Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Poezie

Beoordeling 4.1
Foto van een scholier
  • Praktische opdracht door een scholier
  • 4e klas havo | 1978 woorden
  • 12 februari 2004
  • 51 keer beoordeeld
Cijfer 4.1
51 keer beoordeeld

Opdracht A. 1. Het gedicht vind ik wel leuk. Zelf hou ik niet van gedichten. Maar het verhaal over het verzet spreekt me wel aan. Er zit ook veel beeldspraak in. Het is makkelijk te begrijpen. 1. Dit gedicht is iets minder dan die van Remco Campert. Dat komt omdat ik het verhaaltje over het fietsen op die berg niet echt interessant vind. 2. Ik schrijf de 3 belangrijkste strofen op: Verzet begint niet met grote woorden
maar met kleine daden

jezelf een vraag stellen
daarmee begint verzet
en dan die vraag aan een ander stellen. In alle andere zinnen in het gedicht worden er alleen maar voorbeelden van beeldspraak gebruikt. 3. Dat zijn voorbeelden van wat er in de 1e strofe wordt gezegd. 4. Nee want in de 6e strofe wordt er iets gezegd over een vraag. Dat je die aan jezelf moet stellen als je verzet wilt beginnen. Wil je daarmee verder gaan dan moet je diezelfde vraag ook aan iemand anders stellen. Het is dus niet verrassend dat die erachteraan komt. Het is de conclusie van het gedicht. 5. 1e strofe is de inleiding van het gedicht. De 2e 3e 4e en 5e strofe zijn daar voorbeelden van. Een soort uitleg. De 6e en de 7e strofe zijn de conclusies van het gedicht. 6. Als je ergens tegen bent en je wilt verzet tonen, dan moet je jezelf eerst een vraag stellen. Als je je die vraag hebt gesteld kan je die pas aan een ander stellen en zo je verzet beginnen. 7. Dichten is fietsen op de Mont Ventoux. 8. Dat dichten hetzelfde is als de Mont Ventoux berijden. 9. Jan Kal geeft in de 1e strofe een voorbeeld wat later in het gedicht uitgewerkt wordt met voorbeelden. Er wordt een heel verhaal van gemaakt. 10. Nee. Als er wordt geschreven over ene moeilijke berg die bereden moet worden verwacht je toch dat de top gehaald wordt. Dat is ook omdat Jan het dichten vergelijkt met het fietsen. Als je de top van die berg niet zou kunnen halen dan zou je een gedicht ook nooit af kunnen krijgen. 11. Dat dichten net zo moeilijk kan zijn als het bereiken van de top van de Mont Ventoux. Opdracht B. De Terugtocht. 1. Het gedicht vind ik heel mooi. Het gaat denk ik over iemand die zichzelf van het leven wil beroven. Hij heeft zich bedacht omdat hij iemand op een piano hoorde spelen. Het maakt veel indruk op mij. Dit gedicht spreekt mij ook het meeste aan. Iedereen denkt wel eens dat hij/zij niet meer wil leven. 2. Bij gedicht 1 wordt er een gebeurtenis verteld. De schrijver wilde zichzelf van het leven beroven, maar hij had zich bedacht. 3. Hier wordt er in de ik-persoon verteld. Die heeft het gevoel dat hij niet meer wil leven. Daarom wil hij zich van het leven gaan beroven. 4. Hier worden de gevoelens niet tot iemand anders tot uiting gebracht. . 5. Hier is de diepere betekenis dat je eerst heel erg zeker moet weten of je wel echt dood wilt. 6. Hier speelt iedere regel een belangrijk stuk. Dat komt omdat het ook zo kort is. 7. In dit gedicht geen tegenstellingen of herhalingen. 9. Om voorgoed af te rekenen met het verleden is een vorm beeldspraak. Hij wil zichzelf van het leven beroven. 10. Dit gedicht gaat over iemand die zich van het leven wil beroven, maar zich bedenkt. Dat kwam omdat hij iemand op een piano hoorde spelen. Je moet eerst goed over zo’n beslissing nadenken, voordat je die ook echt uitvoert. Ja of Nee? 1. Dit gedicht spreekt mij totaal niet aan. Ik vind het saai en ik snap er niets van. Dit gedicht komt bij mij op de laatste plaats. 2. Hier wordt ook verteld over een aantal gebeurtenissen. Maar ook de gedachtes en gevoelens krijgen hier een duidelijke rol. 3. Hier wordt er in de ik-persoon verteld. Hij vraagt zich af waarom zijn/haar relatie met iemand anders niet gelukt is. 4. Hier worden de gevoelens tot zijn/haar partner geuit. 