Titel: Het gouden ei
Schrijver: Tim Krabbé
Eerste druk: 1984
Gebruikte druk: zevende druk

Titelverklaring: De titel slaat op een nachtmerrie die Saskia altijd had toen ze klein was: ze zit vast in een gouden ei en zweeft door het heelal. De enige manier om eruit te ontsnappen is tegen een tweede gouden ei in de ruimte aan te botsen. Maar het heelal is groot.

Thema's: De thema's zijn volgens mij verlies, liefde en alles over hebben voor de waarheid.

Genre: Psychologische roman

Opbouw: Het boek heeft 98 bladzijden, verdeelt in 5 delen. Deel 3 vind voor deel 1 en 2 plaats omdat het verhaal op deze manier wat spannender wordt gemaakt door de schrijver.

Vertelde tijd: 8 jaar, met ertussen een gat van bijna acht jaar. Vanaf het moment dat Saskia word ontvoert totdat Rex weer in Frankrijk is word erg weinig verteld. Ook worden er veel flashbacks en flashforwards gegeven over dingen die de personages zijn of zullen overkomen e.d..

Plaatsen van handelingen: Het tankstation waar Saskia verdwijnt, het vakantiehuisje van Raymond Lemorne en het huis van Rex. Ook zou je de doodskisten kunnen meerekenen waarin Rex en Saskia onder de grond zitten, omdat dit een erg belangrijke plaats is in het verhaal. Hoewel het symbolisch is zou je ook het gouden ei waar Saskia en Rex in hun dromen in zitten mee kunnen rekenen, dit is namelijk ook een belangrijke plaats.

Verhaallijnen: Rex Hofman en Saskia Ehlvest kennen elkaar al een tijd en zijn op weg naar hun vakantiebestemming in Frankrijk. Onderweg stoppen ze bij een tankstation on even te rusten. Saskia gaat iets te drinken halen maar komt nooit meer terug. Rex zoekt haar nog lang maar ze wordt nooit gevonden.
Raymond Lemorne in een 37 jarige scheikunde leraar. Hij is al zijn hele leven bezig met van alles uit te proberen, en nadat hij een kind heeft gered van de verdrinking vraagt hij zich af of hij ook een moord zou kunnen plegen.

Hij gaat met zijn arm in een mitella voor een tankstation staan, en probeert mensen in zijn auto te krijgen door ze eerst te laten helpen met zijn aanhangwagen. De eerste paar keer lukt het niet maar Saskia ziet een goudkleurige ketting in de vorm van een R in de auto een denk dat het wel een leuk cadeau zou zijn voor Rex. Hij zegt dat hij ze verkoopt en nodigt haar in de auto. Als ze instapt bedwelmt hij haar en neemt haar mee. Saskia wordt niet meer teruggezien.
Acht jaar nadat Saskia is verdwenen komt Rex opnieuw in Frankrijk, met zijn nieuwe vriendin Lieneke. Hij vertelt haar hoe hij zich voelt over Saskia en begint kort daarna een campagne om haar te vinden.
Raymond meld zich aan als getuige en zegt dat Rex erachter zal komen wat er met Saskia gebeurt is als hij bereid is hetzelfde lot te ondergaan. Na veel overwegen neemt Rex het aanbod aan. Hij krijgt koffie aangeboden waarin een slaapmiddel zit en terwijl hij het opdrinkt vertelt Raymond wet er is gebeurd. Als hij weer wakker word ligt hij in een doodskist en hij weet dat hij net als Saskia levend is begraven. Noch van hem of Saskia word ooit weer iets vernomen.

Personages:
Rex Hofman: Één van de twee hoofdpersonen in het verhaal, de vriend van Saskia. Hij is een doorzetter die er alles voor over heeft om te weten te komen wat er met Saskia is gebeurd.
Raymond Lemorne: De tweede hoofdpersoon en de 'slechterik' van het verhaal. Hij heeft een hele vreemde gedachtegang. Als er wat in hem opkomt wil hij het ook echt doen. Zo vraagt hij zich op zijn zestiende af wat er gebeurt als hij een flat afspringt. Het resultaat is dat hij zes weken in het ziekenhuis moet liggen. Eenentwintig jaar later is hij scheikunde leraar, getrouwd en heeft hij twee kinderen.
Saskia Ehlvest: Zij is een bijfiguur in het verhaal, waar het hele verhaal om draait. Ze is de vroegere vriendin van Rex en is acht jaar geleden ontvoerd en levend begraven door Raymond.
Lieneke: Lieneke is de huidige vriendin van Rex. In het boek wordt niet erg veel over haar bekendgemaakt.

Perspectief: In Het gouden ei wordt vertelt vanuit het zicht van de personages, maar het perspectief wisselt. In het eerste deel kijkt de lezer als het ware mee over de schouder van Rex. De lezers leren eerst zijn gedachten en gevoelens kennen. Zo leert de lezer Saskia kennen door zijn ogen. Als aan het eind van het eerst deel Saskia is verdwenen, weet de lezer evenveel als de hoofdfiguur. De vraag wat er gebeurt is, houdt de spanning erin. Ook in het tweede deel ligt het perspectief grotendeels bij Rex. Nog steeds weet de lezer evenveel als de hoofdpersoon. Aan het eind van dit deel ligt het perspectief even bij Lieneke. In het derde deel kijkt de lezer mee met Raymond Lemorne. Op deze wijze wordt de lezer betrokken bij de voorbereiding op de ontvoering van Saskia. Aan het eind van het deel is dan het antwoord gegeven op één vraag: wie heeft het gedaan? De vraag wat er met Saskia is gebeurt is blijft (nog) onbeantwoord. In deel 4 ligt het perspectief weer bij Rex. De lezer vraagt zich af waarom de relatie met Lieneke gestrand is. Aan het eind van dit deel wordt duidelijk hoe Saskia en Rex aan hun eind komen. Deel 5 lijkt een nawoord. Het perspectief ligt bij Lieneke. Het lijkt er een beetje op alsof er een alwetende verteller aan het woord is in zinnen als: Van geen van beiden werd ooit nog iets vernomen, ze leken van de aardbodem verdwenen. De perspectiefwisselingen zorgen vooral voor de spanning die in het gehele verhaal gehandhaafd blijft.