Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Wierook en tranen door Ward Ruyslinck

Beoordeling 7.6
Foto van een scholier
Boekcover Wierook en tranen
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 3e klas vwo | 2519 woorden
  • 11 april 2001
  • 142 keer beoordeeld
Cijfer 7.6
142 keer beoordeeld

Boekcover Wierook en tranen
Shadow

Een Antwerps gezin - moeder, vader en hun tienjarig zoontje Waldo - wordt bij het uitbreken van Wereldoorlog II meegesleurd door de chaotische stroom van burgers, die voor de Duitsers op de vlucht slaan. Bij een bombardement komen de ouders van Waldo om het leven. De weesjongen ontmoet toevallig het iets oudere buurmeisje Vera, dat in het gedrang haar moeder is kwijst…

Een Antwerps gezin - moeder, vader en hun tienjarig zoontje Waldo - wordt bij het uitbreken van Wereldoorlog II meegesleurd door de chaotische stroom van burgers, die voor de Duits…

Een Antwerps gezin - moeder, vader en hun tienjarig zoontje Waldo - wordt bij het uitbreken van Wereldoorlog II meegesleurd door de chaotische stroom van burgers, die voor de Duitsers op de vlucht slaan. Bij een bombardement komen de ouders van Waldo om het leven. De weesjongen ontmoet toevallig het iets oudere buurmeisje Vera, dat in het gedrang haar moeder is kwijstgeraakt. De Duitsers hebben ondertussen de vluchtende massa ingehaald, en de kinderen beginnen hun terugtocht naar de vaderstad...

Waldo en Vera trekken tijdens deze prachtige meimaand 1940 door de 'Vlaamse bossen waar de koekoek roept, waar er opnieuw geen oorlog meer is en de liefelijke lente zacht en zonnig als het begin van een nieuwe tijd over de aarde ligt'. Helaas, in dit verrukkelijke pastorale decor staat de kinderen het gruwelijkste te wachten...

Deze kleine episode uit het onmetelijke treurspel dat de tweede wereldoorlog is geweest, wordt door de ogen van de kleine jongen gezien en door hem verteld. Zijn relaas raakt iedere lezer diep. Wierook en tranen, voor het eerst in 1958 gepubliceerd, werd dan ook terecht één van de meest gelezen romans van de hedendaagse Vlaamse letteren. 

Wierook en tranen door Ward Ruyslinck
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Zakelijke gegevens
Uitgeverij: Manteau
Jaar van uitgave: 1991
Plaats van uitgave: Antwerpen
Omslagillustrator: Patrick de Ridder
Aantal bladzijden: 139

Eerste persoonlijke reactie
Ik vind het boek spannend en ontroerend. Er komen ook droevige momenten in voor, b.v. toen de ouders van Waldo stierven. Alles wordt door een kleine jongen verteld en daarom is het zo zielig. Er zijn redelijk veel gebeurtenissen maar de nadruk ligt toch op gevoelens doordat het wordt verteld. Het boek grijpt je aan omdat je je goed in de hoofdpersoon kan inleven. De hoofdpersoon is nog heel jong. Je hebt het gevoel om hem te beschermen. Het verhaal is heel realistisch en daardoor ook een beetje eng. De vervelende dingen in het verhaal kunnen namelijk ook echt gebeuren. Het is een heel indrukwekkend boek en zet je zeker aan het denken.

