Het engelenhuis door Dirk Bracke

Boekgegevens

Titel van het boek: Het Engelenhuis
Naam van de auteur: Dirk Bracke
Uitgever: Davidsfonds/Infodok
Jaar van uitgave: 2003
Aantal bladzijden: 225

(B) Vooraf
1. Waarom heb je dit boek gekozen?
Ik had al meer boeken van dirk bracke gelezen en die waren ook goed. De voorkant zag er ook wel aansprekend uit.
2. Hoe ziet de omslag eruit?
Er zit een meisje in een grijs/blauwe cel (Bo) in dure kleren. Ze kijkt geschokt / raar.
3. Welke verwachting had je van het boek, voordat je het begon te lezen?

het leek me een leuk boek omdat de achterkant al goed klonk en de andere boeken van de schrijver zijn ook goed.
4. Geef je eerste persoonlijke reactie.
Ik vond het een leuk boek om te lezen, je beleeft het echt vanuit het perspectief van Bo, dat leest wel prettig.
(C) Genre
Tot welk genre behoort dit boek? Je kunt natuurlijk meerdere mogelijkheden aankruisen.

ÿ liefdesverhaal, want Bo is verliefd op haar pooier maar eigenlijk gebruikt hij haar alleen maar.
ÿ eigentijds verhaal, dat zie je gewoon aan de manier waarop het geschreven is en wat er gebeurt.
ÿ avonturenverhaal, want Bo beleeft best veel, ze komt in een instelling, gaat weer weg ,gaat ergens anders wonen, komt weer in de instelling etc.

(D) Korte inhoud van het verhaal
1. Geef de titelverklaring.
Het boek heet 'het engelenhuis' waarschijnlijk omdat er in die instelling allerlei meisjes zitten die erge dingen hebben gedaan. Niet bepaald engelen dus, en Beernem is juist het tegenovergestelde van een engelenhuis.
2. Schrijf in één zin op waar het verhaal over gaat.

Het boek gaat over Bo , een meisje van 14 die het zat is om altijd de goedkoopste kleren te moeten kopen en gaat om geld te verdienen mannen gezelschap houden.
3. Maak een samenvatting van ongeveer 200 woorden.
Bo is een meisje van 14 jaar en woont met haar familie in een rijtjeshuis in een arme buurt. als ze kleding wil moet ze dat altijd bij de Wibra halen.
Jennifer, een meisje uit de straat heeft altijd mooie kleren en een echt motor die ze zelf gekocht heeft.
Bo vraagt zich af hoe ze aan al dat geld komt.
Als ze Jennifer een keer tegen komt tijdens de feesten gaan ze wat drinken en Jennifer vertelt haar hoe ze aan al dat geld komt. ze houdt mannen gezelschap voor geld. Bo geeft Jennifer haar nr en Jennifer regelt dat Bo ook dat soort werk kan gaan doen. Tegen haar moeder zegt ze dat ze een baantje als schoonmaakster heeft bij een hotel op vrijdagavond , zaterdag en zondag. Als ze weer eens met Pierre (een man die haar betaalt voor haar gezelschap) in bed ligt word er ineens op de deur geklopt, politie! Bo wordt meegenomen en krijgt van de rechter een 3 maanden lang verblijf in Beernem, een soort opvoedingscentrum.
Daar ontmoet ze Yasmin en Steffie ,een posser en iemand die drugs gebruikt, met hun kan ze goed opschieten en ze worden vriendinnen. Als Bo na 3 maanden weer vrij komt gaat ze gewoon weer door met haar leventje dat bakken geld verdiend. Dan krijgt ze een eigen appartement en gaat daar wonen, totdat haar kop in het dorp op affiches hangt. Steffie ,die op dat moment bij haar logeert word ook opgepakt voor chinezen. Samen moeten ze weer naar Beernem. Als ze daar weer uitkomt moet steffie ook mee naar een soort feestje waar ze mannen gezelschap moeten houden, het loopt daar totaal uit de hand.
De politie komt er ook aan te pas en weer moet Bo naar Beernem. Daarna stopt ze met haar rijke leventje, begint op een nieuwe school en een nieuw leven. Maar terwijl ze daar loopt denkt ze aan Pierre en dat 1 telefoontje genoeg is.......

