Cardiovasculaire aandoeningen

Cardiovasculaire aandoeningen A inleiding Het is de 3de belangrijkste doodsoorzaak B overzicht B.1 Ziekten van de vaatwanden B.1.1 Ziekten van de slagaders Arteriosclerose : In de binnenwand van sommige sommige slagaders wordt een vetachtige substantie afgezet waarrond een hard omhulsel ontstaat(=atheroom) >. minder bloedstroming Arteriosclerose : (=ouderdomsverschijnsel) De spierlaag van de kleine slagaders verliest elasticiteit door afsterven van spiercellen en de afzetting van kalk > vaatwand wordt dikker en harder > doorstroming verslechtert >organen gaan slechter functioneren > aderverkalking is een foute benaming voor arteriosclerose want de oorzaak is niet altijd kalkafzetting B.1.2 Ziekten van de aders Aderontsteking of flebitis : Door infectie kan de aderwand ontsteken. Men loopt meer risico als men weinig beweegt. Spataders : Het bloed kan niet meer weg uit de benen ( lang rechtstaan) ? endotheelcellen(binnenkant v.d. aders) krijgen te weinig zuurstofgas ? ATP wordt niet op peil gehouden ? productie van ontstekingsstoffen ? WBC maken eiwitafbrekende enzymen om de vijand te bestrijden ? omdat er geen vijand is wordt het callogeen v.h. bindweefsel van de spieren afgebroken ? de vaatwand verliest haar stevigheid ? WBC scheiden groeifactoren(normaal voor herstelling) af die zorgen voor een vermenigvuldiging van abnormale spiercellen ? verslapping en minder samentrekking ? bloed blijft in de plaatselijk verwijde aders staan Spataders kunnen dus voorkomen worden door ATP op pijl te houden Werking Normaal : bloed kan naar het hart door kleppen + samentrekking en naar dieperliggende aders door communicerende aders Spataders : bloed stroomt naar de oppervlakkige aders Spataders op de endeldarm noemen we aambeien
B.2 Vaatverstoppingen Bij arteriosclerose, arteriosclerose of ontsteking van de aders kan een bloedklonter of trombus ontstaan. Ze kan loskomen(embool), met de bloedstroom meegevoerd worden en verstopt geraken(embolie). Als de bloedklonter niet snel genoeg kan geresorbeerd worden in het bloedvatenstelsel dan sterft het weefsel achter de verstopping af door zuurstoftekort of wordt het achterliggende weefsel van zuurstof voorzien door naburige slagaders.(een verstopping door een trombus is een trombose) B.3 Ziektebeelden als gevolg van vaataandoeningen B.3.1 Beroerte(attaque) of apoplexie = plotseling uitvallen van een hersenfunctie Oorzaken :hersenbloeding :zieke vaatwanden scheuren door plotse hoge bloeddruk ? hersenweefsel wordt verwoest door de druk van het bloed herseninfarct :een hersentrombose of –embolie verstopt het bloedvatenstelsel B.3.2 Angor pectoris Slagadervernauwing(aan de kransslagaders) ? weinig bloed naar de hartspier ? pijn achter borstbeen en in de linkerarm B.3.3 Hartinfarct Ontstaat door trombose of vaatkramp op een atheroom. Het neemt toe met de leeftijd. Het komt meer voor bij mannen omdat de vrouwen door hun oestrogeen(hormoon) worden beschermd. Maar vanaf hun menopauze neemt deze bescherming ook af. Na 50 jaar is er veel gevaar omdat arteriosclerose al tijdens de jeugd wordt gevormd. B.3.4 Longembolie of longinfarct Een aderontsteking wordt gevolgd door een trombose op de plaats v.d. ontsteking ?tromboflebitis. Trombus kan via de holle ader en rechterhelft v.h. hart naar de longslagader gaan. ? longinfarct of longembolie
C Risicofactoren C.1 Cholestorol Verpakt aangemaakt door de lever en afkomstig uit dierlijk vet(uit voeding) Ze zitten in een verpakking van lipoproteïnen : we maken a.d.h.v. de verpakking een onderscheid. LDL (65%) heeft een verpakking met lage dichtheid en HDL (overige 35%) heeft een verpakking met hoge dichtheid. Cellen die cholestorol nodig hebben hebben LDL-receptoren op het celmembraam zodat ze LDL kan laten binden en opnemen. LDL kan bij overproduktie worden opgestapeld(ontstaan atherosclerose). HDL voert overtollige cholestorol af naar de lever. Een deel wordt verwerkt en de rest wordt omgezet in galvocht en wordt later uitgescheiden. C.2 Hoge bloeddruk Hoge bloeddruk verhoogt de ontwikkeling van atherosclerose Remedies : energiearme voeding eten en een zoutarm dieet volgen C.3 Roken Door roken daalt de HDL-concentratie in het bloed ? LDL-concentratie stijgt