Samenvatting van de inhoud


De belangrijkste gebeurtenissen
Waldo is 10 jaar als de Tweede Wereldoorlog uitbreekt. Hij slaat met zijn ouders op de vlucht voor de Duitsers. Ze gaan op de fiets naar de Franse grens. Er zijn veel mensen gevlucht. De eerste nacht overnachten ze in Poperingen bij een oude vrouw. Als ze bij de grens aankomen is deze gesloten. Een rijkswachter vertelt hen dat ze er bij de post van Menen waarschijnlijk nog over kunnen. Samen met de colonne vluchtelingen vertrekken ze dus naar Menen. Onderweg moeten ze even stoppen want moeder moet plassen. Terwijl moeder in de bosjes zit, horen ze in de verte afweergeschut. Alle vluchtelingen zoeken dekking in de greppel. Vader, moeder en Waldo zitten net in de greppel als er Duitse vliegtuigen overvliegen. De aarde dreunt. Als Waldo weer iets kan zien, vindt hij zijn vader die is omgekomen. Zijn moeder is nergens te bekennen. Hij vindt alleen een van haar schoenen. Waldo gaat in het gras liggen en hij verliest het bewustzijn. Hij wordt wakker in een noodhospitaal waar een zuster hem verzorgt. Zij heeft zijn voet verbonden. De zuster zorgt ervoor dat Waldo naar een verzamelkamp voor vluchtelingen aan de kust kan gaan. Hij gaat mee in een colonne vrachtwagens met Evarist, een soldaat. In een dorpje stoppen ze en krijgen ze soep van Engelse hulpverleners. Daar komt hij Vera tegen. Zij is zijn oude buurmeisje. Ze is vijf jaar ouder dan hij. Zij is haar moeder bij de grens kwijtgeraakt. Haar vader vecht tegen de Duitsers. Op aandringen van Vera besluiten ze samen verder te gaan naar de kust. Ze overnachten in een oude mosterdfabriek. De volgende dag mengen ze zich weer tussen de stroom vluchtelingen. Volgens Vera is het beter om niet midden door de stad te gaan en daarom lopen ze samen over de zijwegen. Ze komen voorbij een verwoeste kerk waar ze even naar binnen gaan. Als ze om de stad heen zijn gelopen voegen ze zich weer bij de vluchtelingen. Na een tijdje komt er een veldwachter voorbij gefietst die schreeuwt dat de Duitsers hen op de hielen zitten. Vera en Waldo verschuilen zich tussen het hooi in een schuur. Na een tijdje worden ze gevonden door drie Duitse soldaten. Tegen alle verwachtingen in zijn die heel aardig en ze geven de twee kinderen sinaasappels. Vera en Waldo lopen weer verder en in de namiddag proberen ze wat te slapen. Dat lukt echter niet. Vera bedenkt zich dat er geen enkele reden is om nog te vluchten. De Duitsers hebben hen namelijk toch al ingehaald. Ze besluiten terug naar huis te gaan. Vera heeft een oom die in Tielt woont. Daar gaan ze eerst langs, in de hoop dat hij een treinkaartje zal betalen. Ze zijn daar helemaal niet welkom. Daarom eten ze er alleen een boterham en daarna vertrekken ze weer. Ze volgen de spoorlijn naar Gent. Als het gaat regenen, schuilen ze in een kleine stationshal. Dan komt er een trein met krijgsgevangenen binnen. Evarist is er ook bij. Nadat de trein is vertrokken, gaan zij ook weer verder. Ze komen aan bij een rivier, de Leie. Vera en Waldo gaan in een bootje liggen en luisteren naar het klotsende water. Dan horen ze twee motoren. Het zijn vier Duitsers die aan de graskant gaan uitrusten. Zij ontdekken Vera en Waldo en bieden aan om hen mee te nemen naar Antwerpen. Onderweg nemen ze een pauze. De Duitsers voeren hen dronken en Waldo valt in slaap. Hij ziet nog net hoe Vera wordt meegenomen. Als hij weer wakker wordt, vindt hij Vera in het bos. Ze ligt op de grond en is niet in staat om te lopen. Ze is verkracht door de Duitsers. Waldo rent snel naar de weg om hulp te zoeken. Er komt een woonwagen met zigeuners voorbij en die stopt. Hij vertelt hen dat hij hulp nodig heeft en één van de mannen, Juul, gaat met Waldo mee naar Vera. Vera wordt door een ambulance opgehaald en naar een ziekenhuis in Gent gebracht. De zigeuners brengen Waldo ook naar Gent. Waldo kan goed met Juul opschieten en als ze in Gent zijn, krijgt hij een geldstuk van Juul. Wanneer Waldo in het ziekenhuis naar Vera informeert, vertelt de zuster voorzichtig dat Vera is overleden. Hij mag nog even afscheid van haar nemen. Dan gaan de zuster en hij bidden in de kapel. Bij het verlaten van de kapel, gooit Waldo het geldstuk van Juul in het offerblok. De zuster strijkt hem over het haar.

