~*titelverklaring*~ De titel van het boek is: Razend
Verklaring: De auteur heeft deze titel waarschijnlijk gekozen, omdat Sven en roosmarijn razend zijn. Sven is razend op zijn vader, omdat zijn Lennart alles mag en krijgt terwijl Sven niks mag en ook nog eens word geslagen door zijn vader. En op school geloven ze hem ook al niet. Roosmarijn is razend op de kinderen uit haar klas omdat ze haar niet geloven. Ze is ook boos op Bob en had nooit verwacht dat hij zo kon zijn. Nieuwsgierigmakend: Ik vind het wel een nieuwsgierigmakende titel, waarom is de titel razend? wie is er razend? en waarom? Ben ook benieuwd waar het over gaat en wat der gebeurd en of het goed afloopt. Maar dat gebeurd meestal in Carry Slee haar boeken. ~*hoofdpersonen*~ Sven Feije

Sven is 14 jaar. Hij moest doen wat zijn vader zei, maar op een gegeven moment was hij dit zat. Hij ging van zwemmen af (waar hij heel goed in was) omdat hij het niet meer leuk vond. Daar wordt en werd zijn vader heel kwaad om. Dit was een van de redenen dat Sven’s vader hem mishandelde. Zijn grootste passie is, naast Roosmarijn, is filmen. Over zijn uiterlijk krijg je in het boek niks te horen. De enige is de kaft, maar daarvan weet ik niet zeker of hij dat is. Op de kaft staat een jongen met bruin/donker blond haar en bruine ogen. Sven voelt zich vaak ongelukkig en heeft het gevoel dat niemand hem begrijpt en hij heeft het gevoel dat alles fout gaat. Hij voelt zich nog ongelukkiger als hij een paar keer niet op een afspraak kan komen vanwege de striemen die hij heeft doordat zijn vader hem weer een heeft mishandelt. Vrienden van Sven vinden hem aardig, maar balen er erg van dat hij zo vaak niet kan komen of zegt dat hij komt en dat dan afzegt. Ik vind Sven heel sympathiek overkomen en hij geeft mij het idee dat hij echt heel veel om zijn vrienden geeft en zijn vriendschappen probeert te onderhouden. En hij heeft ook veel doorzettingsvermogen: hij gaat ondanks alles door met filmen en gaat niet meer op zwemmen. Het was veel makkelijker geweest voor hem als hij weer gewoon deed wat zijn vader wilde dat hij deed, maar toch doet hij dat niet. Dat vind ik heel erg goed van hem, want het kost dan heel erg veel moeite om toch door te gaan als je steeds geslagen wordt. Zelf weet ik niet wat ik had gedaan, misschien had ik mijn vader dan toch gehoorzaamd, omdat dat makkelijker is, maar ik denk dat ik uit zelfrespect toch door was gegaan weer zou gaan zwemmen. Roosmarijn
Roosmarijn is ook 14 jaar, zit bij Sven in de klas. Ze is verliefd op Sven, en hij ook op haar. Alleen weten ze dat beiden niet van elkaar. Haar uiterlijk kun je nergens uit het boek halen. Er wordt ook niet gesproken over uiterlijke kenmerken die op een of andere manier speciaal zijn. Ze wil graag actrice worden in een film en acteert ook veel en kan dat goed. Ze is dus heel erg blij als Sven haar vraagt om mee te doen aan een film, die hij regisseert en waarin zij mag spelen. Maar Roosmarijn heeft een groot probleem: hun favoriete leraar Bob, kan zijn handen niet thuishouden en zit aan haar. Ze weet niet goed hoe ze er mee om moet gaan en besluit het de klas te vertellen. Niemand, op Sven en Halima (haar vriendin) na, gelooft haar en maken haar uit voor leugenaar. Roosmarijn voelt zich daardoor erg ongelukkig en ze wil het ook niet aan haar ouders vertellen, omdat die het al zo druk hebben met hun zaak, waarmee het op dat moment slecht gaat. Ik vond Roosmarijn heel sympathiek. En ik begreep dat ze, nadat Sven al die afspraken om te filmen afzegde (hij kon niet filmen omdat zijn vader zijn camera had afgepakt) wel een beetje genoeg van hem had. De meeste vrienden (jongens) van Roosmarijn vonden haar aantrekkelijk en waren best jaloers op Sven toen hij wat met haar kreeg. Ik vind het knap en goed van haar dat ze het aan haar klas vertelde dat ze lastig werd gevallen door Bob, maar zelf had ik dat niet gedaan. Misschien had ik het aan een paar mensen verteld en dan naar de rector gestapt Maar dat weet ik niet zeker want het hangt denk ik ook af van de situatie waarin je zit dan. Als het een populaire leraar is die dat doet is het moeilijker om iets te doen, dan wanneer iedereen als een hekel aan de leraar heeft. ~*bijfiguren*~ Lennart Feije: Lennart is de broer van Sven en is ongeveer een jaar jonger. Hij wordt erg voorgetrokken door zijn vader omdat hij alles doet wat hij zegt. Hij gaat bijvoorbeeld wel door met zwemmen. Ik vind hem door een paar dingen, die hij doet (Roosmarijn probeert hij af te pakken van Sven bijvoorbeeld) erg egoïstisch, omdat hij tegen Roosmarijn allemaal negatieve dingen zegt over Sven, waardoor zij aan hem gaat twijfelen. Aan het eind van het boek draait hij bij en geeft hij toe wanneer ze in therapie zijn dat hij het eigenlijk eens is met Sven. Hij vertelt dat hij zwemmen ook niet zo leuk vind maar het niet durft te zeggen en dat hij wel heel erg opkijkt tegen Sven, omdat hij het wel durft te zeggen. Ik weet niet hou oud hij is omdat het niet in het boek staat. De vader van Sven en Lennart: Ik denk dat de schrijver de vader van Sven en Lennart goed heeft omschreven. Dat was ook
haar bedoeling: hij komt erg onsympathiek op mij over en ook gemeen en niet eerlijk. Hij heeft, volgens mij, het idee dat hij het recht heeft om te bepalen wat anderen met hun leven doen en er niet tegen kan wanneer hij geen gelijk krijgt. De schrijver beschrijft hem op zo’n manier dat je zijn gedachten niet kunt raden of inbeelden; je weet bijvoorbeeld alleen maar over de reden waarom hij slaat. Hij vindt het slap van Sven vind dat hij is gestopt is met zwemmen en dat hij hem lui vind, maar verder wordt er niet dieper ingegaan over wat hij denkt. Maar ik denk wel dat hij zich niet goed kan inbeelden wat anderen denken of voelen, anders had hij Sven niet geslagen. Dan had hij gezien en gemerkt dat hij er aan onderdoor ging. Dan had hij ook begrepen dat zijn vrouw hem zou troosten (iets dat hij niet toeliet). Maar aan het eind van het boek wordt ook een klein beetje duidelijk, waarom hij Sven sloeg: hij werd zelf ook geslagen door zijn vader. De moeder van Sven en Lennart: Ik vind niet dat je moeder van Sven en Lennart echt een eigen mening heeft en die ook uit. Ze is erg bang voor haar man en doet alles wat hij zegt. Heel soms gaat ze er tegen in, maar dat doet ze heel onopvallend en snel, zodat hij het niet merk. Bijvoorbeeld wanneer Sven geslagen is en een wond heeft dan maakt ze die heel erg snel een beetje schoon en dan zegt ze tegen hem: ‘Waarom daag je je vader ook zo uit?’ Ik vind dat een beetje slap. Ik vind dat ze eerder had moeten zeggen dat hij ongelijk heeft en dat niet had moeten doen in plaats van Sven de schuld ervan te geven. Aan de ene kant heb ik heel erg weinig respect voor haar omdat ze het toch toestaat dat haar kind door haar man wordt mishandeld, maar ik kan ook wel een beetje begrijpen dat ze niks durft te doen: ze is bang om zelf ook geslagen te worden. Maar al was ik zijn moeder geweest had ik liever gewild dat hij mij sloeg in plaats van mijn zoon denk ik. De oma van Sven: De oma van Sven heeft niet echt een grote rol in het boek, de enkele keren dat ze voorkomt is aan de telefoon. Zij heeft al door dat het niet klopt wat er in dat gezin gebeurt en ze raadt de vader van Sven een paar keer aan om naar een therapeut te gaan. Maar hij wil niet luisteren, totdat Sven voor hem staat met een mes en vraagt of hij hem wil vermoorden en dan snapt ook hij dat het helemaal fout is en gaan ze naar de therapeut. Bart: Bart is ook 14, zit bij Sven in de klas en is de beste vriend van Sven. Maar hij begint een beetje genoeg van Sven te krijgen. Bijna aan het eind van het boek is de vriendschap ook echt over. De reden daarvoor