Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Module 2, De weg naar de brandstapel

Beoordeling 7.2
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas vwo | 2032 woorden
  • 27 januari 2004
  • 23 keer beoordeeld
Cijfer 7.2
23 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Module 2; de weg naar de brandstapel Hekserij en heksenvervolging Hoofdstuk 1; de duivel komt §1.1; Hekserij: van magie tot duivelaanbidding Omdat mensen vroeger niet wisten waar bijvoorbeeld stormen, aardbevingen en ziekten vandaan kwamen, schreven ze die toe aan bovennatuurlijke krachten. Als iemand magie voor een goed doeleinde gebruikt, wordt het witte magie genoemd. Als iemand zijn krachten echt voor kwade doeleinden gebruikt, wordt het zwarte magie genoemd. Godsdienst en magie hebben veel met elkaar gemeen, maar zijn we iets totaal anders. Met hekserij wordt zowel witte als zwarte magie bedoeld. In de Middeleeuwen en de vroege moderne tijd in Europa is het opvallend aan de heksenvervolging dat heksen niet alleen werden beschuldigd van duivelverering en zwarte magie, soms ook van witte. Er waren verschillende sociale lagen in de samenleving: -de volkscultuur; de manier waarop mensen in een samenleving vorm geven aan hun dagelijkse leven, met name de beschaving van de lagere klassen. Daarin spelen gemeenschappelijke normen en waarden en rituelen een belangrijke rol. -de elitecultuur; de beschaving van de hogere klassen. In de 15e, 16e en 17e eeuw was er veel reden om tegen het kwaad te strijden. Er waren oorlogen, epidemieën, hongersnoden en de bestaande opvattingen over het geloof werd aan het wankelen gebracht door de strijd tussen de katholieken en protestanten. Er werd een denkbeeld ontwikkeld dat heksen ook aan duivelverering deden. Deze opvattingen werden gelezen door degene die konden lezen en later werden ze ook mondeling doorverteld. In de meeste culturen is wel iets te vinden over het geloof in magie. Ook de middeleeuwse volkeren in Europa geloofden in heksen. De elitecultuur wees de hekserij af maar de volkscultuur accepteerde de magie wel. Het beeld van de duivel komt door de kerkvaders, de gezaghebbende schrijvers, in de eerste eeuwen na Christus. Christelijke schrijvers gaven de duivel een gevolg van duizenden demonen. Toen vertalingen van het Arabische boek over magie in Europa kwamen, gingen magiërs en alchemisten zich er mee bezig houden. Vaak hadden ze daarbij de hulp van demonen nodig, hier zie je voor het eerst dat magie en duivelverering bij elkaar kwamen. De theologen trokken conclusies, iemand die trouwe dienst beloofde aan de duivel, was een ketter. Dit was een rede voor de inquisitie (kerkelijke rechtbank voor het berechten van ketters en heksen) om zich er mee te gaan bemoeien. §1.2; de rol van de inquisitie Later werden hele groepen veroordeeld omdat ze verdacht werden van hekserij, of ze nu schuldig waren of niet. Omdat de inquisiteurs steeds in andere landen werden ingezet en ze de kennis van elk land meenamen naar het andere, kwam er een denklijn over de heksensabbatten. Ook de publicaties van boeken zorgden voor de verspreiding. Het eerste boek was Malleus Maleficarum. Zij legden alle kennis die ze in processen hadden opgedaan, neer in een goed geordend overzicht. In het boek stond dat heksen echt in staat waren om bovennatuurlijke dingen te doen. Wie dit niet geloofde, werd gezien als een ketter. De volkscultuur bestede niet zoveel aandacht aan de duivelverering (analfabetisme). Mensen beschuldigden elkaar al vrij snel van zwarte magie. Met de aangiften werd een proces begonnen. Door pijniging kwamen bekentenissen naar voren.
§1.3; de heksensabbat Het volk geloofde dat mensen deelnamen aan heksensabbatten. Ook geloofden ze in vliegende bezemstelen en betoverde dieren. Er is geen enkel bewijs dat deze heksensabbatten echt hebben bestaan. Verhalen daarover waren alleen afkomstig van verdachten. §1.4; rechtspraak De juridische aanpak, een product van de elitecultuur, maakte de veroordelingen van heksen makkelijker. Tot de 13e eeuw was er altijd een proces tussen twee partijen, de aanklager en de beschuldigde. Men noemt dit het accusatoire proces (noodzakelijk dat een particulier iemand de aanklacht indient). Vanaf de 13e eeuw ook het inquisitoire proces. In deze procesvorm kon de overheid zelf een onderzoek beginnen. De aanleiding was vaak wel dat de inwoners wan een stad of dorp iets kwamen vertellen aan de autoriteiten. Rond die tijd ging men ook folteringen gebruiken om bekentenissen los te krijgen bij verdachten. De