij een SOA- test kun je op verschillende manieren worden onderzocht. Hieronder worden de drie belangrijkste onderdelen uitgelicht: bloed-, lichamelijk- en urine- onderzoek. Hoe je wordt onderzocht is afhankelijk van de eventuele klachten en de manier waarop je hebt gevreeën. Om je goed te kunnen onderzoeken, heeft de arts voorafgaand aan het onderzoek een gesprek met je. Bloedonderzoek Er wordt bloed afgenomen. Tijdens een routine onderzoek bij een SOA- polikliniek wordt het bloed standaard onderzocht op aanwezigheid van syfilis en soms op hepatitis B. De hiv- test kan met hetzelfde bloed worden gedaan. Je moet daarvoor vooraf (schriftelijk) toestemming geven. Lichamelijk onderzoek: uitstrijkjes
Een uitstrijkje wordt gemaakt uit de penis, de vagina, de anus (bij anale seks) of de keel (bij orale seks). Bij vrouwen wordt vocht van het slijmvlies van de baarmoedermond afgenomen. (Dit is een ander uitstrijkje dan het uitstrijkje op baarmoederhalskanker). Dat gebeurt met een metalen instrument: de eendenbek. De arts of verpleegkundige kan hiermee het slijmvlies van de baarmoedermond bereiken en de vagina bekijken. Het uitstrijkje doet geen pijn. Bij mannen neemt de arts of verpleegkundige met een smal stokje vocht af uit het buitenste stukje van de plasbuis. Deze ingreep kan gevoelig zijn. Een uitstrijkje uit de anus gebeurt met een instrument dat een klein stukje in de anus wordt aangebracht (de proctoscoop). Met het instrument wordt een afstrijkje afgenomen uit de anus en wordt de anus van binnen bekeken. Herpes genitalis en genitale wratten zijn duidelijk aantoonbaar als de ziekte actief is, dus als er blaasjes/erosies of wratten op of rond de geslachtsdelen zitten. De arts kan de diagnose stellen door de wratten of blaasjes/erosies goed te bekijken. Als er sprake is van blaasjes of erosies op of rond de geslachtsdelen, kan de arts daaruit materiaal afnemen, om na te gaan of je herpes hebt. Als er geen klachten of symptomen zijn die op herpes wijzen geeft een routine SOA- onderzoek dus geen uitsluitsel op de vraag of je 'drager' bent van het herpes virus. Urine- onderzoek
Met nieuwe laboratoriumtechnieken, kan steeds meer onderzoek op soa worden gedaan aan de hand van urine. De arts bekijkt het liefst je eerste (ochtend)urine. Onderzoek op chlamydia aan de hand van urine, is op dit moment voor mannen net zo betrouwbaar als een uitstrijkje. Bij vrouwen is het urineonderzoek iets minder betrouwbaar. 2 GONORROE Gonorroe (ook wel druiper genoemd) is een SOA die het meeste voorkomt. Als een man gonorroe heeft merkt hij het naar enkele dagen tot twee weken pas na onveilig seksueel contact te hebben gehad. Hij kan dan last hebben van geel groenig of waterige afscheiding uit de plasbuis. Plassen kan pijn doen. Vrouwen merken vaak niets. Soms is de afscheiding meer dan normaal. Ook al merk je niets van de gonorroe kunnen de ernstige infecties gevolgen hebben. Bij vrouwen ontsteking aan de eileiders en bij mannen een ontsteking aan de bijbal. Als je op tijd bent kunnen ze gonorroe eenvoudig genezen. Gonorroe wordt veroorzaakt door een bacterie. Gonorroe kan een infectie veroorzaken in de vagina, penis en anus. Als gevolg van orale seks ( beffen, pijpen) kunnen zowel vrouwen als mannen een gonorroe- infectie in de keel hebben. Als je gonorroe niet behandeld is het besmettelijk. Daarom is het belangrijk de partner waarmee je onveilige seks mee hebt gehad te laten onderzoeken of behandelen. Klachten en gevolgen Klachten en gevolgen bij vrouwen