(E) Personages
1. Geef een persoonsbeschrijving van de hoofdpersoon. Bespreek de volgende punten: Hoe ziet hij/zij
eruit? Hoe denkt hij/zij? Wat doet hij? Wat vinden anderen van hem?
Bo is de hoofdpersoon in het boek , ze is een meisje van 14/15 jaar en is het helemaal zat dat ze aldoor kleren bij de wibra moet kopen en dat haar ouders geen geld hebben. Als ze van Jennifer een baantje krijgt verdiend ze ineens bakken met geld en kan ze alle dingen kopen die ze leuk vind.Totdat ze in Beernem terecht komt.

2. Welke belangrijke beslissing(en) neemt de hoofdpersoon? Kijk daarbij naar hun mening over goed en kwaad. Vaak kom je er dan achter waarom ze iets doen. Vergelijk jouw mening met die van de personage.
Ze neemt de beslissing om een soort hoertje te worden om geld te verdienen en op zichzelf te gaan wonen.
3. Wie zijn de belangrijkste bijfiguren en welke rol spelen zij in het boek?
Yasmin , een meisje dat Bo in Beernem ontmoet, Yasmin is een meisje met een grote bek en is beetje verliefd op Bo.
Steffie, ook een meisje dat Bo in Beernem ontmoet, Steffie is aan de drugs en ze dealt ook.
Bo's moeder, een vrouw die om geld te verdienen s'avonds kantoren schoonmaakt.
Tony , Bo's pooier , een knappe charmante jongeman, die meer meisjes lokt met zijn uiterlijk.
Pierre: een oudere man die haar vaak vraagt om hem gezelschap te houden als hij in de stad is . door hem word Bo ontmaagd.
Mevrouw Vera, een opvoedster/begeleidster in Beernem.

(F) Ruimte
1. In welke plaats speelt het verhaal zich af?
De woonplaats van Bo (heel In het begin) , In Beernem en In Antwerpen.
2. In welk milieu (bij wat voor soort mensen) speelt het verhaal zich af?
Bo is een 'arm' meisje, haar ouders hebben bijna geen geld en ze moet altijd kleren van de Wibra kopen.
3. Had het boek ook op een andere plaats of in een ander milieu kunnen spelen? Motiveer je antwoord.

Ja ,dat had gekund, meisjes die meer geld willen verdienen en daarvoor de prostitutie ingaan zijn er op meer plaatsen.

(G) Tijd
1. Er zijn twee mogelijkheden waarop een verhaal wordt verteld:
A. De gebeurtenissen worden verteld in de volgorde waarin ze plaatsvinden (chronologisch);
B. In een verhaal gaan we terug in de tijd (niet-chronologisch).
Welke mogelijkheid past het best bij jouw verhaal?
Chronologisch , maar wel met flashbacks af en toen naar het verleden.
2. In welke tijd speelt het verhaal en waaraan merk je dat?
In deze tijd, in het eerste 3/4 gedeelte zijn er nog flashbacks naar Bo's verleden, maar daarna gaat het gewoon verder in het heden.
3. Hoeveel tijd verloopt er tussen het begin en het eind van het boek?
Ongeveer, 1 / 1,5 jaar denk ik. In het begin is ze 14, later 15.
4. Komen er vooruitwijzingen (als de schrijver al iets zegt over wat later gaat gebeuren of over de afloop van het verhaal) en/of flashbacks (een stukje verleden dat beschreven wordt) voor in het verhaal?
Er komen alleen flashbacks in het verhaal voor.


(H) Werkelijkheid en fantasie
Kan dit verhaal ook in de werkelijkheid voorkomen? Leg uit waarom dit wel of niet kan.
Ja, dat is goed mogelijk, er zijn overal wel meisjes die zich voor geld willen laten gebruiken.

(I) Verteller
1. Met welke verteller heb je in dit boek te maken? (ik-verteller, hij/zij-verteller of alwetende verteller)
tussen een ik-verteller en een alleswetende verteller in.
2. Door wiens ogen volg je het verhaal?
Meestal die van Bo, ook soms die van Steffie en Yasmin(hoe ze in Beernem terecht zijn gekomen) en van de verteller.

(J) Waardering
1. Geef het boek een cijfer. Leg uit waarom je dit cijfer geeft.
Ik geef het boek een 9, het is interessant en boeiend geschreven en leuk om te lezen, je wilt het gelijk uitlezen.
2. Vind je de inhoud van het boek interessant? Leg uit.
Best wel, je leert hoe het er in zo'n instelling aan toegaat en hoe het werkt in Bo's wereld.
3. Vind je het verhaal moeilijk of makkelijk? Leg uit.