Personen
Waldo is de hoofdpersoon in het verhaal. Hij is 9 jaar, maar toch al erg zelfstandig. Hij begrijpt nog niet veel van de wereld. De oorlog is voor hem een avontuur. Als zijn ouders overlijden begint hij te beseffen wat de oorlog inhoudt. Van zijn ouders heeft hij geleerd in God te geloven, maar op het eind van het boek heeft hij zijn vertrouwen in God verloren. Hij zit wel vol fantasie, zo had hij al bedacht dat hij later met Vera zou trouwen. Vera is het buurmeisje van Waldo. Ze is vijf jaar ouder dan hij. Daarom heeft ze het gevoel dat ze hem moet beschermen. Ze probeert zich heel verstandig te gedragen en komt een beetje als een tweede moeder over. Ze wordt erg door Waldo bewonderd maar dat heeft ze niet in de gaten.
Vader is snel bezorgd. Hij probeert zijn gezin in veiligheid te brengen. Je leert hem niet zo goed kennen omdat hij in één van de eerste hoofdstukken overlijdt.
Moeder is een beetje bang voor de oorlog. Ze is erg afhankelijk van vader en doet precies wat hij zegt. Ook haar leer je niet goed kennen doordat zij al zo snel overlijdt.

Plaats
Het verhaal speelt zich af in West-Vlaanderen in België. Waldo en zijn ouders reizen naar Poperinge bij de Franse grens. Daarna gaan ze naar Menen. Voordat ze daar zijn aangekomen gaan Waldo en Vera samen naar de kust. Dat doel bereiken ze niet omdat ze besluiten terug naar huis te keren. Ze gaan eerst nog naar een oom van Vera in Tielt. Later volgen ze de spoorlijn naar Gent die langs de Leie loopt. Vera overlijdt in een ziekenhuis in Gent. Daar stopt het verhaal.

Het verhaal speelt zich voornamelijk af in de openlucht. Waldo reist samen de andere vluchtelingen over wegen en door bossen.


Tijd
Het verhaal speelt zich af in het begin van de Tweede Wereldoorlog. Tussen het begin en het eind van het verhaal verlopen ongeveer vier dagen. Er zijn bijna geen sprongen in de tijd. Het verhaal is chronologisch verteld.

Grondige beschrijving van mijn leeservaring

A: Onderwerp
Het onderwerp van het boek is de Tweede Wereldoorlog. Het is een onderwerp dat mij erg aanspreekt en ik heb er al veel verhalen over gelezen. Daardoor heb ik er ook al wel eens over nagedacht. Toch heeft dit boek mij nog nieuwe kanten laten zien. Namelijk hoe kleine kinderen het begin van de oorlog meemaken. Dit is op een hele bijzondere en ontroerende manier uitgewerkt. Je leest echt precies wat Waldo denkt en voelt. Bijvoorbeeld op het moment dat hij Vera verkracht in het bos vindt: Ik stak mijn handen toe, maar ze weerde ze af. ‘Neen, o neen. Laat me maar liggen…’ Ze drukte de handen op haar buik, alsof ze krampen had. Ik zei: ‘Mij hebben ze ook dronken gemaakt, maar ik heb overgegeven en nu is het alweer voorbij’. Ze luisterde niet, haar bloedloze lippen bewogen nauwelijks merkbaar en ik moest goed opletten wilde ik haar verstaan. ‘Ach, ik heb zo’n pijn…’ kreunde ze. ‘Hebben ze u pijn gedaan?’ vroeg ik verrast. Ze knikte. ‘Hebben ze u geslagen?’ ‘Neen,’ zei ze. ‘Wat hebben ze dan gedaan?’Ze sloot de ogen. ‘Ze hebben… o Jezus, dat kan ik onmogelijk vertellen.’ Neen maar, wat was ze flauw. Waarom kon ze me dat niet vertellen? Ik voelde me diep gegriefd en begluurde haar boos van onder mijn neergeslagen wimpers. ‘Kijk niet zo boos, Waldo…’ fluisterde ze. ‘Ik… ik kan het u heus niet vertellen, het is iets heel ergs en… en zondigs.’Ik begreep niet dat er iets zo ergs kon bestaan, dat ze er met mij niet over praten wou. Iets heel ergs en zondigs, had ze gezegd. Ik kon me niet voorstellen wat dat kon zijn. Het verdriet van Waldo om de dood van zijn ouders heeft te weinig aandacht gekregen. Het lijkt net alsof dat hem niet zoveel uitmaakt. Door het lezen van dit boek heb ik geleerd dat kleine kinderen vaak meer begrijpen dan men denkt.