vrouwen hebben bijna geen klachten als gevolg van gonorroe. Soms is er iets meer afscheiding dan normaal. Deze kan onaangenaam ruiken en ziet er anders uit (pus). Plassen kan pijn doen. Zonder behandeling kan gonorroe opstijgen via de baarmoeder naar de eileiders. Er ontstaat dan een eileiderontsteking, die kan zich uitbreiden naar de buikholte. Dit heet P.I.D (Pelvic Inflammatory Disease: ontsteking in het bekkengebied). Een eileiderontsteking kan gepaard gaan met koorts en pijn in de onderbuik. Door een goede en snelle behandeling (antibiotica en bedrust) kan een eileiderontsteking volledig genezen. Een eileiderontsteking die niet goed of te laat wordt behandeld, veroorzaakt littekens in de eileiders. Hierdoor kan de eileider verstopt raken. Dit kan leiden tot onvruchtbaarheid of buitenbaarmoederlijke zwangerschap. Een zwangere vrouw kan gonorroe overgeven aan haar baby. De oogjes van de baby kunnen tijdens de bevalling in aanraking komen met de bacteriën uit de vagina. Door een goede behandeling tijdens de zwangerschap wordt het risico voor de baby voorkomen. Klachten en gevolgen bij mannen
mannen krijgen meestal enkele dagen tot twee weken na het oplopen van gonorroe de eerste klachten. De klachten betreffen pusachtige afscheiding, die vaak gelig of groenig van kleur is. Een branderig gevoel bij het plassen. Men moet vaak kleine beetjes plassen. Soms zijn er helemaal geen klachten. Bij mannen kan de ontsteking ook opstijgen. Maar minder als bij vrouwen. De bacteriën kunnen via de zaadleider terechtkomen in het prostaat en de bijbal. Dit kan soms leiden tot bijbalontsteking. Dit geeft hevige pijn in de balzak, mogelijk uitstralend naar de lies. Er is sprake van een gevoel van een zwelling in de balzak. De zaadstreng, die naar boven loopt, kan pijnlijk en gezwollen zijn. In enkel geval kan een ontsteking aan de bijbal een ontsteking van de bal veroorzaken. Dit geeft een zwelling en pijn. Een ontsteking aan het prostaat gaat met koorts en moeilijkheden met plassen. Het geeft pijn in en rond om de geslachtsorganen. De ontstekingen worden behandeld met medicijnen. Er wordt ook wel eens ondersteunend ondergoed gedragen om de pijn te verminderen. Onderzoek en behandeling Onderzoek
Om te kijken als je gonorroe hebt maakt een arts één of meerdere uitstrijkjes. Behandeling
Gonorroe wordt in één keer behandeld met één of meer injecties of pillen. Na een week moet je op nacontrole. Het kan zijn dat je partner ook gonorroe heeft. Het is dus belangrijk als de partner zich ook laat onderzoeken of behandelen. Tijdens de behandeling is het beter om géén seks te hebben. Zo wordt het voorkomen dat ze elkaar over en weer blijven besmetten. Als er na de behandeling de klachten blijven. Kan het zijn dat er tegelijk sprake was van een gonorroe(druiper) en een chlamydia- infectie of dat de gonorroe niet gevoelig was voor de medicijnen. 3 SYFILIS Syfilis is een ernstige soa maar het komt gelukkig niet meer zo vaak voor. Syfilis wordt veroorzaakt door een bacterie. De bacterie die syfilis veroorzaakt plaats zich in de vagina, de penis of de anus en soms in de mond. De plaats van de infectie hangt af p welke manier je gevreeën hebt. De bacterie kan zich later verder verspreiden via het bloed door het gehele lichaam. Syfilis is goed te genezen als je er maar op tijd bij bent. Als je syfilis hebt is het belangrijk om iedereen te waarschuwen waar je seks mee hebt gehad. Dan kunnen die zich laten onderzoeken of laten behandelen. Syfilis (ook wel lues, harde sjanker genoemd) kent verschillende stadia. Tijdens het eerste stadium kan je èèn of meer zweertje(s) krijgen op of rond de penis, vagina,anus of soms in de mond. Dit gebeurt twee tot twaalf weken nadat je syfilis hebt opgelopen. Ook zonder een behandeling verdwijnen de zweertjes vanzelf binnen twee à drie weken. Enkele weken tot maanden treedt de tweede stadium in. De syfilis is dan via de bloedbaan door het hele lichaam verspreidt. Je kunt dan last krijgen van vlekjes op de huid en een grieperig gevoel. Ook deze klachten verdwijnen vanzelf. Als je tijdens het eerste en tweede stadium van syfilis niet bent behandeld. Dan kom je in het sluimerstadium terecht. Je hebt nog steeds syfilis in je lichaam en het kan ernstige schade opleveren aan verschillende organen. Klachten en gevolgen Twee tot twaalf weken na de infectie van syfilis ontstaan er op de plaatsen waar de infectie plaats vond een of meer zweertje(s). het kan op of in de penis, vagina, anus of de mond. Het zweertjes kan een centimeter groot worden, voelt hard aan en doet geen pijn. Het zweertje is soms moeilijk te zien omdat het in de vagina of anus kan zitten. De lymfeklieren die in de buurt van het zweertje zitten zijn opgezet. Ook zonder een behandeling gaan de zweertjes vanzelf weg binnen twee à drie weken. De ziekte is nog niet over. Enkele weken tot maanden later gaat de tweede stadium in van de ziekte. De bacterie is dan via de bloedbaan door het hele lichaam verspreidt. Syfilis kan de volgende klachten veroorzaken. • Vlekjes op de huid over het hele lichaam, vooral bij de handpalmen en voetzolen. Ook deze vlekjes zijn niet altijd zichtbaar en verdwijnen vanzelf. De ziekte verdwijnt niet. • Grieperig gevoel: hoofdpijn, keelpijn, moeheid en temperatuurverhoging. • Haaruitval, waardoor kale plekken op het hoofd ontstaan. • Oog klachten met oogbolontsteking en gezichtverlies. • Een soort wratjes in de buurt van de geslachtsdelen en anus. Als je tijdens de eerste en tweede stadium van syfilis niet wordt behandeld dan treedt de zogenaamde sluimerstadium in. De bacteriën zijn nog steeds in het lichaam aanwezig zonder dat hij/zij het merkt. Het eerste jaar kan hij/zij de ziekte doorgeven aan iemand anders. In dit stadium is de ziekte alleen aan te tonen met een bloedonderzoek. Later, vaak na jaren kunnen verschillende organen beschadigd raken. Bijvoorbeeld de hersenen(geestelijke achteruitgang), het ruggenmerg(verlammingsverschijnselen), het hart en de aorta(vaatverandering) en de botten(ontstekingen).
Onderzoek en behandeling Om syfilis aan te tonen neemt de arts bloed af en maakt eventueel een uitstrijkje van het vocht uit het zweertje. De uitslag is ongeveer na een week bekend. Het kan zijn dat het eerste bloedonderzoek niets aan toont en dan moet er een tweede bloedonderzoek worden gedaan. Drie maanden na onveilig seksueel contact kan met zekerheid worden aangetoond of er sprake is van infectie. Bij de eerste zwangerschapscontrole wordt het bloed onderzocht op syfilis. Een syfilis- infectie kan namelijk tijdens de zwangerschap via de placenta worden overgegeven aan de ongeboren baby. Als de infectie snel wordt behandeld kan het voorkomen worden. De behandeling bestaat uit enkele penicilline- injecties. Na de laatste injectie worden nog een aantal keer bloedonderzoeken gedaan. Deze nacontroles zijn zeer belangrijk. Na alle benodigde injectie is besmetting van andere niet meer mogelijk. En is seksueel contact weer zonder risico`s. Tijdens de behandeling is het beter om geen seks te hebben. Om te voorkomen dat hij/zij elkaar over en weer blijven besmetten. Partner waarschuwing is zeer belangrijk. Als de infectie in het sluimer stadium is en er waren vooraf geen duidelijke klachten, is het in ieder geval van belang dat de eventuele vaste partner en kinderen worden onderzocht. 