Het verhaal is makkelijk, het is niet moeilijk te begrijpen en het leest makkelijk.
4. Is het verhaal spannend? Leg uit hoe dat komt.
Een beetje , af en toen denk je wel van, zou ze gepakt worden of zou ze dat echt doen?
5. Welke persoon vind jij het leukst? Leg uit.
Bo, want je leert haar het beste kennen.
6. Zou je anderen dit boek aanraden? Waarom wel/niet?
Ja, het is heel makkelijk om te lezen en ook leuk.
7. Ga je nog een boek van deze schrijver lezen? Waarom wel/niet? Zo ja, welk boek?
Waarschijnlijk wel, als er weer een nieuw boek van hem uitkomt.
(K) Verwachting
1. Voldeed het boek aan de verwachting die je had voordat je het ging lezen?
Ja, het leek me een leuk en mooi boek en dat was het ook.
2. Kwamen er in dit boek zaken voor waarover je nog niet eerder gelezen had? Zo ja, welke?
Nee.
3. Was de vorm waarin het boek geschreven is nieuw voor je? Zo ja, hoe dan?
Nee.


(L) Auteur

1. Vertel in het kort iets over het leven en werk van de schrijver/schrijfster: wie is hij/zij en wanneer is hij/zij geboren (eventueel ook sterfjaar)? Wat heeft hij/zij allemaal gedaan? Wat voor soort boeken schrijft hij/zij meestal? Waarover gaan ze vaak? Wat wil de schrijver met zijn/haar boek bereiken?
Dirk Bracke volgde een opleiding handel. In 1987 deed hij mee aan de John Flanderswedstrijd. Hij won niet, maar werd wel gevraagd om Vlaamse Filmpjes te schrijven. In deze reeks debuteerde hij in 1988. Nadat hij er een aantal had geschreven, waagde hij zich aan een boek. Zijn eerste werd in 1993 gepubliceerd en sindsdien is er elk jaar wel een boek van hem verschenen. Hij schrijft meestal 's ochtends, 's middags werkt hij als postbediende. Hij woont met zijn vrouw en twee zonen in Stekene. Zijn hobby's zijn volleybal en (rock)muziek
De boeken van Dirk Bracke zijn hard en realistisch. Ze beschrijven het leven van hedendaagse jongeren en de problemen die ze hebben. Soms wonen zijn hoofdpersonen in andere werelddelen (kindprostituees op de Filippijnen, straatkinderen in Brazilië), soms ook dicht bij huis (seropositieve jongeren in Vlaanderen). Ook schreef hij twee boeken over gehandicapte jongeren (over een autistisch meisje en over een hardhorend meisje) en voor wat jongere kinderen een aantal boeken die zich afspelen in het verleden.

2. Welke boeken heeft hij/zij nog meer geschreven? Als hij/zij veel boeken geschreven heeft, schrijf er dan vijf op. Heeft hij/zij ook prijzen gewonnen? Vertel dan welke prijs dat is en voor welk boek
1994 Blauw is bitter (Davidsfonds / Infodok / 2e druk 1998)
1995 Een vlieg op de muur (Davidsfonds / Infodok) 1996 Prijs van de Kinder- en Jeugdjury Limburg en Vlaanderen 14 t/m 16 jaar .
1996 Het uur nul (Davidsfonds / Infodok) 1998 Prijs van de Kinder- en Jeugdjury voor het boek in Vlaanderen 14 t/m 16 jaar .
1997 Groene mist (Abimo)
2001 straks doet het geen pijn meer (Davidsfonds / Infodok / 2e druk 2001) 2003 Prijs van de Kinder- en Jeugdjury Limburg en Vlaanderen 14 t/m 16 jaar
2004 Zij en haar (Davidsfonds / Infodok)
3. Heb je al meer boeken van deze schrijver gelezen? Zo ja, zijn die boeken met elkaar te vergelijken en wat vind je van de andere boeken?
Ja, ik heb al meerdere boeken gelezen en in alle boeken heeft de hoofdpersoon een probleem, het zijn allemaal heel realistisch boeken. De andere boeken zijn ook leuk om te lezen.


(M) Recensie
Zoek een recensie van het boek en plak deze erbij. Vertel in het kort of je het wel of niet eens bent met de recensent en beargumenteer je mening.
Niet te vinden.