is dat hij er best van baalt, dat Sven bijna nooit komt opdagen bij afspraken. Bart vindt het ook heel erg vervelend, maar hij weet niet dat Sven geslagen wordt. Dat dat de reden is dat hij soms niet komt. Bart wordt niet echt beschreven in het boek, maar zoals ik hem zie in het boek lijkt hij mij aardig. Ik snap dat hij genoeg had van Sven, omdat hij nooit kwam. Als een vriend of vriendin dat van mij zou doen, zou ik dat ook hebben. Ik denk wel dat als hij geweten had van de mishandeling, dat hij Sven zou helpen en zeker niet had laten vallen. Arnout en Hakim: Deze twee personen komen altijd samen in het boek voor, vandaar dat ik ze tegelijk behandel. Ze zijn alle twee even oud als Sven en zitten ook in dezelfde klas. Ze komen op mij over als 2 jongens die niet echt serieus zijn altijd en gewoon zoveel mogelijk lol willen maken. Ze zijn hopeloos opzoek naar een vriendin en ze hebben ook een nieuw plan gemaakt om er een te krijgen: ze gaan chatten als twee meisjes: Lotte en Dieke. Ze weten niet dat Bart en Sven zich ondertussen ook voor doen als twee meisjes en met hen gaan chatten. Als ze dan eindelijk afspreken staan ze dan ook verbaast te kijken als niet Melissa en Annabel (zo noemen Bart en Sven zich), maar Bart en Sven verschijnen op het afspraakje. Buiten deze gebeurtenis spelen ze niet echt een rol in het verhaal en ze hebben ook niet duidelijk beschreven karakters. Halima: Halima is de beste vriendin van Roosmarijn. Ze komt af en toe in het boek voor, waardoor je geen duidelijk beeld van haar krijgt. Ze is opgewekt, vrolijk en flapt er dingen snel uit. Als niemand Roosmarijn gelooft als ze vertelt dat Bob haar lastig valt is zij een van de weinige die haar steunt en gelooft. Ze neemt het ook voor Roosmarijn op. Als bijvoorbeeld niemand haar gelooft wordt ze boos en vindt het onterecht van iedereen ze zegt dat Roosmarijn dat nooit kan verzinnen. Ik vond haar heel erg leuk, spontaan, eigenwijs en jammer dat ze niet meer voorkwam in het boek. Astrid van Lanen: Toen Astrid in de feestcommissie van de school zat heeft Bob haar ook lastig gevallen. Toen is ze uit de feestcommissie gestapt, omdat Bob daar in zat en kwam er een plek vrij. Roosmarijn wou er altijd graag in, maar omdat Bob er inzat wou ze niet meer. Het nieuws dat Bob haar lastig viel was intussen
door de school gegaan en iedereen wist ervan. Astrid kwam dan ook op een middag bij haar om te vragen of het echt zo was en zei dat hij het bij haar wel had gedaan. Doordat Astrid haar verhaal ook heeft gedaan bij de conrector is de leraar ook ontslagen. Over Astrid kan ik geen duidelijk beeld krijgen omdat zij niet echt veel voorkomt in het boek en ook niet beschreven wordt. Bob van der Steen: Bob is de leraar wiskunde van de klas van Sven. Hij is zeer populair en geliefd onder de leerlingen maar als hij een keer met Roosmarijn samen is zit hij aan haar. Sven krijgt een keer ruzie met hem over wat hij gedaan heeft met Roosmarijn. Roosmarijn ontkent dit allemaal en hij wordt daarom geschorst. Als hij een keer betrapt wordt als hij het weer bij Roosmarijn probeert wordt hij ontslagen. Later blijkt dat hij dat bij meerdere meisjes heeft gedaan. Ik vond de manier waarmee hij openlijk met leerlingen omging (in de klas) leuk, hij maakt ondertussen grapjes en je zou het ook niet verwachten van hem. Maar als hij alleen met leerlingen (meisjes) is, veranderd hij en zit soms aan ze. Meneer Hazelman: Meneer Hazelman is de conrector op de school waar Sven zit. Hij schorst Sven eerst, en later ontslaat hij Bob. Hij heeft geen belangrijke rol in het verhaal en zijn karakter word ook niet omschreven maar volgens mij is hij heel aardig en erg geschrokken van wat er was gebeurd. Mevrouw Simons: Mevrouw Simons is de therapeute waar de oma van Sven het over heeft. Ze komt alleen aan het einde van het boek voor en gaat dan proberen om het allemaal weer goed te maken in het gezin. Ze komt zelf niet aan het woord. Alleen haar naam word een paar keer genoemd. Een mening kan ik niet over haar hebben. Mariska en Stephanie
Klasgenoten van Sven en Roosmarijn. Zij willen ook graag meespelen in de film van Sven. Er wordt niet verteld hoe ze eruit zien en wat hun karakter is alleen ze zijn wel een beetje jaloers omdat roosmarijn in Svens film mag spelen en hun niet. ~*tijd*~ Plaats in de tijd Het speelt zich denk ik in deze tijd af, want ze hebben mobiele telefoons en een computer met internet, want ze gaan chatten. En het is een beetje zoals hoe het nu allemaal gaat dus gewoon deze tijd. Vertelde tijd Het verhaalt duurt denk ik ongeveer een maand, want ze moeten elke keer naar school en er is geen vakantie tussen dus zo heel lang kan er niet zijn. Maar ik weet niet zeker hoelang het duurt, omdat er niks over word verteld. Continu Het boek is wel continu verteld, want het verhaal word zonder grote sprongen in de tijd achter elkaar doorverteld.
Chronologie Het boek is wel chronologisch, want het verhaal word zonder flashbacks achter elkaar doorverteld. ~*inhoud*~ h1 Sven is niet gelukkig thuis, Sven wordt mishandeld door zijn vader. Hij wordt heel vaak geslagen en zijn broer wordt erg voorgetrokken en doet er alles aan Sven in de problemen te brengen. Sven wil stoppen met zwemmen, omdat hij vindt dat hij nergens anders meer de tijd voor heeft. Als hij dit aan zijn vader verteld, wordt die heel kwaad, en slaat Sven. Als hij naar de badkamer gaat, ziet hij dat hij bloed heeft op zijn achterhoofd. Zijn moeder haalt het een beetje weg. En word geroepen door Svens vader dus gaat naar beneden. Sven heeft erge hoofdpijn en neemt maar een paar aspirines in voor hij naar school gaat. Als hij op school komt zien zijn vrienden dat hij niet echt vrolijk is. Maar hij zegt niks. Sven is helemaal gek op Roosmarijn maar hij durft niks tegen haar te zeggen, daarom zitten zijn vrienden hem een beetje op te fokken. Als Arnout en Hakim komen vertellen ze hun plannetje. Ze gaan vanmiddag chatten en dan doen ze of ze net of ze twee meiden zijn en ze zijn op zoek naar twee leuke vriendinnen. Ze heten Dieke en Lotte en als het ze lukt gaan ze een afspraakje maken. En gaan ze de meisjes verrassen. Sven krijgt opeens een super plan. Maar dat bespreekt hij straks wel met Bart. Als roosmarijn zegt dat de wiskunde leraar verkering heeft komt iedereen om der heen staan en ze zegt dat ze Bob (de leraar) zag zitten met een vrouw in het parkje. Als ze in de klas zitten bij wiskunde hebben ze geen zin in de SO en proberen ze eronderuit te komen door hem te pesten over wat ze hadden gezien. Maar als Bob zegt dat hij zijn zus was kijken ze allemaal naar Roosmarijn. Als hij de blaadjes voor de SO wil uitdelen hebben ze hebben geluk Bart maakt en goede opmerkingen en de SO niet door gaat. Als ze de klas uit komen lopen ze allemaal een beetje boos naar Roosmarijn. Maar Sven neemt het voor haar op en zegt dat ze er niks aan kan doen. h2 Sven leest zijn scenario over. Het is erg somber geworden! Zijn verhalen waren juist erg grappig. Het verhaal gaat over een jongen, maar die jongen is eigenlijk hij zelf. Als zijn scenario elke dag zo is kan hij beter weer gaan zwemmen. Hij is de laatste tijd niet echt gezellig. Hij moet zichzelf een beetje gaan oppeppen anders gaan zijn vrienden echt van hem balen. Hij denkt aan Roosmarijn. Als Sven zijn trui zoekt, waar hij weken voor bij zijn oma heeft moeten werken, kan hij hem nergens vinden. Terwijl hij zeker weet dat hij in zijn kast moet liggen. Als hij bij zijn broer Lennart onder het bed kijkt, ziet hij hem liggen. Als hij de trui aan heeft kijkt hij in de spiegel en ziet dat er een grote chocolade vlek op zit. Als Lennart thuis komt is Sven razend op hem, maar hun vader neemt het voor Lennart op. Hij krijgt zelf