4 CHLAMYDIA Chlamydia is de SOA die het meeste voorkomt in Nederland. Per jaar lopen 60.000 mensen chlamydia op. Het wordt veroorzaakt door een bacterie. Die zich nestelt in de slijmvliezen van de geslachtsdelen. Zowel voor mannen als voor vrouwen geldt dat een onbehandelde chlamydia- infectie besmettelijk is en dat je het door kunt geven zonder dat je het merkt. Het is daarom belangrijk dat de partner waarmee je onveilig hebt gevreeën. Zich laat onderzoeken of behandelen. Chlamydia is eenvoudig te genezen als je maar op tijd bent. Chlamydia kan een ontsteking veroorzaken aan de urinebuis, van de anus en bij vrouwen ook aan de baarmoedermond. Als vrouw merk je vaak niets van de infectie. Er zijn dan helemaal gèèn of kleine klachten. Daardoor kan het gebeuren dat je jaren met chlamydia blijft lopen. Ondertussen kan je de infectie door geven zonder dat je het merkt. Bij mannen zijn de klachten vaak duidelijker. Klachten en gevolgen bij vrouwen Vrouwen merken vaak niets van de chlamydia- infectie. Er zijn vaak geen of vage klachten bij vrouwen. Je kunt daardoor lang met een chlamydia- infectie rond lopen soms wel vele jaren. Je kunt de ziekte dus ongemerkt doorgeven. Verschijnselen die bij vrouwen wijzen dat ze chlamydia hebben. • Meer of andere afscheiding dan normaal. • Pijn bij het plassen. • Abnormaal bloedverlies bijvoorbeeld tussen twee menstruatieperiode of bloedverlies na het vrijen. • Pijn bij het vrijen. • Pijn in de onderbuik. Een chlamydia- infectie kan opstijgen naar de eileiders. En er ontstaat dan een eileiderontsteking die kan zich uitbreiden tot in de buikholte. Dit heet P.I.D ({elvic Inflamatory Disease: een ontsteking in het bekkengebied). Een eileiderontsteking gaat samen met koorts en pijn in de onderbuik. Door een snelle en goede behandeling kan chlamydia volledig worden genezen. Een eileiderontsteking die niet of te laat word behandeld veroorzaakt littekens in de eileiders. Hierdoor kan de eileider verstopt raken. En dit kan leiden tot onvruchtbaarheid of buitenbaarmoederlijke zwangerschap. Een zwangere vouw kan chlamydia tijdens de bevalling overdragen aan de baby. De baby kan dan oogontsteking of longontsteking oplopen. Door een goede behandeling tijdens de zwangerschap wordt het risico voor de baby voorkomen. Klachten en gevolgen bij mannen Mannen krijgen vaak één tot enkele weken nadat hij met chlamydia is geïnfecteerd afscheiding uit de penis. Dat hoeft niet veel te zijn. Vaak gaat het alleen om een beetje waterige afscheiding na het opstaan (ochtenddruppel). Plassen kan pijnlijk zijn. Soms zijn er helemaal geen klachten en dan kun je het ongemerkt doorgeven. Ook bij mannen kan de infectie opstijgen. Maar het is minder dan bij vrouwen. De bacteriën gaan via de zaadleider naar het prostaat en de bijbal. Dit leidt tot hevige pijn in de bijbal soms gaat het verder naar de lies. Dat kan een gevoel van zwelling in de balzak veroorzaken. Een ontsteking van de bijbal kan een ontsteking van de bal zelf tot gevolg hebben. Een ontsteking aan de prostaat gaat samen met koorts, moeilijk plassen e pijn in en rond om de geslachtsorganen. 5 CANDIDA Candida is op zich een onschuldige gist. Veel mensen hebben het zonder dat ze het merken. Candida- infectie word vaak ook schimmel- infectie genoemd. Een candida- infectie ontstaat vrijwel nooit door seksueel contact. Je kunt de gist wel bij seksueel contact doorgeven. In sommige gevallen is d infectie zo hardnekkig dat het steeds terugkomt. Een behandeling hoeft alleen als er klachten zijn. Vooral vrouwen kunnen last hebben van candida- infectie ( ook wel genitale candidose). Onder bepaalde omstandigheden kunnen door toename van gist opeens wel klachten komen. Overgroei aan gist ontstaat als de weerstand vermindert zoals bij stress, suikerziekte of bij gebruik van bepaalde antibiotica en medicijnen. De aandoeningen kunne bij geslachtsorganen en bij de mond voorkomen. De gist kan zich ook in de endeldarm bevinden.
Klachten vaak heeft een candida- infectie geen klachten. Mannen hebben meestal geen klachten. Vrouwen kunen bij overgroei van candida meer afscheiding dfan normaal hebben. Deze afscheiding kan eruit zien als een dikke, korrelige kwark. Rond de schede kan het rood worden en er ontstaat hevige jeuk. Bij de man kan de eikel van de penis er rood en schilferig ui zien. Het kan erg jeuken. Onderzoek en Behandeling Om een candida- infectie aan te tonen, maakt de arts soms een uitstrijkje. Hij/zij onderzoekt dat meestal direct onder de microscoop. Een candida- infectie is goed te behandelen. In sommige gevallen is de infectie echter hardnekkig en steekt steeds opnieuw de kop op. Behandeling is alleen nodig als er klachten zijn. Meestal wordt een crème voorgeschreven voor in de vagina of op de penis. Vrouwen kunnen ook vaginaal tabletten gebruiken. Soms worden capsules om in te nemen voorgeschreven. Zeep kan de zuurgraad van de vagina nadelig beïnvloeden. Er kan dan gemakkelijker overgroei van candida ontstaan. Daarom is het beter de vagina alleen met water te wassen. Om een infectie te voorkomen of een beginnende infectie terug te dringen, kun men Lactacyd gebruiken. Dit middel is te koop bij de drogist. Behandeling van de partner(s) is alleen noodzakelijk als die ook klachten heeft (hebben). Tijdens de behandeling is het beter om geen seks te hebben. Zo krijgt het lichaam gelegenheid te herstellen. Wratten op of rond de geslachtsdelen (of de anus) komen veel voor. Per jaar worden 22.000 mensen ermee besmet. Genitale wratten worden bijna altijd overgedragen door onveilig seksueel contact. Het kan enkele weken tot zelfs meer dan een jaar na infectie duren voordat de eerste wratten ontstaan. Vaak zijn er eerst enkele kleine wratten die groter worden en zich uitbreiden. Ze doen geen pijn, maar kunnen jeuken. Omdat de wratten soms inwendig zitten, worden ze niet altijd opgemerkt. 6 GENITALE WRATTEN Genitale wratten (condylomata acuminata) zijn weliswaar onschuldig, maar soms zeer hardnekkig en ze kunnen zich snel uitbreiden. De veroorzaker van genitale wratten is een virus dat bijna altijd wordt overgebracht door seksueel contact. Je kunt de wratten ook krijgen door gebruik te maken van bijvoorbeeld een handdoek of washand van iemand die genitale wratten heeft. De wratten zitten meestal op en rond de geslachtsdelen en de bilspleet. Een heel enkele keer zitten ze in de mond. De wratten kunnen vanzelf verdwijnen. Toch is behandeling aan te raden. Het virus blijft in je lichaam aanwezig. Daardoor is het mogelijk dat de wratten ook na behandeling weer terugkeren. Hoe eerder je wordt behandeld, hoe kleiner de kans dat de wratten terugkeren. Klachten en gevolgen Genitale wratten ontstaan enkele weken tot zelfs meer dan een jaar na infectie met het virus. Bij vrouwen zitten de wratten op of rond de schaamlippen, in de vagina en/of op de baarmoedermond. Bij mannen op en rond de penis. Bij mannen en vrouwen in of rond de anus. Vaak zijn er eerst enkele kleine wratten die groter worden en zich uitbreiden. Ze doen geen pijn, maar kunnen jeuken. Bij vrouwen kunnen de klachten erger worden tijdens de menstruatie of de zwangerschap. Je kunt genitale wratten hebben zonder dat je dat weet, omdat je de wratten soms moeilijk zelf kunt ontdekken. Bij vrouwen kunnen de wratten inwendig zitten en daardoor onopgemerkt blijven. De wratten kunnen vanzelf verdwijnen. Toch is behandeling aan te raden. Om te voorkomen dat genitale wratten zich uitbreiden, is een snelle behandeling belangrijk. Als het aantal wratten zich uitbreidt, neemt de behandelingsduur toe. Onderzoek en behandeling Onderzoek