kerk was de hoofdaanstichter van de hele heksenwaan maar het was niet de bedoeling geweest om zoveel mensen op de brandstapel te laten komen. Het voornaamste doel was het bekeren van de verdwaalde schapen. Veel verdachten werden daarom toch vrijgesproken. In de 15e eeuw echter verloor de kerk veel van haar gezag. Toen na 1500 de hervorming (stroming die de rooms katholieken kerk wilde zuiveren en die leidde tot het ontstaan van nieuwe, protestantse kerken) begon, nam de invloed van de kerk nog verder af. Toen kwamen er ook wereldlijke rechtbanken, deze traden veel harder op. Zo was in de 16e eeuw voldaan aan drie voorwaarden voor de massale jacht op de heksen. In de volkscultuur bestond de oude traditie van ideeën over zwarte magie. De gedachten over duivelverering werden daaraan toegevoegd door de elite en werden verspreid zodat ze ook het volk bereikten. Een nieuwe aanpak van het strafrecht maakte het makkelijker om heksen te vervolgen. Hoofdstuk 2; heksenwaan op het hoogtepunt §2.1; oorzaken Het humanisme was een stroming in de letterkunde en de wijsbegeerte die teruggreep op de klassieke oudheid en de nadruk legde op zelfstandig denken. Humanisten geloofden gewoonlijk wel in magie, maar ze meenden dat mensen konden toveren zonder de hulp van de duivel. Maar de helft van de intellectuele elite geloofden de humanisten niet dus zo konden de humanisten de heksenwan wel afremmen maar niet tegenhouden. Er zijn verschillende oorzaken voor het toenemen van de heksenwaan inde 16e en 17e eeuw: - Godsdienstige conflicten vormden een belangrijke oorzaak. Al vroeg in de 16e eeuw ontstond er een scheur tussen de rooms-katholieke kerk en de diverse protestantse gemeenschappen. In de loop van de 16e eeuw groeiden de protestantse kerken en liep het conflict heviger op. Het verschil tussen duiververeerders en ketters was voor de inquisitie niet erg groot. De protsanten beschuldigden de katholieke kerk ervan de duivel te dienen. - Er waren economische oorzaken. Door de ontdekkingsreizen kwam er een grote hoeveelheid goud en zilver over uit Amerika geschikt om muntgeld van te maken. Dit leidde tot en grote inflatie. Het verschil tussen arm en rijk werd steeds groter. - Ook enkele rampen troffen de mensen, zoals epidemieën en hongersnoden. De mensen waren zich goed bewust dat het slecht ging met de wereld en dachten dus dat de invloed van de duivel was toegenomen. Vervolging van heksen was een manier om de woede van het volk op weerloze zondebokken te richten. §2.2; hoeveel en waar? Er zijn in totaal waarschijnlijk ongeveer 50000 tot 60000 terechtstellingen geweest. Veel verdachten werden echter vrijgesproken of kregen een lichtere straf. In enkele landen ging het om kleinere getallen. De Engelsen stelden minder dan 1000 mensen terecht omdat in hun land de inquisitoire en de folteringen niet doorgevoerd waren. In de Republiek der Verenigde Nederlanden waren bijna geen terechtstellingen. Er was veel contact met andere geloofsovertuigingen en andere manieren van doen door de handel en door de oorlog met Spanje van 1568 tot 1648 was er nauwelijks nog aandacht voor de hekserij. De meeste aanklachten gingen om gemeenschappen waarin de meeste mensen elkaar kenden en waarin dorpsbewoners bekenden beschuldigde. In dorpen waren de inwoners voortdurend op elkaar aangewezen en konden zij makkelijk een conflict met elkaar krijgen. §2.3; Heksen: altijd vrouwen? Het is een misvatting dat de aangewezen heksen altijd vrouwen waren. Er werden ook mannen aangeklaagd en soms zelfs echtparen. Voor het feit dat vrouwen vaker van hekserij werden beschuldigd dan mannen, kan men twee oorzaken geven: - De eerste oorzaak ligt in de vrouwenarbeid: vrouwen waren, naast huisvrouw, vooral actief in de verzorgende beroepen. Soms werd een vroedvrouw beschuldigd van de dood van een kind. - De tweede oorzaak heeft te maken met de sekse: vrouwen werden gezien als dommer en zwakker dan mannen. Vrouwen waren dus kwetsbaarder en zouden sneller in contact komen met de duivel. De beklaagden kwamen vaak uit de lagere klassen en niet jong meer. Een meerderheid was ouder dan 50 en dat was in die tijd bejaard. Oude mensen waren soms geestelijk minder gezond en dus lastig. Ze kwamen ook regelmatig in conflict met anderen.