geld om zo’n zelfde trui te kopen. Sven vind het niet eerlijk maar zegt het niet hij is bang voor nog meer blauwe plekken. Sven is nog steeds uit humeur als hij op school komt. Bart verteld van alles maar Sven is meet met zijn trui bezig. Hij begrijpt niet het niet hoe komt het dat Lennart word beloont voor het jatten van zijn trui. Bart merkt dat hij niet zo vrolijk is en dat wil Sven niet hebben. Hij vraagt gelijk hoe het met Dieke en Lotte is. Bart zegt dat ze dat vanmiddag horen. Sven word gelijk een stuk vrolijker als hij aan hun plan denkt. Als Arnout en Hakim eraan komen vragen ze of Bart en Sven ook komen. Bart en Sven zegge dat ze niet kunnen. Daar komen ze goed vanaf. Ze moeten alleen nog weten naar welke chatbox ze gaan, dus vraagt Bart voor de gein of ze niet naar de sexbox gaan. Hakim moet lachen en zegt dat ze bij Plaza gaan chatten. Sven steekt zijn duim op naar Bart en ze lopen de school in. Roosmarijn zit in de aula ze is zogenaamd haar gymspullen vergeten. Nu kan ze mooi haar Franse proefwerk leren, want daar is gister niks van gekomen. Als ineens haar wiskunde leraar Bob naast haar staat schrikt ze zich rot. ‘ach, hebben ze je helemaal alleen gelaten?’ Vraagt Bob. Roosmarijn zegt dat ze haar Frans aan het leren is. Bob wil weggaan maar draait zich weer om. Hij vraagt aan Roosmarijn of ze even mee komt, want haar wiskundeproefwerk had ze niet zo goed gemaakt. Ze loopt mee naar zijn lokaal en gaat zitten. Hij legt de sommen uit, maar Roosmarijn snap er nog niks van. Bob pakt haar hand en laat haar vinger langs het papier geleiden. Als hij haar hand los laat legt hij het nog een keer uit. Als Roosmarijn naar bob kijkt, ziet ze dat hij niet in het boek kijkt maar naar haar buik. Roosmarijn probeert zich te concentreren maar het lukt niet. Ze springt op. ‘Wat is er?’ vraagt Bob. Ze zegt dat ze haar Frans moet leren en rent weg. Buiten haalt ze diep adem. Ze durft de school niet in en wacht tot de bel gaat, dan pas gaat ze naar binnen. Halima hangt een heel verhaal op over de gymles, maar Roosmarijn reageert er niet op. Als Roosmarijn het aan Halima heeft verteld, zegt Halima dat Bob het niet zo bedoelt. Roosmarijn zegt dat ze zich waarschijnlijk aanstelt en gooit geld in een automaat en haalt er een mars uit. h3 Roosmarijn staart naar haar bord, terwijl haar brood allang op is. Als haar moeder vraagt of ze geen zin heeft in school zegt ze van wel en drinkt ze snel der thee op. Ze wil haar moeder niet vertellen wat er is. Ze zit te piekeren ze kan het maar beter allemaal vergeten. Ze pakt haar rugtas en trekt der jas aan. Als ze bij de brug aankomt ziet ze dat Halima in slaap is gevallen. Roosmarijn stapt van der fiets. Ze haalt haar flesje water uit der tas, draait hem open en giet een scheutje water over Halima haar hoofd. ‘HELP!’ Halima is gelijk klaar wakker. Als ze op de fiets zitten weet Roosmarijn niet wat ze meemaakt, Halima lult aan 1 stuk door. Als ze in het centrum fietsen horen ze getoeter. Roosmarijn kijkt om, ze schrikt zich dood het is Bob. Halima zegt dat ze er niet meer aan moet denken ze hebben vandaag toch geen wiskunde. En al hadden ze het wel gehad had ze toch wel moeten gaan. Wat een afknapper hé, gisteren? Zegt Bart. Ze hebben ruim een uur achter de computer gezeten maar ze kwamen er niet doorheen. Ze hadden wel veel vragen voor Dieke en Lotte bedacht, maar het lukte gewoon niet. Ze kunnen ze hun plan wel vergeten. Maar even iets anders krijg ik nou nog een vriend met verkering? Vraagt Bart. Sven zegt dat hij Roosmarijn uit zijn hoofd moet zetten, omdat hij denkt dat het toch niks gaat worden. Geintje zegt Sven en sleurt Bart mee naar een hoekje van het plein. Hij vertelt dat hij een plan heeft. Hij wil een film maken met roosmarijn in de hoofdrol. Bart vind het een super idee en roept over het plein dat Sven een film gaat maken. De hele klas komt om hem heen staan. Ze vragen waar het over gaat. Sven verteld wat hij wil gaan doen. Roosmarijn, Mariska en Stephanie willen graag de hoofdrol hebben. De meisjes willen dat er wordt geloot. Bart neemt zogenaamd een getal in zijn hoofd en doet of Roosmarijn heeft gewonnen zonder dat de andere het door hebben. Sven legt Roosmarijn uit hoe hij het precies wil hebben. Ze spreken vanmiddag om half 4 bij Roosmarijn af om te beginnen. Als ze in de gang zijn komen Arnout en Hakim aanrennen. Ze vertellen dat ze gisteren de chatbox niet inkwamen, maar dat Dieke en Lotte vanmiddag weer achter de computer gaan. Bart en Sven kijken elkaar aan, goed dat ze het weten. Als Roosmarijn en Halima de trap op lopen ziet Roosmarijn Bob boven aan de trap staan. Ze rent naar beneden en zegt tegen Halima dat ze haar sleutel in der fiets heeft laten zitten. Ze wacht tot Bob weg is maar dan gaat de bel. Dit haalt ze niet meer. Ze haalt een te-laat-briefje. Als Sven thuis komt vertelt zijn moeder dat zijn vader de camera heeft meegenomen naar het zwembad. Sven kan hem niet gaan halen omdat het helemaal in Haarlem is. Sven is razend. Als hij naar de prijzen van Lennart kijkt zou hij ze wel uit het raam willen smijten. h4 Roosmarijn verheugt zich erop een film te maken met Sven. Omdat Roosmarijn een meisje speelt die van huis wegloopt, vraagt ze zich af wat er allemaal meeneemt. Dat ligt er natuurlijk aan wat er allemaal in haar tas past. Als ze haar schooltas leeggooit valt haar agenda open op het rooster voor morgen. Wiskunde het derde uur. Haar humeur is gelijk veranderd. Ze vindt dat ze zich aanstelt en niet zo raar moet denken Bob bedoelde het vast op een andere manier. Ze moet ermee ophouden en aan iets anders denken. Ze gaat haar tas verder inpakken. Ze moet lachen. Haar tas is al half vol en ze heeft nog niet eens haar toiletspullen en kleren gepakt. Ze leeft zich wel erg in haar rol. Het is maar voor een film. Sven weet niet wat hij tegen Roosmarijn moet zeggen. Wat hij ook verzint, hij staat toch voor paal zonder camera, dat is één ding wat zeker is. Hij probeert Bart te bellen misschien dat hij een oplossing heeft, maar hij neemt niet op. Zuchtend pakt hij zijn jas, want hij kan maar beter zorgen dat hij dan in ieder geval op tijd is. Hij neemt zijn pen en blocnote mee dan kunnen ze in ieder geval een scenario bedenken, want hij wil er in ieder geval voor zorgen dat hij niet over een meisje gaat die wegloopt. Het moet een vrolijke film worden vind hij. Hij stapt op zijn fiets en gaat naar haar toe. Sven rijdt de straat in en zet zijn fiets voor de deur. Roosmarijn doet gelijk open. Als Sven vertelt dat hij zijn camera niet heeft denkt Roosmarijn dat hij een geintje maakt. Sven kan zeggen wat hij wil maar ze gelooft het toch niet. Hij wil haar niet teleurstellen dus zegt hij dat ze eerst een goed script moeten hebben. Als Sven zegt dat hij het liever niet over een meisje wil laten gaan die wegloopt, maar iets vrolijkt, verzint Roosmarijn andere dingen. Sven vind dat ze meer dingen moet bedenken. Als Roosmarijn haar moeder thuis komt moeten ze naar boven. Als Roosmarijn drinken gaat halen, kijkt Sven haar kamer rond. Sven ziet een foto van een jongen. Hij denk dat ze een vriend heeft en dat hij dat is. Hij wil liever niet meer vader gaan met de film maar laat dat niet merken. Roosmarijn bedenkt allemaal onderwerpen maar Sven kan niks bedenken. Hij blijft maar naar de foto staren. Als Roosmijn het ziet vertelt ze dat het haar broer is. Sven is zo blij dat hij gelijk weer wat kan verzinnen en legt het Roosmarijn uit. Roosmarijn loopt van huis weg, want ze wordt onterecht beschuldigt van iets en niemand gelooft haar zelfs haar ouders niet. Ze zien het helemaal voor zich en vinden het allebei geweldig. Sven gaat weg, want hij heeft met Bart afgesproken. Ze preken weer af voor woensdag.