De arts zal de wratten goed bekijken en eventueel uitstrijkjes maken om na te gaan of er ook sprake is van andere soa. Om na te gaan of er wellicht ook syfilis is opgelopen doet de arts soms ook een bloedonderzoek. Behandeling
Behandeling van genitale wratten is intensief. De arts kan de wratten aanstippen met een vloeistof. Dit kan pijn doen. Na ongeveer drie uur moet deze vloeistof afgewassen worden. De behandeling wordt wekelijks herhaald totdat de wratten zijn verdwenen. Dit kan weken en soms zelfs maanden duren. In sommige gevallen is de vloeistof ook zelf aan te brengen. Soms worden de wratten bevroren, weggeschroeid of chirurgisch weggesneden. Dat gebeurt vaak onder verdoving. De wratten kunnen terugkeren. Bij zwangerschap zijn sommige behandelingen gevaarlijk voor het ongeboren kind, dus wacht de arts met behandelen. Na de zwangerschap worden wratten vaak een stuk minder of verdwijnen vanzelf. Zo niet, dan volgt alsnog een behandeling. Het virus is besmettelijk. Vooral als de wratten inwendig zitten kan het virus gemakkelijk ongemerkt worden doorgegeven. Bovendien kan het virus zich ook eenvoudig verspreiden, omdat er een lange periode ligt tussen infectie met het virus en het ontstaan van de wratten. De vaste partner is vaak ook geïnfecteerd en kan zich dus het beste ook laten onderzoeken en zonodig behandelen. 7 HERPES GENITALIS Per jaar lopen ongeveer 12.000 mensen herpes genitalis op. Herpes genitalis wordt veroorzaakt door een virus. Kenmerkend voor herpes genitalis zijn de blaasjes of kleine wondjes rond de geslachtsdelen. Herpes wordt overgedragen door in aanraking te komen met de uitslag op de huid, of met het slijmvlies van de mond, penis, anus of vagina van iemand die herpes heeft. Herpes is zeer besmettelijk. Vooral op het moment dat iemand wondjes of blaasjes heeft. Ongeveer een week nadat je bent geïnfecteerd met iemand het herpesvirus, kun je de eerste klachten krijgen. Het kan ook langer duren. De eerste infectie verloopt meestal het hevigst. Als de wondjes zijn genezen, zijn de klachten voorbij. Dat betekent niet dat het virus uit je lichaam verdwijnt. De verschijnselen kunnen steeds terugkomen. Ook zonder seksueel contact. Het virus komt meestal terug op een moment dat de weerstand verzwakt is. Er bestaan wel middelen om de klachten te verminderen en het aantal aanvallen te beperken. De 'koortslip' (herpes labialis) wordt veroorzaakt door een ander type herpesvirus. Via orale seks kan het 'koortslipvirus' worden overgedragen op de geslachtsdelen en daar herpes genitalis veroorzaken. Andersom kan je op deze manier ook herpes genitalis overdragen op de mond. Klachten en gevolgen Het herpesvirus veroorzaakt rode plekjes en met vocht gevulde blaasjes. Deze blaasjes gaan over in kleine wondjes die langzaam indrogen. Als de wondjes zijn genezen, zijn de klachten voorbij. De blaasjes zitten meestal op de penis of de vagina. Ze kunnen zich ook op een minder zichtbare plek bevinden. Bijvoorbeeld in de vagina, op de baarmoedermond of in de anus. Ook kan er sprake zijn van: • Jeuk • Pijn in de besmette lichaamsdelen • Opgezette, pijnlijke lymfeklieren • Overgevoeligheid van de liesstreek • Een branderige, schrijnende pijn bij het plassen • Soms afscheiding uit de vagina • Koorts, hoofdpijn en spierpijn (tijdens een eerste aanval) Wie eenmaal herpes heeft, raakt het nooit meer kwijt. De klachten kunnen verdwijnen, maar het virus blijft in het lichaam aanwezig. Dat betekent dat de verschijnselen terug kunnen komen. Meestal gebeurt dat op een moment dat de weerstand is verzwakt. Zoals bijvoorbeeld bij griep, stress of tijdens de menstruatie. Als de weerstand is verzwakt kan een herpes genitalis- infectie ernstiger verlopen. Dat is bijvoorbeeld het geval als er sprake is van een hiv- infectie of als iemand medicijnen gebruikt tegen afstotingsverschijnselen. Onderzoek en behandeling Onderzoek
Om aan te tonen als iemand herpes heeft bekijkt de arts de blaasjes. Eventueel maakt hij/zij een uitstrijkje van het vocht uit de blaasjes. Behandeling
Herpes is niet te genezen. Er zijn wel medicijnen voor om te zorgen dat een aanval niet zo pijnlijk is en korter duurt. Tijdens een aanval is het beter om geen seks te hebben. Herpes en de zwangerschap Wie herpes heeft gehad kan gewoon zwanger worden. Risico op besmetting op de baby te klein. Je kan dus gewoon bevallen. Alleen bij een eerste infectie in de laatste weken voor de bevalling wordt er gekozen voor een keizersnede. 8 HEPATITIS B Hepatitis B is een ernstige infectieziekte, die wordt veroorzaakt door het hepatitis B- virus. Dit virus dringt de levercellen binnen en veroorzaakt daar een ontsteking. Afhankelijk van de ernst van de ontsteking treden meer of minder klachten op. Klachten kunnen ook ontbreken. In de volksmond wordt hepatitis wel geelzucht genoemd. Geelzucht is echter een gevolg van een ontstoken lever. Dit komt ook voor bij ontstekingen van de lever, die niet door hepatitis B worden veroorzaakt. Twee tot zes maanden na besmetting kunnen klachten ontstaan. Slechts één op de drie mensen met hepatitis B heeft klachten. Er kan dan bijvoorbeeld sprake zijn van vermoeidheid, lusteloosheid en koorts. Meestal gaat de ziekte door rust over en verdwijnt het virus. In 5 tot 10% van de gevallen blijft iemand 'drager'. Bij dragers blijft het virus in het lichaam aanwezig. Een klein deel van de 'dragers' houdt een blijvende ontsteking van de lever, die ernstige klachten kan veroorzaken. Tegenwoordig is behandeling van chronische hepatitis B mogelijk. Er bestaat een vaccinatie om te voorkomen dat je hepatitis B krijgt. Vaccinatie is sinds 1 november 2002 gratis voor bepaald groepen in de bevolking waarbij hepatitis b vaker voorkomt.
