The adventures of Tom Sawyer door Mark Twain

Hoofdstuk 1 Tom is een jongen die vol kattenkwaad zit en vrijwel altijd ondeugend kan zijn. Tante Polly geeft hem daardoor ook overal de schuld van. Dus als er van de chocolade is gesnoept krijgt Tom de schuld. Tom spijbelt ook veel van school om te gaan zwemmen of te gaan vissen. Sidney is de jongere broer van Tom. Hoofdstuk 2 Het is zaterdagmorgen en Tom doet de was. Tom mocht niet buiten spelen wat hij normaal wel mocht. Hij moest de schutting gaan verven. Hij liet het door de andere jongens doen met het smoesje dat het heel zwaar werk was. Toen hij klaar was, kreeg hij allemaal spulletjes. Hoofdstuk 3 Toen Tom klaar was met de was mocht hij gaan spelen van tante Polly. Hij komt Amy Lawrence tegen. Zij is een mooi meisje met 2 lange blonden staarten en blauwe ogen. Tom vindt haar leuk en komt daardoor vrolijk thuis. Tante vraagt zich af wat er met Tom aan de hand is. Tante Polly slaat Sid nooit als hij aan de snoepjes zit. Tante Polly liep de keuken uit en Sid pakt snoepjes. Tom krijgt hier de schuld van en tante Polly zegt geen sorry dat ze Tom gestraft heeft. Dan komt Mary binnen. Mary is het nichtje van tante Polly. Tom vergeeft het tante nog steeds niet dat zij Tom gestraft heeft terwijl Sid het gedaan had. ’s Avonds bidden Tom en Sid normaal altijd maar deze keer bid Tom niet. Sid ziet dit als een ernstig misdrijf.
Hoofdstuk 4 Tom vindt de maandagochtend maar niks. Als Tom nu eens ziek zou zijn dan hoefde hij niet naar school. Hij begon te kreunen zodat Sid wakker zou worden. Toen kwam tante Polly en zei dat Tom gewoon naar school moest gaan. Op weg naar school kwam Tom Huck tegen. Huck is een zwerversjongen. Zijn vader is alcoholist en zijn moeder is dood. Huck heeft een dode kat bij zich die zou moeten helpen tegen puisten en wratten. Het enige wat hij dan moest doen is naar het kerkhof moest. Tom wilde dit wel meemaken en ze spraken af dat Tom meeging. Door het gesprek met Huck was Tom te laat op school en was de leraar weer boos op hem. Tom moest naast het meisje gaan zitten wat hij zo leuk vond. Hij begon te tekenen en zij vond dit zo mooi dat ze vroeg of Tom haar dat ook kon leren. Hoofdstuk 5 Na etenstijd zou Tom naar Becky gaan en haar leren tekenen. Ze begonnen te praten over het circus enz. Tom wilde leeuwentemmer worden. Toen versprak Tom zich en zei tegen Becky dat hij Amy ook heel erg leuk vond. Tom liep kwaad weg da hij dat gezegd had en ging ook niet meer naar school. Hij ging bij een boom zitten en toen kwam Joe Harper aan. Samen gingen ze “Robin Hood”spelen. Hoofdstuk 6 Tom lag in bed te wachten op Huck. Huck zou een kat nadoen. Toen Huck er was klom Tom via het raam naar buiten. Ze gingen naar het kerkhof. Daar aangekomen zagen ze 3 mannen, het waren dokter Robinson, Potter en Harper. Ze hadden een schep en wat touw bij zich. Ze zagen dat ze een graf open gingen maken. De dokter wilde niet meer meewerken en hebben ze hem bedreigd en vermoord. Potter zou niets in de gaten hebben gehad omdat hij dronken was. Joe had dus vrijspel. Hoofdstuk 7 Huck en Tom besloten om er niks over te vertellen want ze wilden geen gevaar lopen. Na het ontbijt de volgende dag kwam tante Polly met hem praten. Ze zei dat Tom haar hart had gebroken door zijn gedrag. Dit vond Tom nog erger dan slaag krijgen. Hoofdstuk 8 In de middag had iedereen het nieuws al gehoord van de dood op de dokter. Iemand beweerde dat hij Potter rond die tijd had gezien en werd hij dus een beetje verdacht aangekeken. Potter zag Joe staan en hij wist dat hij het had gezegd dat Potter het gedaan had. Tom was hiervan onder de indruk en praatte erover in zijn slaap. Tante Polly dacht dat hij het lijk had gezien. Hoofdstuk 9 Tom kon alleen nog maar aan Becky denken. Hij dacht dat ze niet meer kwam omdat ze ziek was. Toen besloot hij extra vroeg naar school te gaan zodat hij haar zag binnenkomen. Hij was steeds aan het opletten of ze binnen kwam. Toen kwam ze eindelijk binnen en Tom probeerde haar aandacht te trekken maar dat lukte niet.