h5 Sven heeft zich in tijden niet zo goed gevoeld. Roosmarijn heeft gewoon niet gemerkt dat hij hem echt niet bij zich had. Als hij thuis is gaat hij achter de computer om aan zijn scenario te beginnen. Na een uur is het af en hoort hij zijn ouders thuis komen. Ze klinken vrolijk dus volgens hem heeft Lennart zich door de selectie heen geslagen. Als zijn moeder boven komt vraagt ze of hij beneden feest komt vieren. Hij heeft eigenlijk geen zin maar gaat toch maar. Sven’s vader verteld dat hij een hele reportage gaat maken van elke dag dat Lennart moet zwemmen. Sven schrikt als hij het hoort. Svens vader lacht hem uit als hij zegt dat hij een film wil maken. Sven word boos en wil zijn camera terug pakken maar als hij dat doet krijgt hij een klap in zijn gezicht. Zijn neus bloed. Hij rent naar boven. Zijn moeder loopt achter hem aan en duwt zachtjes een washandje tegen zijn neus. Zijn moeder zegt dat hij niet zo dom had moeten zijn hij weet dat zijn vader zo is. Zijn moeder gaat weer naar beneden. Sven belt Bart maar op dat hij niet kan komen doordat hij hoofdpijn heeft. Als Sven de volgende morgen in de spiegel kijkt, is hij opgelucht. Zijn neus valt gelukkig mee. Sven wacht tot zijn vader weg is, dan gaat hij naar beneden. Zijn moeder is er nog wel maar daar heeft hij geen last van. Hij maakt snel brood en stopt ze in zijn tas. Als hij de straat uit rijd ziet hij Bart staan. Bart is een beetje boos, want ze zouden eigenlijk gaan chatten gisteravond. Als ze verder fietsen komen Arnout en Hakim erbij fietsen. Ze vertellen over Melissa en Annabel. Ze vertellen dat ze gisteravond hadden afgesproken maar dat ze niet achter de computer konden. Bart is nu niet meer boos op Sven het plannetje gaat lukken. Als roosmarijn naar Sven kijkt ziet Halima dat. Ze kijkt alsof ze verliefd is maar ze weet niet of ze verliefd op Sven is. De bel gaat. Roosmarijn was vergeten dat ze wiskunde hebben. Ze wil eigenlijk niet en verzint een smoes maar Halima krijgt haar toch zover dat ze wel gaat. Als ze in de klas zitten haalt bob weer eens een grapje uit. Als iedereen uitgelachen is, deelt hij blaadjes uit. Ze hebben hun proefwerk erg slecht gemaakt dus krijgen ze nu een oefenproefwerk. Als iedereen aan het werk is loopt hij de klas rond. Als hij dichterbij roosmarijn komt wordt ze bang. Als hij zijn hand op haar schouder legt krijgt ze het heet. Ze is blij als hij wil doorlopen tot hij opeens zijn hand langs haar borst laat geleiden. Halima kijkt Roosmarijn aan en vraagt wat er is. Roosmarijn vertelt het, Halima schrikt maar ze doen of er niks is. Roosmarijn kan niet meer nadenken. Ze trilt bij de gedachten. h6 Sven had gehoopt dat hij zijn camera terug had gekregen, maar dat is niet gebeurd. Als zijn vader weg is gaat hij stiekem kijken of hij in zijn vaders bureaula ligt. Yes, denkt hij, hij ligt er. Hij durft hem er niet uit te halen omdat hij bang is dat hij hem niet op tijd terug kan leggen. Hij moet zich erop voorberijden dat de film niet kan doorgaan. Na geschiedenis is Halima er gelukkig weer. Ze heeft iets bedacht voor wiskunde. Ze gaan van plek ruilen dan zit Roosmarijn naast het raam en kan bob niet bij haar. Roosmarijn is blij. Als ze op het bord met roosterwijzigingen kijkt wordt ze nog vrolijker. Ze hebben laatste 2 uur vrij. Als Sven het hoort wil hij wel een gat in de lucht springen. Nu kunnen ze toch gaan filmen. Nu kan hij gaat eerst chatten bij Bart en daarna filmen met roosmarijn. Met een blij gevoel loopt hij de klas in. Als ze bij Bart achter de computer zitten zijn Lieke en Lotte(Arnout en Hakim) gelukkig ook aan het chatten. Bart en Sven maken ze helemaal gek. Als Lotte en Lieke een afspraakje met ze willen maken, zeggen Bart en Sven dat ze moeten stoppen en dat ze volgende week pas weer kunnen. Ze willen ze lekker in spanning laten zitten. h7 Als Sven thuis komt pakt hij snel de camera. Als Roosmarijn er is gaan ze gelijk beginnen. Geweldig zegt Sven alleen hij wil voor de zekerheid nog een opnamen maken. Ze willen beginnen als er ineens een jongetje van een jaar of negen het tuinpad op komt. Het is Pierre. Hij moet naar muziekles maar word gepest door een groepje jongeren. Ze wachten hem op in het park. Ze gaan erop af. In het park laten ze Pierre er alleen heen rijden. Als de jongens naar hem toe lopen gaan Roosmarijn en Sven er gauw heen. Als ze het groepje jongens vragen waar ze mee bezig zijn laten ze hem los. Roosmarijn wordt boos daardoor worden ze bang en ze zeggen dat ze het niet meer zullen doen. Pierre gaat naar muziekles en Sven en Roosmarijn rijden lachend naar Svens huis. Als roosmarijn voor de zoveelste keer dezelfde scène over moet doen zegt ze dat ze even een pauze wil. Ze gaan naar binnen even wat drinken. Lennart zit er ook. Roosmarijn vind dat ze niet op elkaar lijken. Als Svens moeder belt vraagt ze of Sven even naar de schoenmaker wel om zijn vaders schoenen op te halen. Sven doet het maar straks heb die weer ruzie en daar heeft hij geen zin in. Roosmarijn gaat niet mee ze blijft bij Lennart. Als ze even aan het praten zijn verteld Lennart dat Sven een vriendin heeft ze heet Miranda. Sven heeft haar op vakantie ontmoet. Roosmarijn zegt dat ze weg moet. Ze heeft helemaal geen zin meer om in Sven’s film mee te spelen. h8 Als Sven beneden komt voor het ontbijt, is zijn moeder de enige die goedemorgen zegt. Lennart en zijn vader zijn druk in gesprek. Lennart mag een speciale training doen in Duitsland. Het duurt een weekend vertelt zijn moeder. Als Sven hoort dat het op zijn verjaardag is wordt hij verdrietig. Zijn vader zegt dat hij niet eens mee mag. Dan is hij helemaal alleen op zijn verjaardag. Sven gaat naar boven en probeert te leren. Het lukt niet hij ziet het helemaal voor zich alleen met zijn verjaardag. Onderweg naar school heeft Bart het aan één stuk door over Lieke en Lotte. Sven luistert niet echt hij is razend op zijn ouders. Hoe kunnen ze hem nou alleen laten op zijn verjaardag. Als ze het plein op lopen, komen Hakim en Arnout naar ze toe lopen. Ze pesten Sven en Bart omdat zei lekker geen vriendin hebben en hun wel. Als Sven Roosmarijn aan ziet komen gaat hij naar haar toe. Ze is niet echt spontaan. Als hij een nieuwe afspraak wil maken loopt ze weg. In de pauze komt Susan naar Roosmarijn toe. Astrid van Lanen is uit de feestcommissie gestapt. Nu is er een plekje vrij voor Roosmarijn. Maar Roosmarijn wil niet meer, omdat Bob er ook bij zit. Als ze tegen Susan zegt dat ze eigenlijk niet meer wil word Susan boos en zegt dat ze dat maar zelf tegen Bob moet zeggen. Roosmarijn is helemaal overstuur. Ze mag niet meer aan Bob denken van zichzelf. Roosmarijn verteld aan Halima dat ze met Lennart heeft afgesproken maar ze heeft eigenlijk geen zin. Halima zegt dat ze wel wil en meegaat, ff lol maken. Roosmarijn vind het maar ongezellig dat Halima eerst naar bijles moet, nu moet ze helemaal alleen