5. Hier is er niet echt sprake van een diepere betekenis. Er wordt meer een verhaaltje verteld over een liefde. 6. De titel is hier niet echt van belang. Het is een langgerekt verhaal. Het bevat niet echt een inleiding en conclusie. 7. Hier begint de titel al met een tegenstelling. Maar het helpt niet echt om het onderwerp te verduidelijken. 9. In deze hele tekst is beeldspraak gebruikt. Hij geeft voorbeelden om zijn situatie te verduidelijken. 10. Iemand vertelt iets over een relatie die is stukgegaan. Het wil eigenlijk niet iets duidelijk maken maar meer zijn gevoelens met iemand delen. De Wolken. 1. Het gedicht is best wel mooi. Ik weet alleen niet zeker of ik hem wel goed begrijp. Hij maakt niet bijzonder veel indruk op mij maar wel meer dan gedicht nummer 2. 2. Dat is een verhaal want er wordt iets over het verleden verteld en iets over het heden. 3. Ook hier wordt er in de ik-persoon gesproken. Het zijn niet echt duidelijke gevoelens die aan bod komen. Er wordt wel over gevoelens gesproken maar niet echt direct. 4. Geen gevoelens die hier over iemand tot uiting wordt gebracht. 5. Hier is het dat je moet genieten van elk moment in je leven. 6. De titel is hier het onderwerp van het gedicht. 7. Geen tegenstelling. Er lijkt een soort herhaling te gebeuren, maar dat is alleen de gebeurtenis. 8. De 1e regel rijmt met de 4e. En de 2e rijmt met de 3e. Het is dus een geval van ABBA rijm. 9. Geen vorm van beeldspraak en geen herhalingen. 10. Er wordt verteld over een herinnering. Wat dit gedicht eigenlijk duidelijk wil maken is dat je moet proberen herinneringen te onthouden.
Opdracht C. A. Alle gedichten gaan over ene bepaalde periode in iemands leven. Hoe slecht het zou kunnen zijn. Zodat je het toch eigenlijk wel goed hebt. Dat zijn de conclusies van alle 3 de gedichten. Omdat de titel van de bundel Betere Tijden is, zie je duidelijk de overeenkomst. B. Nummer 4 doet me denken aan het gedicht Verzet. Het gaat over de kleine dingen in het leven. Als je grote veranderingen in de wereld wilt maken, moet je eerst klein bij jezelf beginnen. Nummer 6 gaat over het gedicht Het Lied Van De Kleine Man. Daar wordt geschreven over iemands saaie leven. Dat leven is dus eigenlijk niet gelukt. C. Nummer 1 sluit heel erg goed aan bij het gedicht Het Lied Van De Kleine Man. Dat gaat over verlangens. ‘Jong’ past goed bij uitspraak 2. Er komt teleurstelling in voor. Daar heeft die lezer het ook over. Betere tijden (1970). Het behoort tot het latere dichters werk van hem. Op http://www.geocities.com/Athens/Ithaca/2249/campertremco.html staat de hele lijst. Ik vind C heel moeilijk om te maken want ik snap de mening van die lezer niet. Er staan hele moeilijke zinnen in. Alle gedichten zijn door Rutger Kopland geschreven Gedicht 1. Jonge sla. Alles kan ik verdragen, het verdorren van bonen, stervende bloemen, het hoekje aardappelen, kan ik met droge ogen zien rooien, daar ben ik werkelijk hard in. Maar jonge sla in september, net geplant, slap nog, in vochtige bedjes, nee. Analyse van ‘Jonge Sla’. Het onderwerp van dit gedicht is de dood. Hij gebruikt planten in plaats van mensen te noemen. De titel betekent een jong mensenleven. De belangrijkste stukken maak ik vetgedrukt. De jonge sla is het beeldspraak. Hij bedoelt hiermee een jong mensenleven. De verdorren bonen zijn denk ik oudere mensen. Je kan het makkelijk lezen, omdat er komma’s staan. Je weet dus wanneer je moet pauzeren. Het gedicht bestaat uit 2 strofen. Het zijn een soort van tegenstellingen. Eerst wordt er uitgelegd wat hij wel aankan. En in de laatste strofe wordt er gezegd wat hij niet aankan. Niets in het gedicht rijmt met elkaar. Het effect hiervan is dat er echt een duidelijk verhaal wordt