Overdracht Hepatitis B is zeer besmettelijk. Het virus bevindt zich in bloed. Maar ook in lichaamsvloeistoffen zoals sperma en vaginaal vocht van patiënten en dragers. Bloed is het meest besmettelijk. Je kunt een hepatitis B- infectie op een aantal manieren oplopen. De voornaamste zijn: • Seksueel contact waarbij de geslachtsdelen met elkaar in aanraking komen én bij pijpen en likken van de geslachtsdelen. De kans op infectie is groter als er wondjes in het slijmvlies zijn. Bijvoorbeeld als je al een andere soa hebt. Anaal seksueel contact geeft de meeste risico's, omdat de slijmvliezen bij deze vorm van seks gemakkelijk beschadigen. Het risico van infectie is bij seksueel contact groter tijdens de menstruatie. • Bloedbloedcontact bij druggebruikers die elkaars spuiten en naalden gebruiken. Maar ook bij medisch personeel dat veel in aanraking komt met bloed en daarbij zelf een verwonding oploopt (bijvoorbeeld prikongelukjes met gebruikte naalden). Ook het gezamenlijk gebruik van scheermesjes kan risico geven. • Als een zwangere vrouw hepatitis B in het bloed heeft, is de kans groot dat ze het virus tijdens of vlak na de geboorte aan haar kind doorgeeft. Klachten en gevolgen Klachten
Wie geïnfecteerd is met het hepatitis B- virus, merkt daar meestal weinig of niets van. Slechts één op de drie geïnfecteerde krijgt twee weken tot zes maanden na het moment van infectie klachten. Zoals: vermoeidheid, lusteloosheid, misselijkheid, buikpijn, jeuk. Soms ook gewrichtspijn en koorts. Nadat de klachten zich geopenbaard hebben, kan geelzucht optreden. Het oogwit wordt geel. De huid soms ook. De urine wordt erg donker (als oude thee) en de ontlasting erg licht (als stopverf). De duur van de klachten is wisselend, van enkele weken tot maanden. Ook als alle klachten zijn verdwenen, kan de vermoeidheid maanden aanhouden. Als het virus uit het lichaam verdwijnt, herstelt de lever zich van de ontsteking en verdwijnen de klachten. Dat gebeurt bij volwassenen in negen van de tien gevallen. Soms blijft de lever ontstoken en blijven de klachten, vaak met tussenperioden, terugkeren. Dit wordt een chronische hepatitis B genoemd. In 5-10% van de gevallen blijft het virus nog vele jaren, soms levenslang, in het lichaam aanwezig. Het lichaam maakt dan geen antistoffen die het virus onschadelijk kunnen maken. Iemand die het virus bij zich blijft dragen, noemen we een drager van het hepatitis B- virus. Dragers kunnen zonder lichamelijke klachten, door het leven gaan. Maar ze blijven wel besmettelijk en kunnen het virus dus doorgeven aan anderen. Mogelijke gevolgen bij mannen en vrouwen
Een chronische hepatitis B- infectie kan blijvende gevolgen hebben. Alle hepatitis B dragers lopen risico op een slecht werkende lever, levercirrose (littekens op de lever) en leverkanker. Een enkele keer verwijdert het afweersysteem het virus na jaren alsnog spontaan uit het lichaam. Onderzoek en behandeling Onderzoek
Om vast te stellen of je hepatitis B hebt, wordt lichamelijk onderzoek en een bloedonderzoek gedaan. Tijdens de nacontrole wordt nagegaan of het virus nog. Behandeling
Tegen acute hepatitis B bestaan nog geen geneesmiddelen. De ziekte moet vanzelf overgaan. Dat kan maanden duren. Neem zoveel mogelijk rust, dit kan eventuele gevolgen voorkomen. Gebruik geen alcohol en voedingsmiddelen die je slecht verdraagt (zoals vet en koffie). Vermijd medicijngebruik tenzij op voorschrift van de arts. Chronische hepatitis B kan tegenwoordig worden behandeld met een antivirale middelen (lamivudine en adefovir). Het virus wordt door de medicijnen onderdrukt, waardoor de lever meer wordt gespaard. Je moet je hiervoor wel onder behandeling stellen van een internist. Voorkomen Vrij altijd veilig. Voorkom contact met bloed van anderen. Denk hierbij ook aan gemeenschappelijk gebruik van tandenborstels en scheerapparaten. Het hepatitis B- virus kan lang buiten het lichaam overleven. Gebruik bij drugsgebruik schone, niet door anderen gebruikte spuiten, naalden en attributen. Voorkom in (para)medische functies zoveel mogelijk prikaccidenten. Plaats daarom na gebruik nooit de naald terug in het hoesje. Gooi de naald en spuit in een hiertoe bestemde container. Er bestaat een vaccinatie om hepatitis B te voorkomen. Deze vaccinatie is sinds 1 november 2002 gratis voor mensen met een verhoogd risico op hepatitis B. Het is mogelijk om direct na blootstelling aan het virus, antistoffen toe dienen tegen hepatitis B. Dit moet binnen 24 uur na een mogelijke infectie, zoals een prikongeluk of het knappen van een condoom. Baby's van moeders met hepatitis B krijgen direct na de geboorte antistoffen toegediend. Vervolgens krijgen ze tegelijk met de DKTP- prik een volledige inenting tegen hepatitis B. Als bekend is dat de vader drager is van het hepatitis B- virus, wordt voor de baby eveneens een volledige vaccinatie aangeraden.
9 TRICHOMONAS Een trichomonas- infectie is geen ernstige soa. Vrouwen hebben vaker klachten dan mannen. Je kunt zeer lange tijd een trichomonas- infectie hebben zonder dat er duidelijke klachten zijn.. Trichomonas kan bij vrouwen leiden tot een ontstoken vagina, plasbuis of blaas. Dit merk je aan pijn bij het plassen. Soms zijn de klachten zeer mild. Als gevolg van de menstruatie nemen de klachten wel eens toe. Mannen merken meestal niets (of heel weinig) van een trichomonas- infectie. Trichomonas is goed te behandelen. Klachten en gevolgen Klachten bij vrouwen
Vrouwen kunnen als gevolg van trichomonas last krijgen van een ontstoken vagina. De afscheiding is overvloedig en melkachtig. Het schuimt en ruikt soms onaangenaam. De schaamlippen en de binnenkant van de vagina kunnen rood, gezwollen en pijnlijk zijn. Dit kan een pijnlijk gevoel geven bij het plassen. De klachten kunnen soms zeer mild zijn en opeens toenemen als gevolg van de menstruatie. Klachten bij mannen