naar het zwembad fietsen. Als ze bij het zwembad is gaat haar mobieltje. Het is Halima. Ze was vergeten dat ze niet kan omdat ze twee uur bijles heeft in plaats van één. Als ze weer naar huis wil gaan wordt ze ineens geroepen. Het is Lennart. Voor ze het in de gaten heeft staat ze al in het zwembad. In het begin vind ze het wel leuk maar nu begint ze het saai te vinden. Als haar telefoon ineens weer gaat is het weer Halima. Roosmarijn verteld dat ze in het zwembad zit. Halima moet heel hard lachen als ze het hoort. Roosmarijn hangt snel op en zet haar telefoon uit. Als het is afgelopen vraagt Lennart of hij haar nummer mag hebben ze geeft hem zonder na te denken. Pas als ze op de fiets zit beseft ze wat ze heeft gedaan. Sven zit op zijn kamer te leren. Erg goed gaat het niet. Hij denkt aan Roosmarijn. Ze deed zo onverschillig. Hij wil het overmorgen heel anders aanpakken met filmen. Zijn moeder roept hem voor het eten. Als hij beneden aan tafel is verteld zijn vader dat Lennart een leuk meisje had meegenomen. Wacht maar tot jullie Roosmarijn zien denk Sven. h9 Sven zet de tv aan. Hij zit net in het verhaal als zijn broer begint te zappen. Zijn broer verteld dat Roosmarijn ook verliefd op Sven is, maar zij niet weet dat Sven ook op haar is. Hij zegt dat hij gaat zorgen dat ze dat wel in de gaten gaat krijgen. Hij vindt dat hij dom is geweest dat hij dat niet heeft laten merken, maar hij is wel blij nu hij het weet. Roosmarijn is later uit haar bed dan anders. Ze wil niet naar wiskunde. Vannacht heeft ze niet geslapen en sinds dat gedoe met Bob is ze ook al een paar kilo afgevallen. Roosmarijn wil het haar ouders vertellen maar doordat het niet goed gaat met het bedrijf doet ze het toch maar niet. Ze wil niet naar school. Als de telefoon gaat is het Halima ze doet zich voor als iemand van de schoolinspectie en Roosmarijn gelooft het nog ook. Pas als Halima begint te lachen krijgt Roosmarijn het in de gaten. Ze gaat toch maar naar school toe. Als ze op de fiets zit komt Lennart ineens naast haar fietsen. Hij vertelt dat hij laat is omdat hij een meningsverschil had met Sven. Roosmarijn wil weten waar het over ging. Lennart zegt dat hij vindt dat je alleen een meisje moet versieren als je haar echt leuk vind en niet voor de kick. Als Roosmarijn vraagt of Sven daar anders over denkt zegt Lennart dat hij die straat in moet en gaat er snel vandoor. Roosmarijn denkt na over wat Lennart heeft gezegd, ze wil er niet aan denken. Maar het laat haar niet los. Als ze aan Halima verteld wat Lennart zei zegt ze dat Sven niet zo’n jongen is. Roosmarijn is blij dat Halima haar heeft overgehaald naar school te gaan. Zo erg is het niet bij wiskunde als ze bij het raam zit. Bob maakt de ene grap na de ander. Als ze aan het werk zijn haalt Halima haar etui uit haar tas. Als ze haar tas weer op de grond zet laat ze per ongeluk haar etui vallen. Bob ziet dat als Halima haar spullen opraapt staat Bob al bij Roosmarijn. Hij vraagt op ze het snapt en ondertussen als hij het uitlegt legt hij zijn handpalm op haar borst. Roosmarijn verstijft. Als Halima vraagt wat er is kan ze geen woord uitbrengen de tranen staan in haar ogen. Halima pakt hun spullen in en zegt tegen Bob dat Roosmarijn zich niet zo lekker voelt en ze even een luchtje gaan scheppen. Roosmarijn vertelt wat er gebeurt was. Ze gaan naar de aula. Als de klas uit het lokaal is moeten ze allemaal in de aula gaan zitten van Halima. Daar verteld Halima wat Bob bij Roosmarijn heeft gedaan. Iedereen schrikt maar de meeste vinden dat ze het een beetje overdrijft. Sven komt voor haar op maar het heeft geen zin meer iedereen loopt weg behalve Roosmarijn, ze heeft geen zin meer en blijft in de aula. Bart gelooft het niet en krijgt daardoor ruzie met Sven. Sven heeft ook geen zin meer om naar de les te gaan en hij ziet dat Halima alleen is dus zal Roosmarijn nog wel in de aula zitten. Als hij bij de aula is ziet hij haar zitten, hij gaat ernaast zitten. Roosmarijn duwt hem opzij en loopt de aula uit.
h10 Vandaag is het maandag. Roosmarijn rijd naar huis als Halima haar ineens inhaalt. Ze heeft geen bijles dus kunnen ze iets leuks gaan doen. Dat kan Roosmarijn wel gebruiken na alles wat er is gebeurd. Maar eigenlijk had ze afgesproken met Sven. Ze heeft geen zin meer in de film maar als ze Sven blijft zien kan ze hem straks nooit meer uit haar hoofd zetten. Ze doet haar best hem uit haar hoofd te zetten maar wat ze ook doet het lukt niet. Van Halima mag ze niet stoppen met de film. Roosmarijn begreep niet echt wat Lennart bedoelde dus ze fietsen naar zijn school, de Bakel. Sven zit op zijn kamer hij kijkt op de klok. Roosmarijn komt over een uurtje. Toen ze wegliep kreeg in de aula, kreeg hij een heel naar gevoel. Ze was gewoon overstuur zegt hij tegen zichzelf. Hij kijkt weer op zijn horloge. Hij gaat vast zijn camera pakken. Hij hoopt dat hij weer in het laatje ligt van zijn vaders bureau. Gelukkig hij ligt er. Net als hij zijn eigen band in de camera wil doen gaat de bel. Hij hoopt dat het roosmarijn is maar het is Bart. Roosmarijn en Halima staan als 20 minuten te wachten voor de Bakel maar Lennart komt nog steeds niet naar buiten. Roosmarijn heeft geen zin meer om te wachten, maar Halima wil wel blijven. Als ze weer een paar minuten verder zijn gaat de deur open. Lennart komt naar buiten. Hij loopt naar Roosmarijn toe en vraagt of ze zaterdag wil komen dan gaan ze samen film kijken. Ze zegt misschien. Lennart vertelt weer iets negatiefs over Sven. Nu weet je gelijk hoe hij is zegt Halima. Halima is helemaal gek van Lennart. Roosmarijn heeft geen zin meer om naar Sven te gaan, ze gaat met Halima wat leuks doen. Sven is blij dat Bart allen zijn schrift kwam lenen. Vanavond word het weer spannend ze gaan weer chatten. Ze willen vragen of ze vrienden van Lieke en Lotte kunnen ontmoeten en het liefst nog zo snel mogelijk ook. Als sven beneden de kamer in loopt, gaat de telefoon. Het is Roosmarijn. Ze komt niet. Sven kan geen word uitbrengen. Roosmarijn zegt doei en hangt weer op. Hij is erg teleurgesteld. Er zijn alleen nog maar verdrietige dingen voor hem. Alles wordt zwart. Hij gaat naar zijn kamer muziek luisteren, maar elk nummer doet hem aan Roosmarijn denken. Hij gaat naar het strand. Als hij de deur uit wil gaan vergeet hij bijna zijn camera terug te leggen. Op het strand heeft hij bedacht dat hij niet aan het ergste moet denken, Roosmarijn heeft afgebeld maar niet gezegd dat ze helemaal met de film wil stoppen. Als Sven weer thuis is, heeft zijn broer net gezwommen. Zijn vader stormt op hem af en zegt dat Sven een dief is. Zijn vader heeft gemerkt dat Sven de camera heeft gebruikt, want Sven was vergeten zijn band weer om te wisselen met die van zijn vader. Hij wordt geslagen en op de grond gegooid. Als hij boven is moet hij spugen hij is helemaal duizelig. Zijn moeder komt naar boven. Ze vraagt