B: Gebeurtenissen
Het verhaal bevat veel gebeurtenissen maar ook veel gedachtes en gevoelens. Dat komt doordat de gebeurtenissen worden verteld, waardoor je ook meteen de gedachtes en gevoelens van de verteller leest. Waldo onderneemt een reis en op zijn reis maakt hij allerlei dingen mee. De gebeurtenissen komen dus logisch uit elkaar voort. Ze worden ook in chronologische volgorde beschreven. De meeste gebeurtenissen zijn droevig en ontroerend, maar er zijn ook veel spannende gebeurtenissen. Bijvoorbeeld toen ze zich in een schuur hadden verstopt voor de Duitsers: ‘Heraus!’ We hielden de adem in en lagen onbeweeglijk, verstard in vreselijke verwachting. Ik wou Vera vragen of dat tot ons gericht was, datgene wat men riep, maar er kwam geen geluid over mijn lippen. ‘Duitsers…’ bracht Vera met moeite uit. Daar was het weer, dezelfde stem, luider en dreigender dan de eerste keer: ‘Heraus!’ Vera zei: ‘Ik geloof dat we… dat we naar buiten moeten komen…’ Haar stem stokte. De gebeurtenissen zelf hebben mij niet echt aan het denken gezet. Over de manier waarop al die gebeurtenissen worden beleefd door een jong kind ben ik wel gaan nadenken (ben ik wel na gaan denken) Ik ben erachter gekomen dat kinderen veel meer begrijpen dan de meeste volwassenen denken. De gebeurtenis die de meeste indruk op mij heeft gemaakt is dat Waldo afscheid neemt van Vera, die net is overleden: Ik zag het koude marmeren gezicht van een dode, van een vreemde, een meisje dat op Vera geleek. Ik staarde er vol ontzetting naar, naar die gapende mond en dat wasbleke gelaat. Voor mijn ogen doemde weer het prentje met de dode zwaluw en de krekels op. In mijn verstand stond het denken stil, als een uurwerk dat afgelopen is en nog eventjes weifelend tikt en daarna voorgoed stilstaat. Dit weifelend tikken leerde me nog vlug dat het leven anders was dan wat de sprookjesboeken ervan maakten. Ik was negen jaar en reeds ontwaakte in mijn hart deze bittere onkinderlijke wijsheid: dat het leven heel wat anders was dan een verhaaltje met kleurige droomplaatjes.

C: Personages
De hoofdpersoon is Waldo. Je leest alles vanuit zijn oogpunt. Ik vind het bijzondere aan Waldo dat hij zo zelfstandig is. Hij probeert zich volwassen te verdragen en lukt hem heel goed. In deze vier dagen wordt hij geestelijk ineens een stuk ouder. Je leest hoe hij heel snel steeds meer van de wereld begrijpt. Na deze vier dagen is hij het vertrouwen in God verloren: Ik wist zo bitter weinig van Hem af en daarom begreep ik misschien ook niet waarom Hij me Vera ontnomen had, waarom Hij dit alles gedoogde, deze oorlog, deze tranen, dit nutteloze leed, dit voortdurende afscheid nemen van wie men liefhad. Of ik het nu begreep of niet, één ding had ik nu herhaaldelijk kunnen vaststellen: dat Hij een god was die de mensen meer verdriet dan blijdschap gaf. Waldo is voor mij echt gaan leven omdat je al zijn gedachtes en gevoelens leest. Vera leer je alleen kennen vanuit wat Waldo over haar verteld. Van hen weet je wel genoeg om hun gedrag te begrijpen. Vader en moeder zijn al in het begin van het verhaal overleden en daarom leer je die eigenlijk helemaal niet kennen. Zij reageren ook heel voorspelbaar. Ik vind dat Waldo en Vera zich heel verstandig gedragen. Ik ben het alleen niet eens met de beslissing om naar de kust te vluchten. Ik zou, nadat mijn ouders waren overleden, zo snel mogelijk terug naar huis willen gaan. Onze leefregels zijn verder wel bijna hetzelfde.