Meestal merk mannen niets (of heel weinig) van een trichomonas- infectie. Soms is er bij het opstaan een beetje afscheiding. Ook kunnen de eikel en de huid rond het plasgaatje geïrriteerd zijn. Bij het plassen, kan er last zijn van een branderig gevoel. Onderzoek en behandeling om een trichomonas- infectie aan te tonen maakt een arts een uitstrijkje van de plaatsen die geïnfecteerd kunnen zijn. Om na te gaan of er wellicht syfilis is opgelopen doet de arts soms ook een bloedonderzoek. De behandeling bestaat uit een eenmalig dosis tabletten. Het is belangrijk de aanwijzingen van de arts goed op te volgen. Op de dag van behandeling mag geen alcohol worden gebruikt. De vaste partner(s) moet(en) ook onderzocht of behandeld worden. Ook als ze geen klachten hebben. Tijdens de behandeling is het beter om geen seks te hebben. Anders blijf je het over en weer besmetten. 10 HIV VIRUS Hiv is het virus dat aids veroorzaakt. Dit virus tast het afweersysteem aan. Daardoor kan je lichaam zich steeds minder goed verweren tegen allerlei ziektes. Een hiv- infectie is een ernstige soa. Een bloedtest kan aantonen of je een hiv- infectie hebt. Er wordt dan gekeken of er antistoffen tegen hiv in je bloed zitten. Het lichaam maakt deze antistoffen binnen drie maanden nadat je het virus hebt opgelopen. Een test kan daarom pas drie maanden na onveilig seksueel contact zekerheid geven over de vraag of je hiv hebt. Iemand die geïnfecteerd is met hiv, wordt seropositief genoemd. Het is niet aan iemand te zien dat hij/zij een hiv- infectie heeft. Als je seropositief bent, hoef je niet ziek te zijn. Het kan wel tien jaar duren voordat je ernstige klachten krijgt. Als je met hiv bent geïnfecteerd kan je het virus wel doorgeven aan anderen. Pas als het afweersysteem door het virus is aangetast en zich bepaalde verschijnselen voordoen, kan een arts vaststellen dat je aids hebt.
Overdracht Hiv wordt onder andere overgedragen via onveilig seksueel contact. Gebruik daarom een condoom. Ook bij pijpen is er een risico op hiv- infectie als er sperma in de mond komt. Daarom is het verstandig om ook bij pijpen een condoom te gebruiken. Hiv kan ook via bloedbloedcontact worden overgedragen. Daarom is beffen tijdens de menstruatie niet zonder risico. Gebruik bij het beffen een beflapje of een opengeknipt condoom. Hiv bevindt zich in bloed, sperma en moedermelk. Een hiv- infectie kan op de volgende manieren worden opgelopen: • Via onveilig seksueel contact. Bijvoorbeeld (anale) seks zonder condoom. Ook pijpen en beffen zonder condoom of beflapje levert risico. De kans op infectie is groter als er beschadigingen zijn, bijvoorbeeld als gevolg van een andere soa. Via wondjes kan hiv dan sneller in het bloed komen. Anale seks levert het meeste risico op, omdat bij deze vorm van seks gemakkelijk beschadigingen ontstaan. Het risico van infectie via seks is groter tijdens de menstruatie. • Via bloedbloedcontact
Bloedbloedcontact bij druggebruikers die elkaars spuiten en naalden gebruiken. Maar ook medisch personeel dat veel in aanraking komt met bloed en daarbij zelf een verwonding oploopt (bijvoorbeeld prikongelukjes met gebruikte naalden) loopt risico. De kans om hiv te krijgen via bloedtransfusie is in Nederland vrijwel uitgesloten. Sinds 1985 wordt alle donorbloed gecontroleerd. Besmet bloed wordt niet gebruikt. Dat geldt ook voor de meeste andere Europese landen en voor de Verenigde Staten. In veel andere landen wordt bloed niet altijd gecontroleerd. Daar bestaat wel risico een hiv- infectie op te lopen tijdens een bloedtransfusie. • Tijdens de geboorte
Een seropositieve moeder kan hiv overdragen op haar kind tijdens de zwangerschap of de bevalling. Ook na de bevalling is er een risico door het geven van borstvoeding. Klachten en gevolgen Klachten en mogelijke gevolgen
Wie een hiv- infectie oploopt is niet altijd gelijk ziek. Het kan soms tien jaar duren voordat er aids ontstaat. Voordat iemand echt ziek wordt, kunnen er al klachten zijn. De eerste verschijnselen kunnen zijn: opgezette klieren, koorts, diarree, menstruatiestoornissen, vermoeidheid, nachtzweten en fors gewichtsverlies. Doordat het virus het afweersysteem aantast, is een hiv- geïnfecteerde bevattelijk voor allerlei infecties en ziekten. Vrijwel iedereen die seropositief is, krijgt op den duur aids. Aids is een ongeneeslijke ziekte. Het moment waarop je aids krijgt, verschilt per persoon. Naarmate het afweersysteem slechter wordt en het virus in het bloed meer wordt, neemt de kans op aids toe. Aids kan gepaard gaan met ontstekingen. Onderzoek naar een vaccin Het Amerikaanse bedrijf Vaxgen heeft in februari 2003 de eerste resultaten bekendgemaakt van een wereldwijde studie naar AIDSVAX, een potentieel vaccin tegen hiv en aids. De studie onder 5400 deelnemers vond onder andere in Nederland plaats. Uit het onderzoek blijkt dat het aantal hiv- infecties binnen de groep gevaccineerde niet significant lager was dan in de controlegroep die een placebovaccin kreeg. Dit is teleurstellend, maar het onderzoek biedt ook openingen. Hoewel het vaccin voor de totale groep geen bescherming bood, bleek bij zwarte en Aziatische vrijwilligers het aantal hiv- infecties sterk gedaald te zijn. Dit geeft aanleiding tot vervolgonderzoek. 11 BACTERIËLE VAGINOSE Bacteriële vaginose is eigenlijk geen soa, maar een verstoring van het bacteriële evenwicht in de vagina. In gewone omstandigheden is de zuurgraad in de vagina in evenwicht. Bepaalde situaties kunnen het evenwicht verstoren. Bijvoorbeeld wassen van de vagina met zeep of het te lang inhouden van een tampon. Door verstoring van het evenwicht ontstaat een minder zuur milieu, waarin bepaalde bacteriën de kans krijgen om overmatig te groeien. Het kan voorkomen dat de klachten plotseling optreden. Je kan bacteriële vaginose hebben zonder dat je er last van hebt. Alleen als er klachten zijn, is behandeling nodig. De aandoening is goed te behandelen.
Klachten Klachten bij vrouwen