of het wel gaat. Ze geeft hem een glaasje water en een natte doek. Ze zegt dat het vanzelf weer heelt. Als ze geroepen word, gaat ze snel weer naar beneden. Als Sven zijn gezicht in de spiegel ziet, schrikt hij. zo kan hij vanavond echt niet naar Bart toe. Sven hoort zijn vader schreeuwen in zijn hoofd. Het houd niet op. Hij gaat op zijn bed liggen en duwt een kussen tegen zijn hoofd en begint te huilen. h11 Het is 2 dagen geleden dat Sven voor het laatst is geslagen. Hij heeft op school verteld dat hij ene ongeluk heeft gehad. Gelukkig geloofde ze hem. Bart is wel boos op Sven, maar Sven begrijpt hem wel alleen had hij het nooit zo bedoelt. Hij wil vanmiddag naar Bart toe gaan en zijn excuses aan bieden, maar eerst gaat hij langs Roosmarijn. Ze was gister uit zichzelf naar hem toegekomen voor een afspraak. Hij wil proberen aan zijn vader te vragen of hij zijn camera terug mag. Als hij zijn vaders kamer open doet zit hij er niet. Hij is er wel geweest, want zijn licht staat nog aan en het raam staat nog open. Het regent dus Sven is bang dat zijn vaders papieren nat worden. Als hij het raam wil dicht doen staat zijn vader ineens achter hem. Hij heeft een verlengsnoer in zijn handen. Zijn vader zegt dat het met Sven in de buurt niet veilig meer is. Sven wil zegge wat hij wou doen maar zijn vader pakte hem al vast en slaat hem met het verlengsnoer. De eerste slagen zijn pijnlijk maar daarna voelt hij niks meer. Hij kijkt op als hij op de grond ligt in de gang. Hij staat op en loopt naar zijn kamer. Als hij zijn trui om hoog doet en in de spiegel kijkt, ziet hij dat zijn rug vol striemen zit. Dit mag niemand weten denkt hij. Hij moet een smoes verzinnen een hele goeie smoes. Roosmarijn had zich van alles voorgenomen, maar sinds ze gister op school op het bord heeft gezien dat Bob er maandag weer is, heeft ze geen rust meer. Gister belde haar broer vanuit Australië. Ze wou vertellen wat er was gebeurd maar ze heeft het toch maar niet gedaan. Als er echt geen andere weg meer is kan ze het hem altijd nog bellen. Als ze op de klok kijkt schrikt ze. Ze wil net haar tas pakken als de telefoon gaat. Het is Halima. Roosmarijn zegt dat ze moet filmen. De bel gaat het is Sven. Ze hangt gauw op. ze doet de deur open, Sven zegt dat hij zijn camera heeft laten vallen en dat hij kapot is. Hij heeft hem bij Van der Ploeg gebracht. Roosmarijn gelooft toch dat het waar is wat Lennart heeft gezegd, dat hij haar probeert te versieren en omdat het niet gelukt is verzint hij maar even een smoes. Als Sven zegt dat hij wel laat horen wanneer zijn camera klaar is, zegt Roosmarijn dat het niet nodig is en dat hij maar lekker iemand anders mag gaan zoeken voor zijn film. Ze gooit de deur dicht. Sven had gehoopt dat ze achter hem aan zou komen maar ze komt niet. Hij stapt op zijn fiets en gaat maar naar Bart toe. Als hij bij Bart is hoeft hij niet eens meer sorry te zeggen, want Bart zegt dat het al goed zit. Hij zegt dat Hakim en Arnout ook zo komen. Hij vertelt dat hij een afspraak heeft gemaakt met Lotte en Dieke. Zaterdag avond om 7 uur bij De Harmonie. Bart zegt dat ze gaan zwemmen maar Sven kan niet zwemmen door al de striemen die hij op zijn rug heeft. Ze mogen het niet weten. Bart word razend als Sven zegt dat hij niet kan. Als hij iets om hun vriendschap geeft moet hij van Bart vanmiddag bij de Kom zijn. Roosmarijn weet niet of ze Sven moet geloven. Roosmarijn en Halima gaan de stad in. In het warenhuis laat Halima een cd horen die ze wil hebben. Roosmarijn is er niet helemaal bij. Halima zegt dat ze naar van der ploeg moet gaan om te vragen of de camera er is. Als ze binnen zijn vragen ze het aan een verkoopster maar zei zegt dat er geen camera op de naam Feije is binnen gekomen. h12 Sven is naar het stand gefietst. Hij heeft een oplossing. Hij gaat naar zijn vrienden bij het zwembad opwachten. Het duurt een tijdje maar uiteindelijk komen ze naar buiten. Bart waardeert het wel maar is wel boos op Sven. Als Hakim vraagt hoe het met de film gaat weet Sven niet wat hij moet zeggen. Het enige wat hij zegt is dat hij nog niet klaar is. Bart word boos als Sven dat zegt en vraagt of hij er niet iets over kan vertellen. Sven zegt van wel maar hij weet niet wat hij moet vertellen en probeert er over heen te praten. De jongens gaan iets drinken en laten Sven alleen achter. Sven heeft het helemaal verknalt bij zijn vrienden. Als Halima en Roosmarijn het warenhuis uit komen, schrikt Roosmarijn zich rot. Ze dacht dat ze Bob zag. Ze wordt spierwit en trilt over haar hele lichaam. Halima stelt haar gerust en zegt dat het een andere man was. Als Roosmarijn nog eens kijkt ziet ze het ook. Roosmarijn moet huilen. Halima vraagt of ze mee gaat naar hun kroegje. Ze heeft wel zin. Als ze eraan komen zien ze dat Bart, Arnout en Hakim er ook zijn. Als ze vragen aan de jongens of er iets is maken ze een flauwe grap. Roosmarijn en Halima worden boos. Halima zegt dat ze het geen geintje vind. De meisjes blijven niet lang. Als ze buiten staan vraagt Halima aan roosmarijn of ze vanavond nog naar Lennart gaat. Roosmarijn weet het nog niet ze heeft niet veel zin. Sven heeft geen zin om naar huis te gaan als hij zijn vader met zijn broer de auto vrolijk ziet uitstappen. Sven gaat naar zijn om. Als hij binnen komt ziet zijn oma gelijk dat er wat is. Ze pakt een glas cola voor hem. Sven verteld wat er allemaal gebeurd is. Als hij zijn rug laat zien, moet zijn oma huilen. Ze doet een beetje zenuwachtig alsof ze iets niet durft te vertellen. Het bezoek aan zijn oma heeft het hem nog ingewikkelder gemaakt. Hij wil er niet meer aan denken. Hij moet de waarheid vertellen aan Roosmarijn. Hij gaat haar een brief schrijven. Hij gaat haar vertellen waarom hij echt zijn camera niet had. Het lukt hem niet hij komt veelte zielig over. Zijn hele prullenbak zit al vol. Hij wacht gewoon tot maandag, als ze dan niet naar hem toe komt gaat hij bij haar langs. Sven denkt aan vroeger. Als ze toen wilde dat iets goed kwam vroeg ze het aan de maan. Hij gaat bij het raam staan. Hij denkt dat hij droomt. Roosmarijn staat voor zijn deur ze zet haar fiets neer. Sven denkt dat ze het goed komt maken. Als de bel gaat rent hij naar beneden. Als hij halve wegen de trap is ziet hij dat zijn vader open doet. Als hij hoort dat ze voor Lennart komt wordt hij bleek. Hij kan het niet geloven. h13 Sven is zo boos op Lennart. Hij wou er alles aan doen het weer goed te maken, maar hij heeft de strijd verloren. Als Sven tegen zijn moeder zegt dat hij zich niet lekker voelt, zegt ze dat hij beter zijn bed uit kan komen voor zijn vader boos wordt. Sven blijft gewoon liggen. Als zijn vader boven komt, zegt hij dat Sven zijn bed heel gauw moet uitkomen. Als zijn vader zijn kamer in loopt, ziet hij de prullenbak. Zijn vader pakt er een prop uit. Sven zegt dat hij dat niet mag lezen, maar zijn vader doet het toch. Als