D: Opbouw

Het verhaal hangt heel goed met elkaar samen. Dat komt doordat er geen sprongen in de tijd zijn. Het boek is af en toe spannend. Door de interessante gedachtes en gevoelens van Waldo is het wel altijd boeiend. De opbouw van het verhaal is een reis van een paar dagen. Die opbouw past goed bij het onderwerp. Daardoor is het verhaal nog leuker om te lezen. De opbouw is ook helemaal niet ingewikkeld. Er zitten namelijk bijna geen terugblikken of herinneringen in het verhaal. Meestal wordt een verhaal saai als er geen teruglikken in zitten, maar bij dit boek is dat zeker niet het geval. Het eind vind ik wel verkeerd gekozen. Het boek eindigt er namelijk mee dat hij samen met een zuster voor Vera bidt, die net is overleden. Je weet helemaal niet of hij nu naar huis gaat of verder blijft vluchten voor de oorlog. Ik vind de laatste zinnen wel goed: Voordat we de kapel verlieten, diepte ik het geldstuk van Juul uit mijn broekzak op en deed het met een vlugge heimelijke beweging in de gleuf van het offerblok verdwijnen. De zuster had het niet gezien, maar ze hoorde het rinkelen. Ze glimlachte en buiten, in de gang, tussen de muren van de stilte, draaide ze zich zonder een woord te zeggen naar me om en kwam ze ertoe datgene te doen wat ik al lang niet meer verwacht had: ze streelde me zacht over het haar.

E: Taalgebruik
De zinsbouw is niet moeilijk. De woorden zijn ook niet moeilijk, maar soms wel een beetje vreemd. Dat komt omdat het een Belgische auteur is. Toch is het wel makkelijk te lezen. De verhouding tussen het aantal gebeurtenissen en gedachtes en gevoelens is echt heel goed. Er worden naar aanleiding van een gebeurtenis steeds een paar gedachtes weergegeven. Er zijn ook hele goede beschrijvingen van bijvoorbeeld de omgeving of kleine bijpersonen:Een oud wijfje dat een pijp rookte, kwam nieuwsgierig dichterbij. Het was een heks, een verschrikkelijk oude verschrompelde mummie met een gerimpelde huid, een holle tandeloze mond en een kin waar plukjes har op stonden. Ze blies de pijprook uit als een man, krachtig en met korte smakkende geluidjes. De taal past heel goed bij het verhaal.

REACTIES

T.

T.

Bedankt dat je je leesverslag op internet hebt gezet het heeft mij veel geholpen maar ik wilde weten wat voor cijfer je hebt gekregen voor dit leesverslag.
Vriendelijke groet Tineke

22 jaar geleden

A.

A.

heel erg bedankt want ik moet overmorgen mijn verslag in leveren dus....... nou ja bedankt

21 jaar geleden

R.

R.

ik hep dit boek net 10 minuten geleden uitgelezen en ik moet zeggen dat je er een goed verslag van hebt gemaakt! ik zit zelf ook in vwo 3 en moet met behulp van een verslag van internet (wat die van jou word ;)) zelf ook een verslag schrijven van dit boek. bedankt voor je hulp

21 jaar geleden

J.

J.

Heel goed te gebruiken.
Hartelijk bedankt hiervoor!!!!

19 jaar geleden

T.

T.

ej,
vriendelijk bedankt he
ik moest van een leraar presies maken wat jij hebt gedaan en toen kwam ik dit tegen kijk ik weet wel dat het stom is om te knippe en plakke darom heb ik ook niet alles presies over genommen
maar het heeft me wel lkkr geholpen

bedankt

19 jaar geleden

3.

3.

DIT IS ECHT DE BESTE

12 jaar geleden

S.

S.

Bedankt voor het maken! Was te laat met lezen en dankzij jou is het toch nog goed gekomen :)

11 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Wierook en tranen door Ward Ruyslinck"