verteld. Rutger heeft ooit een jeugdvriend verloren. Daarvoor heeft hij dit gedicht geschreven. Hij vindt het niet erg als oude mensen doodgaan. Die hebben hun leven gehad. Maar de jonge mensen die net aan hun leven beginnen moeten niet dood. Zij moeten juist blijven leven. Dat kan hij niet verdragen dat zij toch doodgaan. Zeer mooi gedicht. Het onderwerp vind ik ook mooi. Hoe Rutger zijn gevoelens doormiddel van beeldspraak uit vind ik echt mooi. Daardoor kan je het gedicht echt goed begrijpen. Mooi onder woorden gebracht. Aan een vijver. Geluk was een dag aan een vijver in gras met bomen tot in de hemel omkringd ik was er het kind van god en mijn grootvader - beiden stierven geluk is gevaarlijk de vijver is gaan liggen in de avond zo spiegelglad dat hemel, bomen en gras zich herhalen onder de aarde angst en heimwee, beide vragen mij terug
Analyse van ‘Aan de Vijver’. Het onderwerp van dit gedicht is het leven op zich. Ik snap het gedicht totaal niet dus ik weet ook niet zeker of dit het onderwerp is. De titel betekent een plaats waar het gedicht zich afspeelt. ‘Ik was er het kind van God’ heeft een speciale betekenis. Hij was het centrum van de gebeurtenissen en was gelukkig. ‘De vijver is gaan liggen in de avond’ betekend dat het water kalm is geworden. Geen golfje te zien. Hier geen speciale zinsbouw. Het is een verhaaltje en de zinnen zijn ‘uit elkaar gehakt’. 4 strofen heeft dit gedicht. De 1e is een soort inleiding. De 2e en 3e zijn het verhaaltje. De 4e strofe is het gevolg van alles. Hier kan ik geen duidelijke versvorm uithalen. Het rijmt op geen enkele manier met elkaar. Het gaat over iemand die met zijn opa’s heel veel plezier heeft beleefd bij een vijver. Die opa’s zijn gestorven en toen moest hij weer aan die herinnering terug denken. Hij wil graag terug naar die tijd. Ik vind het gedicht heel erg onduidelijk. Er is niet echt duidelijk iets gezegd. Je moet heel goed naar de bedoeling zoeken. Het onderwerp spreekt mij niet aan. Je had het verhaal denk ik veel mooier in een gedicht kunnen zetten. III Zijn jas. Mijn vader J was nog maar net gestorven toen mijn moeder A zijn nieuwe regenjas voorzichtig van de kapstok nam. Pas eens, zei ze, hij was er zo trots op. Daar stond ik dan en voelde aan de mouwen en bij het sluiten van de knopen hoe dood hij was en hoe ver weg mijn jeugd. Oud en zwak zou ik worden, in deze plooien zou mijn huid gaan hangen om mijn knoken. Analyse van ‘Zijn Jas’. Het onderwerp is de dood van J. De titel is een omschrijving van wat er in het gedicht gebeurd. Een jongen moet de jas van zijn vader passen. Vandaar ook die titel. Er zitten geen woorden in met een speciale betekenis. Hier kan ik geen beeldspraak in vinden. Alles staat er letterlijk in. Het lijkt niet op een gedicht. Het is meer een verhaaltje waarvan de regels niet staan zoals ze in een verhaal wel zouden staan. Het gedicht bestaat uit 2 strofen. Hier is de 1e strofe de inleiding. Er wordt verteld over een gebeurtenis. Zijn vader is dood, en hij heeft nu zijn jas aan. In de 2e strofe wordt er verder verteld hoe die persoon zich voelt als hij dan die jas aanheeft. Het is dus logisch gedaan. Hier is het effect van een ‘verhalend gedicht’ dat je het goed snapt. Je hoeft niet lang na te denken over wat er nou eigenlijk bedoeld wordt. De vader van een jongen is doodgegaan. Zijn moeder wil dat hij zijn jas aantrekt. Zijn vader was er nogal trots op. Hij doet dat en hij moet dan weer aan zijn vader denken. Dan realiseert hij zich dat zijn vader echt dood is en dat hij hem nooit meer terug zal krijgen. Mooi gedicht. Hier zijn de gevoelens duidelijk kenbaar gemaakt. Omdat iedereen dit meekan maken is het ook niet moeilijk te begrijpen. Ik vind het ook leuk dat het niet rijmt. Je ziet toch dat het een gedicht is.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.