Hoofdstuk 10 Tom spijbelde van school. Ze stalen een bootje en vaarde naar een eiland. Daar gingen ze piraatje spelen. Hoofdstuk 11 Ze wilden terug naar huis maar de boot was weg. Hoofdstuk 12 Tom begon te zwemmen en hij kon met de laatste rit van de veerboot mee. Hij verstopte zich in een klein rubber bootje. Hij ging terug naar huis en luisterde de gesprekken van tante Polly en de moeder van Joe af. Toen ging hij weer terug naar het eilandje. Hij begon zijn verhaal te vertellen. Ze voelde zich echte helden. Hoofdstuk 13 Ze gingen jagen en daarna gingen ze in het water spelen. Met elkaar stoeien in het water. Het werd saai en Tom begon de naam van Becky in het zand te schrijven. Joe wilde terug naar huis en kwam er achter dat hij zijn mes was verloren. Hoofdstuk 14 Het was middernacht en het was aan het onweren en hard aan het waaien. Joe maakte de andere jongens wakker. Ze gingen dicht bij elkaar zitten. Toen begon het ook nog eens te regenen. Ze gingen in de tent zitten. Ze rende allemaal een andere kant uit maar toen het weer opklaarde maakte ze een vuurtje en rookten ze de vredespijp. Hoofdstuk 15 De mensen in het dorp waren verdrietig. Becky was ook verdrietig en begon te huilen toen ze een paar jongetjes tegen kwam die aan het ruziën waren wie Tom en Joe het laatst hadden gezien. Later op de dag was iedereen in de kerk en vertelde allemaal goede dingen over de jongens. Waar niemand eerder aan had gedacht. Ze dachten altijd maar aan de slechte kanten van Tom en Joe maar opeens was iedereen aan het huilen. Maar toen ging de deur open en stond iedereen verbaasd te kijken. Tante Polly, Mary, Sid en de harpers omhelsden de jongens. Tom vond dit zijn mooiste dag van zijn leven.
Hoofdstuk 16 Tom vertelde over een droom wat eigenlijk geen droom was. Tante vond dat leuk en Tom kreeg een appel. Becky had op school een nieuw “vriendje”. Ze kon hem niet uitstaan en wilde met rust gelaten worden. Toen wist “Alfred” dat Becky hem gebruikt had, daarom gooide Alfred de inktpot over het schrift van Tom en Becky zag dit. Ze wilde het Tom vertellen maar ze vond het de beste straf voor Tom. Hoofdstuk 17 Tom had een slechte bui. Thuis had tante Polly ook slechte zin. Ze was erachter gekomen dat die zogenaamde droom van Tom geen droom was. Tom zei dat het hem heel erg speet en dat hij was terug was gekomen om te laten merken dat hij toch niet dood was. Maar hij kreeg een beter idee om op de precieze tijd terug te komen en daarom had hij dit niet gedaan. Hoofdstuk 18 Tom had goede zin. Op weg naar school kwam hij Becky tegen en bood zijn excuses aan, maar Becky accepteerde het niet en zei hem om haar niet meer lastig te vallen. Tom vond dit niet leuk. Toen Becky het lokaal binnenkwam zag zij dat het sleuteltje op het bureau zat, waar een boek in zat waar niemand in mocht kijken. Becky keek er toch in. Opeens kwam er iemand aan en scheurde ze per ongeluk een bladzijde uit het boek en gooide het weer terug. Maar het was Tom. Ze gaf hem de schuld van dit alles. In de les nam Tom het voor haar op. Hoofdstuk 19 Het was bijna vakantie en de meester was streng. De meester wilde dat iedereen goed voor zijn overgangsexamen stond. De nieuwe dag was aangebroken en de hele school was versierd, maar de kinderen moesten examen maken. Daarna was de leraar iets op het bord aan het tekenen maar van boven ging een luikje open en toen kwam er een kat uit die pruik van de leraar afpakken, de kinderen hadden plezier. Hoofdstuk 20 Tom vroeg zich af waarom zijn zomervakantie niet zo spannend was als dat hij gehoopt had. Er waren wel party’s maar daar ging die niet heen. Becky was met haar ouders weg. Toen werd Tom ziek. Toen hij beter was zag hij iets in het dorp en toen wilde hij nog eens met Huck over hun geheim praten. Daarna gingen ze nog even naar Potter en gaven hem tabak door de tralies. Want hij was verschuldigd dat hij zogenaamd een kat zou hebben vermoord. Daarop volgde een rechtbank waar Tom tegen zou gaan getuigen