Bacteriële vaginose geeft grijswitte afscheiding uit de vagina. De afscheiding ruikt zurig en kan zelfs een vislucht hebben. De hoeveelheid afscheiding is wisselend, soms veel, bij periodes ook weinig. Als de afscheiding met sperma in aanraking komt, wordt de geur nog sterker. Soms geeft dat jeuk en vaginale 'windjes'. Klachten bij mannen
Mannen kunnen geïnfecteerd raken met bepaalde bacteriën die bij vrouwen met bacteriële vaginose overmatig zijn gaan groeien. Meestal geeft dat echter geen klachten. Onderzoek en behandeling Het vaststellen van bacteriële vaginose gebeurt door de afscheiding onder de microscoop te bekijken en de zuurgraad te bepalen. Alleen als bacteriële vaginose klachten geeft, is behandeling noodzakelijk. De aandoening is goed te behandelen met een korte medicijnkuur. Van de medicijnen kan men misselijk worden. Alleen als de klachten blijven terugkomen, wordt de partner mee behandeld. Tijdens de kuur mag geen alcohol worden gedronken. Vrouwen kunnen deze aandoening ook aan elkaar doorgeven. Daarom moet(en) vrouwelijke partner(s) zich ook laten onderzoeken. Tijdens de behandeling is het beter om geen seks te hebben. Zo krijgt het lichaam de gelegenheid om te herstellen. 12 SCHURFT Schurft wordt meestal door intiem lichamelijk contact overgebracht. Je kunt het ook krijgen door in een bed te slapen van iemand die schurft heeft of diens kleren te dragen. Schurft is te behandelen met een crème of gel. Ook beddengoed, handdoeken en kleren moeten worden gewassen. De dode schurftmijten kunnen enige tijd na behandeling nog jeuk veroorzaken. De jeuk kan enige weken aanhouden. Het is belangrijk dat je partner(s) en eventueel anderen met wie je het bed of de kleren deelt, zich ook laten behandelen. Zelfs als zij geen klachten hebben, kunnen zij toch geïnfecteerd zijn. Schurft (scabiës) wordt veroorzaakt door de schurftmijt, een klein beestje dat onder een microscoop goed te zien is. De vrouwtjes graven gangetjes in de huid en leggen daar hun eitjes. Deze komen na drie tot vier dagen uit. Schurft veroorzaakt jeuk, maar is verder niet ernstig. Klachten Ongeveer drie weken nadat infectie heeft plaatsgevonden, ontstaat jeuk over het hele lichaam. In bed wordt het erger. De gangetjes zijn vooral op de pols, tussen de vingers, in de knieholten en onder de borsten te zien. Op de geslachtsorganen kunnen kleine roodpaarse bultjes ontstaan. Krabben helpt niet en de huid kan ervan beschadigen.
Onderzoek en behandeling De arts onderzoekt of er echt sprake is van schurft hebt door te zoeken naar de schurftmijt. Afhankelijk van de manier waarop de schurft is opgelopen, kan het nodig zijn dat de arts ook onderzoekt op andere soa. De arts schrijft een smeersel, crème of gel voor. Lees altijd de gebruiksaanwijzing en volg deze goed op. Het smeersel moet na het douchen op het hele lichaam (behalve het hoofd) worden gesmeerd. Het moet acht tot twaalf uur blijven zitten. Soms wordt de behandeling herhaald om er zeker van te zijn dat de gehele huid is behandeld. Na behandeling kan de jeuk nog enige weken aanhouden. Dit komt doordat ook dode schurftmijt overgevoeligheidsreacties van de huid kan geven. Om te voorkomen dat de schurft terugkeert, moeten beddengoed, handdoeken en kleren goed worden gewassen op minimaal 60°. Matrassen en kussens moeten worden gelucht. Het is belangrijk dat de partner(s) en eventueel anderen met wie het bed of kleren worden gedeeld, zich ook laat (laten) behandelen. Zelfs als zij geen klachten hebben, kunnen zij toch besmet zijn. Ook hun beddengoed, handdoeken en kleren moeten worden gewassen. 13 SCHAAMLUIS Schaamluis (platjes) is een vervelende, maar ongevaarlijke aandoening. Schaamluis kun je oplopen via seksueel contact, maar ook door gezamenlijk gebruik van kleding, slaapzakken of dicht tegen elkaar aan liggen. Schaamluis kun je zelf vaststellen en behandelen. Schaamluis kun je bestrijden met een middel tegen luis. Dit is te koop bij de apotheek. klachten Ongeveer twee weken na het seksuele contact met iemand die schaamluis heeft, kan jeuk in het schaamhaar ontstaan. De jeuk wordt veroorzaakt door luisjes. Meestal zitten de beestjes op het haar rond de geslachtsdelen en de anus. Maar soms ook in het okselhaar, borsthaar of haar op de dijen of rondom de navel. Zelfs in wimpers en wenkbrauwen! De luisjes leven van het bloed van mensen. Ze laten rode of bruine ontlasting vallen. Deze plekjes zijn te zien in het ondergoed. De huid kan rood en geïrriteerd raken. Krabben tegen de jeuk helpt niet. Bovendien kan krabben infecties tot gevolg hebben. Onderzoek en behandeling Schaamluis kan men zelf vaststellen: aan de haren in het schaamhaar kan men puntjes zien zitten. Dit zijn de eitjes (neten) of de luisjes zelf. Een vergrootglas kan handig zijn bij het onderzoek. Bij twijfel, is het beter naar een arts te gaan. Als de schaamluis is opgelopen door seksueel contact, kan er ook sprake zijn van een andere soa hebben. Daarom is het verstandig om sowieso even naar de huisarts te gaan en eventueel een onderzoek te laten doen. Wassen met water en gewone zeep of shampoo helpt niet tegen schaamluis. Bij de apotheek zijn middelen tegen luis te koop, bijvoorbeeld Loxazol lotion of crème of Prioderm lotion. De behandeling moet na een week worden herhaald. Dan is het zeker dat alle eitjes en luisjes dood zijn. Was de kleren die je vóór de behandeling aan had op minimaal 60°. Was ook het beddengoed, zodat de eitjes doodgaan. Laat matras en kussen luchten. Om te voorkomen dat de schaamluis terugkeert, is het belangrijk dat degene(n) met wie seksuele partners zich ook laten behandelen. Ook als er (nog) geen klachten zijn. 14 VOORBEHOEDSMIDDELEN Je hebt verschillende voorbehoedsmiddelen. De enne is betrouwbaarder dan de andere. Hier hebt je enkele voorbehoedsmiddelen: • De condoom • Het vrouwencondoom • De pil • De prikpil • Het spiraaltje • Het pessarium • De nuvaring