§2.4; de heksenjacht De voorwaarde voor een heksenjacht was: het beeld van de activiteit van heksen was gevormd en verspreid en de plaatselijke rechtbank moest zeggenschap hebben over hekserij. De oorzaken voor een heksenjacht waren: een economische crisis, een religieus conflict of het plaatsvinden van rampen zoals oorlogen en hongersnoden. De aanleiding was meestal een persoonlijk ongeluk. Dit werd geïnterpreteerd als het gevolg van de kwaadaardige praktijken van een heks. Het verloop van het proces: de beschuldiging werd in behandeling genomen door de plaatselijke rechtbank en met folteringen kwamen ze bekentenissen en beschuldigingen van anderen tot stand. Er waren wel duidelijke beperkingen aan het folteren, zo moest er eerst een ooggetuige van de misdaad zijn en mocht er maar één keer gemarteld worden. Maar vaak werden deze beperkingen genegeerd omdat men dacht dat de duivel een grote dreiging was voor de samenleving. De heksenproeven waren middelen om ook zonder bekentenis erachter te komen of iemand een heks was of niet. De machthebbers kregen in de gaten dat ze met meer processen de maatschappelijke ontevredenheid konden kanaliseren en de agressie over de wantoestanden in de maatschappij konden afleiden van de bezittende en heersende klasse. Ze dwongen de verdachten daarom om meer vermeende heksen aan te geven. Ook het volk gaf vermeenden heksen aan. De straffen waren verschillend, vaak werden mensen vrijgesproken. Bij twijfel kregen ze een lichte straf (verbanning of celstraf). Een deel van de veroordeelden werd gewurgd, alvorens ze verbrand werden. Hoofdstuk 3; het einde van de heks? §3.1; kritisch denken Humanisten bleven ook in de tweede helft van de 16e eeuw hevig protesteren tegen de heksenvervolging. In de 17e eeuw ontwikkelde zich in de natuurwetenschappen het empirisme. Deze stroming vertrouwde op waarnemingen om achter de waarheid te komen. Voor de terreinen waar empiristisch denken niet kon worden toegepast (opvoeding, politiek enz.) gebruikten de denkers liever hun verstand. Die manier van denken is het rationalisme, ook wel de Verlichting genoemd. Er kwamen veel boeken over het niet-bestaan van heksen, maar deze boeken waren niet in staat om heksen te verbannen uit het volksgeloof. Het rationalisme had wel grote invloed op de rechtspraak. Ze stelden hogere eisen aan de bewijzen voordat ze iemand schuldig wilden verklaren. Uiteindelijk werd de vervolging van heksen in bijna geheel Europa beperkt of verboden. Het volk bleef geloven, maar de elite trok zich wat dat betreft terug uit de volkscultuur. Het fanatisme in de geloofszaken werd minder en de mensen werden iets verdraagzamer tegenover mensen met andere ideeën. §3.2; voortbestaan van de heksenjacht De heksenjacht verdween niet geheel. In de 19e eeuw nam de belangstelling weer toe. Dit volksgeloof ging gepaard met bezoeken aan waarzegsters, handlezers en oproepers van geesten. In onze tijd bestaan er in diverse landen mensen die heksensabbats houden. Zij grijpen terug op een traditie. In de 19e eeuw hunkerden romantische zielen uit de elite van de burgerij naar geheimzinnige avonturen en bovennatuurlijke verschijnselen. Dit leidde tot de bloei van het spiritisme (het geloof dat geesten van overledenen contact kunnen hebben met levende mensen) en occultisme (stroming die beweert geheime kennis te hebben over bovennatuurlijke verschijnselen, zoals geesten en helderziendheid), maar ook tot het nabootsen van hekserij. §3.3; heksenjachten in de twintigste eeuw Het lijkt erop dat er in de moderne tijd geen heksenjachten meer plaats vinden. Maar in de Wereldoorlogen weren joden afgeschilderd als heksen die kinderen kwaad doen en het drinkwater vergiftigen. Door de Russische Revolutie in 1917 ontstond bij veel Amerikanen de afkeer voor links, de red scare. Dit leidde tot een jacht op communisten en anarchisten. Zeer omvangrijk waren de vervolgingen van de vermeende communisten tussen 1950 en 1954. Er zijn hier grote overeenkomsten met het profiel van de heksenjachten. Als bron van het kwaad wezen de Amerikanen de Sovjetunie en de duivel Stalin aan. De oorzaak was vooral de koude oorlog. De Russen hadden kort tevoren communistische regimes gevestigd in een aantal Oost-Europese landen en in China had en communistische revolutie plaatsgevonden. De aanleiding was dat Joseph McCarthy een lijst maakte met communistische mensen in het democratische bestuur van de VS. Er kwam een onderzoek en men stelde vast dat de mensen geen communisten waren. Hoewel McCarthy geen bewijzen kon vinden, werden er wel verschillende ambtenaren ontslagen en andere werden veroordeeld wegen het afleggen van valse verklaringen.

REACTIES

A.

A.

Thanks! Heb er veel aan gehad, ik ga nu echt met vertrouwen de toets in (:

9 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.