In de klas moesten we met een groepje één boek uit de verlichting behandelen. Ik heb toen gekozen voor ‘Proeve van kleine gedigten voor kinderen’, omdat het me wel leuk leek om al die oude kindergedichtjes te lezen. Ik lees niet heel veel poëzie, dus dit vond ik tegelijkertijd een goede gelegenheid om daar wat verandering in te brengen. Ik wist een beetje wat ik moest verwachten, omdat verteld was dat dit boekje van de schrijver van ‘jantje zag eens pruimen hangen’ was. Ik verwachte dus geen hoogstaande literatuur, maar gewoon leuke kindergedichtjes met een moraal. Die verwachting is uitgekomen. Ik vond het wel leuk om te lezen en de verhaaltjes vond ik leuk, maar over het algemeen genomen vond ik de gedichten niet mooi. Ze zijn echt voor kinderen bedoeld en dat is te lezen.
Samenvatting
In de dichtbundel staan 21 gedichten. Het doel van alle gedichten is het opvoeden van de kinderen door middel van een moraal en lesje in elk gedicht. Er zijn 6 thema’s die vooral terugkomen in de bundel:
Relatie tussen ouders en kinderen: De verhouding tussen de ouders en kinderen moet ene weerspiegeling zijn tussen die van de mens en God. Er moet geen strengheid zijn, maar alleen vrede. Kinderen moeten door nadenken tot gehoorzaamheid komen.
De verhouding van de mens en de samenleving: Naastenliefde en liefdadigheid is erg belangrijk.
De verhouding van de mens tot de natuur: Kinderen kunnen veel leren door omgang met de natuur.
Goede eigenschappen: Kinderen moeten soms hun speelgoed laten liggen om te gaan studeren. Deugdzaamheid, broeder- en zusterliefde, geen ijdelheid en eerlijkheid zijn ook belangrijk.
Analyse
Verteltheoretische aspecten in het algemeen
Klank en ritme: De meeste gedichten in de bundel rijmen, al is er wel verschil in rijmschema’s. Een veel gebruikt schema is ‘AABCCB’, maar ook het ABAB schema komt meerdere keren voor. Er zijn ook een paar gedichten waarin geen rijm in voorkomt.
Betekenis: Deze bundel is geschreven voor kinderen, dus zijn er in de gedichten geen stijlfiguren, beeldspraak of woorden met een dubbele betekenis in voor. De gedichten zijn bedoeld om op een simpele manier regels uit te leggen en er zit dus geen achterliggende betekenis voor. En als er een metafoor is gebruikt(zoals in de drijftol, waarin het slaan van een tol vergeleken wordt met ‘de opvoedkundige tik’), wordt dit er duidelijk bij uitgelegd.
Zinsbouw: De gedichten zijn eigenlijk kleine verhaaltjes en alle zinnen zijn dus grammaticaal goed opgebouwd. In die tijd werden de zinnen nog niet vaak door elkaar gegooid, zoals nu soms wel het geval is. Soms worden wel woorden vooraan de zin gezet, terwijl ze daar niet horen. Dat is om die woorden meer nadruk te geven.
Cornelis had een glas gebroken
Voor aan de straat;
Schoon hij de stukken had verstoken,
Hij wist geen raad
Hij had een afschrik van te liegen,
Wijl God het ziet;
En zou hij Mama nu bedriegen,
Dat kon hij niet.
De kleine zinnetjes geven extra informatie over de hoofdzin.
Lay-out: Voor elk gedicht staat een lief prentje die het verhaal uitbeeldt. Onder de prentjes staan een of twee regels uit het gedicht en pas daarna kan je het gedicht lezen.
Verteltheoretische aspecten van 2 gedichten
Klagt van den kleinen Willem
op de dood van zijn zusjen
Ach! mijn zusjen is gestorven,
’k Zag haar dood in ’t kistje liggen:
ach wat was mijn zusje koud!