HET VROUWENCONDOOM
Een special soort condoom is het vrouwencondoom. Dat wordt in de vagina in gebracht. Het inbrengen kan enkele uren voor het vrijen gebeuren dan hoeft het vrijen niet onderbroken worden. De vrouwencondoom kan ook maar een keer worden gebruikt net als bij de condoom. HET PESSARIUM Het pessarium is een zacht rubber koepeltje. Dat een vrouw in haar vagina kan aanbrengen zodat de baarmoedermond bedekt is. De juiste vorm en maat moet een arts vaststellen. De arts leert jou ook hoe het pessarium moet inbrengen. Een pessarium worden geheel ingesmeerd met zaaddodendmiddel. Het pessarium moet voor de geslachtgemeenschap worden in gebracht. Het pessarium moet minstens acht uur na de geslachtgemeenschap blijven zitten. Als het op deze manier word gebruikt is het een betrouwbaar anticonceptiemiddel. HET SPIRAALTJE Het spiraaltje word ook wel ankertje genoemd. Een spiraaltje is een buigzaam plastic voorwerpje, dat met koperdraad is omwikkeld. Een arts kan het in de baarmoeder inbrengen waar een tot vijf jaar kan blijven zitten. De precieze werking is nog niet vastgesteld. Men vermoedt dat het baarmoederslijmvlies van samenstelling verandert waardoor innesteling niet mogelijk is of waardoor de menstruatiecyclus word vertraagd. Een spiraaltje is een betrouwbaar anticonceptiemiddel. Bovendien is het gemakkelijk te gebruiken omdat er niets kan worden vergeten. Een bijverschijnsel van het spiraaltje is dat het vaak in het begin de menstruatie wat heviger worden en gepaard kunnen gaan met buikkrampen. DE PIL De pil is het meest gebruikte anticonceptiemiddel. De pil bevat hormonen die er voor zorgen dat er in de eierstokken geen follikels rijpen en dat er geen ovulatie plaatsvindt. De pil moet dagelijks worden ingenomen meestal met een onderbreking van een week per vier weken. In de week waarin wordt gestopt vindt menstruatie plaats. Deze is niet zo hevig als wanneer je geen pil gebruikt. Daarom word de pil soms ook voorgeschreven aan meisjes met een erg pijnlijke en onregelmatige menstruatie. De pil is een zeer betrouwbaar anticonceptiemiddel. De tabletten zitten in een strip waarop de dagen van de week zijn aangegeven. Daardoor merk je meteen als je een dag bent vergeten. In dat geval biedt het verder innemen van de pil tot aan de volgende menstruatie geen betrouwbare bescherming tegen zwangerschap meer. Er zijn verschillende soorten anticonceptiepillen. De meest gebruikte pillen zijn van een lichte soort. Deze bevatten kleine concentraties hormonen. Soms worden zware pillen of de minipil voorgeschreven. De pil is verkrijgbaar op doktersrecept. Hierdoor kan de arts de gebruikster van de pil regelmatig onderzoeken. Het gebruik van de pil levert soms bijverschijnselen zoals misselijkheid, hoofdpijn, gewichtstoenamen of een gespannen gevoel in de borsten. Meestal gaan de klachten binnen drie maanden over. Eventueel schrijft de arts een ander soort pil voor. DE PRIKPIL Bij de prikpil krijgt een vrouw om de drie maanden een prik met een hormoon dat de ovulatie remt. Er komen dan geen eicellen vrij. De prikpil is betrouwbaar. Een voordeel is dat de prikpil niet dagelijks hoeft te worden ingenomen. Een van de bijwerkingen is dat de menstruatie afneemt en soms geheel weg blijft. Dit is een nadeel voor vrouwen die stoppen met de prikpil omdat ze zwanger willen worden. Bij deze vrouwen kan het een hele tijd duren (soms wel twee jaar) voordat de menstruatie terugkomt.
DE NUVARING NuvaRing is een flexibele anticonceptiering die je in je vagina draagt. Hij is gemakkelijk in te brengen en te verwijderen en werkt hetzelfde als de anticonceptiepillen; hij bevat dezelfde werkzame stoffen en is even betrouwbaar. Eén NuvaRing beschermt je een maand lang tegen zwangerschap. Je draagt de anticonceptiering 3 weken onafgebroken. In deze tijd geeft NuvaRing via je vagina elke dag constant een klein beetje hormonen aan je lichaam af om een zwangerschap te voorkomen. Na deze 3 weken gooi je de anticonceptiering weg en heb je, net als bij de pil, een stopweek waarin je ongesteld wordt en waarin je eveneens beschermd bent tegen zwangerschap. Na deze stopweek doe je weer een nieuwe NuvaRing in en begint de cyclus van voren af aan. Een kenmerk van deze manier van toediening is dat de hoeveelheid hormonen die de anticonceptiering aan je lichaam afgeeft bijzonder laag is. Als jij ook met NuvaRing wilt beginnen, kan je huisarts je verder helpen. Hoe gebruik je de NuvaRing? Je draagt NuvaRing in je vagina, net zoals een tampon. Eén NuvaRing beschermt je een maand lang tegen zwangerschap. Het inbrengen en verwijderen gaat eenvoudig en je kunt het zelf doen. Nadat je NuvaRing hebt ingebracht, blijft deze 3 weken onafgebroken op zijn plaats. Na die 3 weken verwijder je NuvaRing en gooi je hem weg. Er volgt nu een stopweek, van 7 dagen, waarin je geen anticonceptiering gebruikt en waarin je menstruatie optreedt. Aan het eind van deze week breng je een nieuwe NuvaRing in en begint het proces weer van voren af aan. Bij het inbrengen en verwijderen van NuvaRing is het belangrijk dat je consequent bent. Als je de anticonceptiering bijvoorbeeld op woensdag om 10 uur ’s avonds inbrengt, dan verwijder je deze 3 weken later op woensdag op ongeveer dezelfde tijd. Vervolgens breng je na de stopweek een nieuwe NuvaRing in op woensdag, op ongeveer dezelfde tijd. Voorbeeld: 1 maand NuvaRing. Let op: de stopweek mag niet langer duren dan 7 dagen (je hebt hierbij een marge van maximaal 12 uur, net als bij de pil) Hoe breng je de NuvaRing in? Het inbrengen van NuvaRing is net zo gemakkelijk als het inbrengen van een tampon. Je kunt NuvaRing inbrengen in de houding die jij het prettigst vindt. Staand, met één voet op het toilet of een stoel of juist in een hurkende of liggende houding. Welke houding je ook kiest, de manier van inbrengen is altijd hetzelfde. Hoe verwijder je NuvaRing? Je kunt NuvaRing staand, met één voet op het toilet of een stoel, verwijderen. Als je dat prettig vindt, kun je het ook hurkend of liggend proberen. Je haakt je vinger onder de anticonceptiering en trekt deze voorzichtig naar buiten. Je kunt de anticonceptiering ook tussen de toppen van je wijsvinger en je middelvinger klemmen. Hoe moet je NuvaRing bewaren? Je bewaart NuvaRing bij kamertemperatuur (18-30 °C) nadat je de verpakking bij je apotheek hebt gehaald De ringen zijn na uitgifte door de apotheek 4 maanden houdbaar. Bewaar NuvaRing buiten het bereik van kinderen. Kan je NuvaRing gebruiken nadat de houdbaarheidsdatum is verstreken? Gebruik NuvaRing niet als de uiterste houdbaarheidsdatum is verstreken of als je ze langer dan 4 maanden geleden bij je apotheek hebt opgehaald. Als dit het geval is, kun je de folieverpakking met NuvaRing inleveren bij je apotheek of weggooien met het huishoudelijk afval.
Hoe moet je NuvaRing na gebruik weggooien? Je kunt een gebruikte NuvaRing weer in de folieverpakking doen en weggooien met het huishoudelijk afval. Je mag NuvaRing niet door het toilet spoelen. Uit een grondige milieukeuring volgens richtlijnen van de Europese Unie is gebleken dat het weggooien van ringen met het normale huishoudelijk afval geen risico voor het milieu of de gezondheid veroorzaakt. Bronvermelding www.soa.nl
www.goolge.nl plaatjes
www.nuvaring.nl
www.nvsh.nl plaatjes
Boekjes die we van school hebben gekregen
Biologie boek

REACTIES

U.

U.

bij het stukje over HIV-virus staat ''Hiv kan ook via bloedbloedcontact worden overgedragen

18 jaar geleden

J.

J.

indd. goed opgemerkt!

12 jaar geleden

A.

A.

opbouw verkeerd ,bijna alles gecopyieerd :/

11 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.