zijn vader het heeft gelezen wordt hij kwaad op Sven. Hij pakt hem beet aan zijn haar en sleurt hem zijn kamer door. Hij smijt hem in een hoek. hij zegt dat Sven een stoker is omdat hij zijn broers vriendin af pakt. Hij schopt Sven en hij blijft doorschoppen. Als zijn vader de trap af loopt voelt Sven bloed uit zijn neus lopen. Het kan hem niks schelen. Roosmarijn verteld Halima dat ze bij Lennart is geweest. Ze vond er niks aan. Ze is kwaad op hem omdat hij zei dat hij alleen thuis zou zijn. Nou dus niet het hele gezin was thuis. Ze had het gevoel dat Lennart alles speelde bij zijn ouders. Ze weet echt niet wat er allemaal aan de hand was. Halima wil het er niet meer over hebben en vraagt aan Roosmarijn of ze haar Frans heeft geleerd. Roosmarijn zegt dat ze toch niet naar wiskunde gaat dus daar straks alle tijd voor heeft. Halima krijgt haar toch zo ver haar mee naar wiskunde te krijgen. Maar zodra Roosmarijn Bob ziet, rent ze weg en zegt dat ze in de aula gaat zitten. Als ze aan het leren is staat Hazelman ineens naast haar. Hij vraagt welke les ze heeft en waarom ze daar niet heen is. Ze zegt dat ze daar niet over wil praten. Hazelman wil het toch weten en ze moet het voor morgen vertellen. Hij loopt weer weg. Ze voelt dat ze in de problemen zit maar ze wil het hem niet vertellen. Sven’s vader zegt dat hij naar school moet. Sven is bang. Als hij in de spiegel kijkt vindt hij het toch nog wel meevallen. Allen zijn lip is dik. Als hij beneden is geeft zijn moeder hem snel een paar boterhammen. Sven fiets naar school. Als hij op school is zijn alle lessen al begonnen. Met tegenzin loopt hij de school in. Als hij de klas inloopt begint iedereen te lagen. Hij hoort allemaal grapjes. Maar Bob ziet dat Sven het niet leuk vind en zegt dat hij toch wel tegen een grapje kan. Als bob zijn hand op Svens schouder legt word Sven boos en barst los. ‘Afblijven!’ zegt Sven. ‘Nou nou,’ zegt bob. ‘Ik dacht dat jij alleen aan meisjes zat,’ zegt Sven. Bob doet of hij van niks weet. ‘Wat kijk je nou?’schreeuwt Sven. ‘Je vind het toch zo lekker om je leerlingen aan te raken? Maar van mij blijf je af.’ ‘waar doel je op jongen?’vraagt Bob. Sven heeft bob nog nooit zo boos gezien. Het kan Sven allemaal niks meer schelen. ‘waar ik op doel? Moet je dat nog vragen? Dat jij je handen niet thuis kan houden daar doel ik op,’ zegt Sven. Bob wordt spierwit. Sven moet eruit en bob hoeft hem voorlopig niet meer te zien. h14 Halima wil Roosmarijn vertellen wat er net is gebeurd, maar ze wil niet luisteren. Roosmarijn wordt boos als Halima door blijft gaan. Roosmarijn verteld dat ze in de problemen zit omdat Hazelman haar heeft betrapt in de aula. Hij wil weten waarom ze niet in de les zat zegt ze tegen Halima. Ze wil niet dat hij weet wat er is gebeurd. Van Halima moet ze het wel doen anders doet zij het. Sven verteld Bart dat hij nog niet bij Hazelman is geweest, omdat hij in bespreking zat. Bart zegt dat hij begrijpt dat Bob boos is en hem niet meer in de les wil hebben. Hij is heel kwaad zegt Bart maar het kan Sven allemaal niks schelen. Als Sven de klas in komt, ziet hij dat Bart achterin is gaan zitten. Hij is boos op Sven. Als de les begonnen is, komt Hazelman de klas in. Sven moet meekomen. Als ze in zijn kamer zitten vraagt Hazelman of het waar is dat Sven Bob heeft beschuldigt van ongewenste intimiteiten. Sven geeft alles toe. Hazelman word boos. Hij denkt dat Sven alles verzint. Sven kan vertrekken. Hij is geschorst. Met een spierwit gezicht loopt Sven de directiekamer uit. Als Roosmarijn langs de directiekamer loopt, wordt ze voor Hazelman geroepen. Hij vraagt wat de reden was waarom ze niet naar wiskunde was. Ze zegt dat ze een meningsverschil had met Bob. Hij zegt dat ze dat even met Bob moet goedmaken en dat er voor de rest niks is. Roosmarijn is opgelucht en ziet wel hoe ze het verder aanpakt. Als Sven thuis is ziet hij dat er niemand is. Hij zet zijn fiets in de schuur en loopt het huis in. Als hij een film wil pakken, hoort hij de deur open gaan. Het is zijn vader. Zijn vader is razend op Sven en zegt tegen hem dat hij zijn zoon niet meer is. Sven probeert het uitteleggen maar zijn vader luistert niet en zegt dat hij naar boven moet en hij hem nooit meer wil zien.
h15 Sven kon niet slapen. Hij vroeg zich af waarom hij nog verder zou leven. Hij voelt zich eenzaam. Hij heeft een besluit genomen. Zodra iedereen de deur uit is, pakt hij zijn spullen en loopt hij weg. Er is wel een ding wat Sven zeker mee wil nemen en dat is zijn camera. Als hij zeker weet dat iedereen slaapt loopt hij naar beneden en haalt de sleutel van de kluis uit zijn vaders jas. Hij haalt de camera uit de kluis en doet hem in een plastic zak. Hij graaft een kuil in de tuin en verstopt zijn camera erin. Hij schrijft voor zijn moeder een afscheidsbrief. Ook roosmarijn heeft de halve nacht wakker gelegen. Ze heeft gelogen tegen Hazelman. Nu zal ze de volgende les wel weer gewoon naar wiskunde moeten. Het zit haar niet lekker. Halima kan niet begrijpen waarom Roosmarijn het niet gewoon heeft gezegd. Roosmarijn zegt dat ze geen zin heeft om erover te praten. Arnout Hakim en Bart komen aanlopen. Als ze een tijdje staan te praten, komt Astrid van de Lanen aanlopen. Als Astrid vraagt of het waar is van Bob, zegt Roosmarijn dat ze het had verzonnen. Astrid verteld dat hij het wel bij haar heeft gedaan, maar omdat het niet waar is loopt ze weg. Roosmarijn heeft spijt dat ze heeft gelogen en roept Astrid terug maar ze loopt door. Als ze in de klas zitten vraagt Roosmarijn of ze haar rekenmachientje even mag halen uit haar kluisje. Het mag en ze loopt de klas uit. Als ze hij kluisje wil openmaken, ziet ze dat bob eraan komt. Er is niemand op de gang en ze wil niet alleen met Bob staan. Ze loopt de lerarenkamer in, maar daar is ook niemand. Ze hoopt dat Bob doorloopt. Maar dat doet hij niet. Hij gaat naar binnen. Roosmarijn haar hart gaat steeds sneller kloppen. Ze wil wegrennen maar Bob trekt de deur dicht. Bob streelt met zijn vinger over haar neus. Ze trilt. Hij pakt haar hand vast en duwt die tegen zijn gulp. Op het moment dat Roosmarijn wil gaan gillen, gaat de deur open. Het is de directeur. ‘Naar mijn kamer, van der Steen,’zegt meneer Hazelman. Hazelman zegt dat hij zich is lam geschrokken. Roosmarijn kan alleen maar huilen. Halima loopt naar binnen ze moes Roosmarijn gaan zoeken omdat het zo lang duurde. Halima is boos op Bob maar ze moet zich rustig houden van Hazelman en Roosmarijn bij haar laten uithuilen. Halima probeert haar op te vrolijken. Ze gaan even naar buiten een luchtje scheppen. Buiten vertelt Halima wat er bij wiskunde was gebeurd met Sven. Roosmarijn luistert nu wel. Ze is geschrokken en wil naar hem toen. Ze laat de school lekker wachten en pakt haar fiets en gaat naar Sven toe. Sven zit op zijn kamer toen hij weg wou gaan kwam zijn vader ineens thuis. Hij