’k Riep haar toe: mijn lieve Mietje!
Mietje, Mietje! maar om niet.
Ach! hare oogjes zijn gesloten;
schreijen moet ik van verdriet.
Altoos wil ik om haar treuren,
bloempjes strooien op haar graf:
Weenend aan de kusjes denken,
die mij ’t lieve meisje gaf.
Morgen zal ik — maar voor mij ook
is ’t gevaar van sterven groot.
Gistren liep zij met mij speelen;
gistren nog! en nu -- reeds dood!
Klank en ritme: Het rijmschema van dit gedicht is ABCB-DEFE-GHIH-JKLK. Er is ook gewerkt met accenten of nadruk op bepaalde woorden. Zo heeft het eerste woord van de zin altijd een accent en heeft elke zin in totaal 4 accenten. Alle even zinnen rijmen op de voorgaande of aankomende even zin. Ook ligt er een klemtoon op het laatste woord van de even zinnen en niet op die van de oneven.
Betekenis:
In die tijd stierven ook nog veel meer kinderen dan nu het geval is.
Zinsbouw
In dit gedicht zijn de zinnen niet helemaal grammaticaal correct. Door bepaalde woorden naar voren te halen geeft Hiëronymus aan dat woord meer nadruk. Een voorbeeld hiervan is bijvoorbeeld het ‘nog’ aan het begin van de tweede zin. Hierdoor word de nadruk gelegd op het feit dat ze nog zo jong was.
Typografie en Lay-out:
Er is geen gebruik gemaakt van een speciaal soort typografie. We staat er een plaatje bij van een schreiend jongetje.
Het vrolijk leeren
Mijn speelen is leeren, mijn leeren is speelen,
En waarom zou mij dan het leeren verveelen?
Het lezen en schrijven verschaft mij vermaak.
Mijn hoepel, mijn priktol verruil ik voor boeken:
Ik wil in mijn prenten mijn tijdverdrijf zoeken,
't Is wijsheid, 't zijn deugden, naar welken ik haak.
Klank en ritme
Het rijmschema is AABCCB. Het metrum is volgens mij anapest. Na een onbeklemtoonde lettergreep volg een beklemtoonde, daarna twee onbeklemtoonde, dan weer een beklemtoonde, dan weer twee onbeklemtoonde etc.
Betekenis:
Van Alphen wil met dit gedicht de kinderen laten weten dat ze op een gegeven het
Zinsbouw
De eerste twee regels zijn een vraag en de laatste 4 geven hier antwoord op. Er is ook gebruik gemaakt van een wisseling van rijmschema. Elke zin van het antwoord afgesloten en loopt dus niet verder in de volgende zin. Door in de eerste zin speelen is leeren te herhalen(met andere woordvolgorde) als leeren is spelen, wil van Alphen laten zien dat die twee bij elkaar horen en uiteindelijk in elkaar over zullen lopen.
Typografie en Lay-out:
Geen speciale typografie, we een plaatje van een jongetje die aan het werken is en kijkt naar zijn hoepel en zijn tol.
Verwerkingsopdracht 33
Welke verlichtingsideeën vind je in het werk terug? Leg je antwoord uit.
In de Verlichting was vonden de 18de-eeuwers dat het hun taak was zoveel mogelijk mensen kennis bij te brengen. Deugdzaamheid en een goed leven leiden was volgens hen te bereiken door veel kennis tot je te nemen en je verstand te gebruiken en kennis en verstand werden gezien als de sleutels tot een goede samenleving. Er komen veel verlichtingsideeën voor in Kindergedigten.
In het boek wordt veel nadruk gelegd op onderwijs. Van Alphen probeert in meerdere gedichten het kind aan te sporen om te leren. In de verlichting dacht met ook dat als iemand zijn gezonde verstand gebruikte hij wel tot de goede beslissing zou komen. De kinderen in de gedichten denken veel na over zaken en komen dan inderdaad tot de (volgens toen geldende moraal) goede conclusie.