Hoofdstuk 21 Tom en Huck gingen een schat opgraven. Tom vertelde een verhaal waar “de dieven” de schatten zouden hebben kunnen verstopt. Meestal maakte ze een kaart waarop ze hadden geschreven waar de schat lag. Toen ze begonnen te graven bij een oude dode boom hadden ze geen succes. Ook bij de 2e plek hadden ze geen succes. Tom zei dat ze ’s nachts moesten gaan kijken waar de schaduw valt. Ze bleven hoe dan ook op het verkeerde spoor. Daarna gingen ze naar een spookhuis. Hoofdstuk 22 De volgende dag gingen Tom en Huck hun gereedschappen ophalen bij de dode boom. Ze kwamen erachter dat het vrijdag was en dat ze beter niet naar het spookhuis zouden kunnen gaan. Ze hadden de hele dag “Robin Hood” gespeeld. De dag erna hadden ze afgesproken om wel naar het spookhuis te gaan. Het huis zag er van binnen eng en verlaten uit. Toen ze even naar binnen waren hoorden ze mensen aankomen en verstopte zich ergens. Het waren 2 mannen. Toen de mannen in slaap waren gevallen bleven Tom en Huck zitten. Toen Joe wakker werd maakte hij de andere ook wakker en zei dat ze beter nu schat konden verstoppen. Dat deden ze niet want ze zagen gereedschap liggen en sleepte de schat toch maar niet met hun mee. Hoofdstuk 23 Tom droomde over de hele tijd over de schat en de 2 mannen. Later praatte hij hierover met Huck. Tom had ontdekt dat nummer 2 wel met een herberg te maken zou hebben en ze bedachten een plan. Hoofdstuk 24 Tom en Huck wilden hun plan uitvoeren. Ze bleven de hele avond in de buurt van hun herberg zitten. Toen het eindelijk na een paar nachten flink donker was sloop Tom het huis uit. Ze gingen naar de herberg en Huck hield een oogje op de voorkant terwijl Tom het steegje in ging. Opeens kwam Tom het steegje uitrennen en zei tegen Huck dat hij moest rennen voor zijn leven. Toen ze ergens veilig zaten vertelde Tom zijn verhaal. Ze spraken af om hun plan uit te voeren als ze zeker wisten dat de indiaan niet in de buurt was. Hoofdstuk 25 Becky was weer thuis. Tom zette de schat en de indiaan even aan de kant en speelde verstoppertje met Becky. Becky mocht van haar moeder een picknick organiseren. Tom was daardoor zo opgewonden dat hij daardoor niet in slaap kon komen. De dag erna gingen ze met alle kinderen picknicken. Tom kreeg een idee om op de heuvel te gaan en om naar de weduwe Douglas te gaan en zij zou hun wel een ijsje geven. Daarna besloten ze naar de grotten te gaan. Huck was alleen naar de herberg gegaan. Hij zag de 2 mannen met de schatkist en hij volgde ze tot het eind. De 2 mannen waren van plan om de weduwe Douglas te verminken maar Huck haalde hulp.
Hoofdstuk 26 Tom en Becky waren verdwaald en vonden de weg niet meer terug. Naar een hele tijd hoorden ze stemmen maar die werden weer zwakker. Tom had een idee en ging met een touw de buurt een beetje verkennen. Opeens zag hij een kaars. Die kaars was van de indiaan. Zonder dat de indiaan Tom had gezie liep hij weer weg. Hoofdstuk 27 Becky en Tom werden gered. Hoofdstuk 28 Het nieuws was al rond gegaan. Toen men de deur openmaakte zagen ze het lijk van Joe de indiaan liggen. Joe was omgekomen van de honger. Tom voelde zich schuldig hierdoor, omdat hij dat ook ervaart had maar hij hoefde in ieder geval niet meer bang te zijn. Tom dacht dat ze de schat nooit meer zouden vinden maar Huck wist waar de schat lag. Achter in de grot vonden ze het teken nummer 2 maar Huck zei dat ze beter terug konden gaan omdat de geest van Joe hier nog rond zou dwalen. Tom haalde Huck over om te blijven en om naar de schat te zoeken. Ze vonden alleen geld, wat geweren en andere dingen. Toen ze buiten waren telde ze het geld. Het was meer dan 12 duizend dollar. Hoofdstuk 29 Het geld van de schat zette ze op de bank. Tom ging studeren. Eigen mening Ik vond het een leuk boek om te lezen en het was ook vrij spannend. Het was wel een moeilijk boek om te lezen. Beschrijving hoofdpersoon Tom is een ontdeugend jongetje wat wel houd van kattenkwaad. Hij is opgegroeid bij zijn tante omdat zijn ouders dood zijn.