hoort voetstappen de trap op komen. Het is zijn vader hij zegt dat hij even weggaat en dat Sven niet naar beneden mag gaan. Zijn vader slaat heel hard de buiten deur dicht. Als Sven uit het raam kijkt ziet hij dat zijn vader hem voor de gek houd. Hij is nog niet weg. Gluiperd denkt Sven. Hij ziet dat zijn vader hem stilletjes is gesmeerd. Sven heeft het niet eens gehoord. Hij wacht tot zijn vader is weggereden. Hij pakt zijn tas en loopt naar beneden. Als hij zijn jas aan wil doen, gaat de telefoon. Dat zal zijn vader wel zijn. Het liefst zou hij op willen nemen. Net op het moment dat Sven wil opnemen word er opgehangen. Als de telefoon weer gaat kan hij er niet meer tegen. Hij stapt de deur uit en trekt hem achter zich dicht. h16 Roosmarijn heeft alles tegen. Ze is bij als ze eindelijk bij Sven aankomt. Sven zal wel boos zijn op haar. Bij de deur haalt ze diep adem. Lennart doet open. Hij zegt dat hij geen tijd voor haar heeft, want hij moet zwemmen. Hij wil de deur dicht doen. Ze zegt dat ze niet voor hem komt maar voor Sven. Lennart wijst naar boven. Hij pakt zijn jas en gaat weg, hij zegt niet eens doei. Ze loopt de trap op. Als ze op de deur klopt van Svens kamer, doet hij niet open. Ze roept nog een paar keer maar als ze geen antwoord krijgt doet ze de deur open. Ze ziet dat Sven er niet is. Als ze een brief wil schrijven, ziet ze op zijn bureau een brief liggen. Ze denkt dat die voor zijn vriendin is. Als ze dichterbij komt, ziet ze dat er afscheidsbrief op staat. Roosmarijn is nieuwsgierig en gaat hem lezen. Ze is geschrokken ze wis niet dat hij mishandeld wordt. Ze begrijpt dat hij is weggelopen, hij zal zich we rot voelen. Als ze merkt dat ze alleen in zijn huis is raakt ze in paniek. Ze legt de brief op de tafel en holt de deur uit. Het is Sven gelukt te ontsnappen. Hij is zo blij dat hij zijn camera weer heeft. Sven fietst naar een plek midden in de duinen. Hij wil een plan bedenken. Hoe langer hij daar zit hoe meer hij begint te twijfelen. Straks is de politie ingeschakeld en zit hij vanavond al weer thuis. Bij elk geluid dat er wordt gemaakt schrikt hij. Sven denkt na, hij wil hier niet langer blijven. Hij gaat weg. Hij pakt zijn fiets en rijd naar het centrum. De hele weg heeft hij zichzelf het huis zien binnen gaan. Na een kwartier fietsen zet hij zijn fiets neer bij een ijzerwinkel. De verkoopster vraagt of ze wat voor hem kan doen. Sven zegt dat hij het scherpste mes van de winkel wil. h17 Op de hoek van de straat stapt hij van zijn fiets. Zijn ouders zijn thuis. Hij voelt in zijn zak. Het mes zit er nog. De gordijnen zijn dicht. Hij is ervan overtuig dat er nu een eind aan moet komen. Er is geen weg meer terug. Hij had niet gedacht dat hij ooit met een steekwapen zijn huis in zou gaan. Sven pakt zijn sleutel en doet voorzichtig de deur open en loopt op zijn tenen naar de kamerdeur. Zoals hij al had gedacht, ze zitten ze aan tafel. Hij doet de deur open en loopt de kamer in. Als zijn vader tegen hem begint te schreeuwen blijft hij gewoon staan. In plaats van weg te gaan zet hij juist een stap naar voren. Hij zegt tegen zijn vader dat hij het niet meer pikt al dat getreiter. Zijn vader zegt dat hij weg moet. Sven blijft staan. Hij vraagt waarom zijn vader hem zo haat. Zijn vader komt voor hem staan en zegt dat hij het grootste stuk ellende is dat op deze wereld rond loopt. Hij moet weggaan van zijn vader, want anders vermoord hij hem. Als Sven het mes tevoorschijn haalt, denkt zijn vader dat Sven hem wil vermoorden. Sven zegt dat het andersom is, zijn vader wil hem toch vermoorden. Sven geeft zijn vader het mes. Hij zegt tegen zijn vader dat hij hem moet steken. Zijn vader kan het niet en laat het mes uit zijn handen vallen en begint te huilen. Sven voelt tranen over zijn wangen lopen, hij raapt het mes van de grond en loopt de kamer uit. Zijn vader roept hem en zegt dat alles moet veranderen. Zijn moeder belt hun oma en vraagt op ze mevrouw Simons kan laten komen, dat is een therapeut. Sven zit op zijn kamer. Mevrouw Simons is net weg. Sven is er veel van opgeschoten. Ze moesten om de beurten iets vertellen. Mevrouw Simons zij dat als ze met zijn allen proberen, het allemaal goed kan komen. Sven heeft besloten thuis te blijven. Als hij zijn tas uitpakt gaat de bel. Het is Roosmarijn. Ze wil alleen weten of Sven al thuis is en zegt dat er een brief op zijn bureau ligt van haar daarna gaat ze weer weg. Sven hoorde wat ze zei. Hij loopt naar zijn bureau en leest de brief. Als hij de brief heeft gelezen pakt hij zijn fiets en rijd achter haar aan. De spoorbomen gaat naar beneden hij moet wachten. Als hij om zich heen kijkt ziet hij dat hij naast Roosmarijn staat. Als Roosmarijn verteld dat ze verliefd is en denkt dat het van allebei de kanten komt. Sven denkt dat ze Lennart bedoelt. Maar Roosmarijn zegt dat het geen Lennart is en hoe het kwam dat ze boos was op Sven, door Lennart kom. Sven snapt er niks meer van. Als roosmarijn zegt dat ze verliefd is op Sven, val hij bijna om en kan hij geen woord meer zeggen. Roosmarijn vraagt of hij nog wel kan zoenen en slaat een arm om hem heen. En of zoenen nog gaat ze hebben niet eens door dat de spoorbomen al om hoog zijn. h18 Sven en Roosmarijn hebben gisteren niet alleen gezoend maar ook gepraat. Er was zoveel wat Roosmarijn nog niet duidelijk was. Ze hebben nu dik verkering. Ze gaan morgen samen naar het strand en ze zijn hard bezig aan de film. Sven heeft nog een paar computerspelletjes en een cd van Bart. Hij gaat ze langsbrengen dan kan hij morgen helemaal opnieuw beginnen op het Comeniuslyceum. Hij pakt een plastic tas en stop de spullen van Bart erin en stapt op zijn fiets. Als hij na ongeveer 10 minuutjes bij Bart’s huis staat krijgt hij een raar gevoel. Het drinkt tot hem door dat dit de laatste keer is. Bart doet open. Dat had Sven niet verwacht hij had gehoopt dat Bart er niet was. Bart is heel vriendelijk. Hij is trots op Sven en vind hem een held. Sven vertelt dat hij verkering heeft met Roosmarijn. Over vijf uur en vijftien minuten moeten ze bij de Harmonie zijn. Bart verteld hoe ze het gaan aanpakken. Hij doet of er niks gebeurd is. Als Bart Sven om half 7 komt halen, fietsen ze gelijk naar de Harmonie. Als ze er zijn zien ze Arnout en Hakim heel zenuwachtig staan. Als ze Sven en Bart zien proberen ze zich te verstoppen maar Bart en Sven lopen naar ze toe. Ze vragen aan Sven en Bart of ze willen weggaan. Sven en Bart vragen een paar dingen over Annabel en Melissa, en dan verklappen ze dat ze voor de gek zijn gehouden. Bart en Sven gaan er gauw vandoor en Hakim en Arnout rennen er achter aan. Als ze zich hebben overgegeven staan Roosmarijn en Halima ineens achter hun. Ze besluiten met z’n allen naar de film te gaan. Roosmarijn en Sven zeggen dat ze niet te veel gaan zoenen, want dat is zonde van het geld maar de lichten zijn nog niet uit of ze zoenen al.