In de verlichting werd het kind belangrijk, in de jeugd begint immers de opvoeding. Hierdoor ontstonden de eerste jeugdboeken, waar Kindergedigten een voorbeeld van is.
Is het boek dat jij gelezen hebt didactisch(onderwijzend)? Zo ja: welke ‘les’ wil zijn schrijver zijn lezers leren.
Het boek Kindergedigten is sterk onderwijzend. Elk gedicht bevat een moraal en verteld het kind in duidelijke taal hoe het zich behoort te gedragen. Het boek is ook geschreven met opvoeding als doel. Toen zijn vrouw stierf nam hij de zorg van de drie kinderen op zich over en voor hen schreef hij drie bundeltjes met gedichten. Deze hielpen hem om zijn kinderen op te voeden. In de gedichten verteld hij hoe hij vindt dat een kind zich moet gedragen en wat goede eigenschappen zijn.
Kun je dit boek tot de verlichtingsliteratuur, de Frans classicistische literatuur of de vroeg-romantische literatuur rekenen? Leg je antwoord uit.
Proeve van Kindergedigten heeft zowel van verlichtingsliteratuur als van Frans classicisme iets weg. De gedichten dragen duidelijk de verlichtingsideeën uit, daar is geen twijfel over mogelijk. Over het algemeen was verlichtingsliteratuur echter proza en dat is Proeve van Kindergedigten niet. In het Frans classicisme was wel poëzie. De gedichten moesten aan een bepaalde norm voor regellengte en rijmschema voldoen en de inhoud moest zinvol, fatsoenlijk en gemakkelijk te begrijpen zijn. De meeste gedichten van Hiëronymus voldoen hier prima aan, al zijn er een paar uitzonderingen die bijvoorbeeld niet rijmen.
Eindoordeel en evaluatie
Over het algemeen genomen vond ik het wel een leuk boekje. Het is bedoeld voor kinderen en dat is duidelijk leesbaar. De ideeën over opvoeden zijn in de loop der tijd wel veranderd en ik vond het wel interessant om te lezen hoe de mensen er toen over nadachten. Vooral het gedicht de drijftol, waar het slaan van kinderen verantwoord wordt, schokte me. Ik had het wel na ongeveer 10 gedichten wel gezien en toen boeide het me niet echt meer.
Een gedicht wat ik wel echt mooi vond was ‘Klagt van den kleinen Willem op de dood van zijn zusjen’. In tegenstelling tot veel andere gedichten bevatte deze niet het ‘Sinterklaasdicht-syndroom’, waarbij het gedicht heel simpel wordt en saai om te lezen(tenzij je er allemaal grapjes in stopt). Het gedicht was heel beeldend en ik zag het huilende jongetje al helemaal voor me. Het legt op een mooie en begrijpelijke manier het verdriet uit vat een kind kan voelen om de dood van een naaste en ik denk dat dit gedicht in die tijd echt geholpen kan hebben bij de rouwverwerking van een kind. Wat Willem allemaal zou willen doen voor zijn zusje (zoals het lievige ‘bloempjes strooien op haar graf:’) en vertellen wat hij voelt, kan een kind denk ik beter zijn of haar eigen emoties plaatsen na het lezen van dit gedicht. Daarom denk ik ook dat dit gedicht geslaagd is.
Een minder leuk gedicht vond ik ‘Het vrolijk leeren’. Het is, net zoals een paar andere gedichten in de bundel, heel erg belerend en moralistisch. Ik denk niet dat er een kind is dat liever de hele dag zit te leren in plaats van met zijn hoepel te spelen. Het is eerder een droom van de vader dan een gedicht dat zich goed inleeft in de denkwereld van het kind. Een soort ‘eet je bord leeg’ in dichtvorm. Het idee van 2 verschillende rijmschema’s voor vraag en antwoord vond ik wel leuk gevonden.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
S.
S.
toppie
6 jaar geleden
Antwoorden