Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

De kroongetuige door Maarten 't Hart

Beoordeling 8.1
Foto van een scholier
Boekcover De kroongetuige
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas vwo | 6945 woorden
  • 6 mei 2000
  • 928 keer beoordeeld
Cijfer 8.1
928 keer beoordeeld

Boekcover De kroongetuige
Shadow

In het interview met Bibeb van september 1979 vertelde Maarten ’t Hart dat hij werkte aan een misdaadroman. Nu, ruim drie jaar later, is het werk voltooid. Hoewel de oorspronkelijke opzet gehandhaafd bleef, is De kroongetuige in de eerste plaats een roman over (vergeefse) liefde, over jaloezie en over een huwelijk dat wordt bedreigd door kinderloosheid.

Pas i…

In het interview met Bibeb van september 1979 vertelde Maarten ’t Hart dat hij werkte aan een misdaadroman. Nu, ruim drie jaar later, is het werk voltooid. Hoewel de oorspron…

In het interview met Bibeb van september 1979 vertelde Maarten ’t Hart dat hij werkte aan een misdaadroman. Nu, ruim drie jaar later, is het werk voltooid. Hoewel de oorspronkelijke opzet gehandhaafd bleef, is De kroongetuige in de eerste plaats een roman over (vergeefse) liefde, over jaloezie en over een huwelijk dat wordt bedreigd door kinderloosheid.

Pas in de tweede plaats handelt het over iemand die van een moord beschuldigd wordt. Anders dan in Ik had een wapenbroeder, waarmee deze roman enige verwantschap vertoont, gaat het hier niet zozeer om de vraag hoe de schuldige (?) zelf de beschuldiging ervaart, maar om hoe zijn omgeving en met name zijn echtgenote daarop reageert. Zij is dan ook de werkelijke hoofdpersoon van het boek, een kroongetuige die niet wordt gehoord.

De kroongetuige door Maarten 't Hart
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Schrijver: Maarten ’t Hart Titel: De Kroongetuige Eerste druk: 1983 Plaats van uitgave: Amsterdam Naam uitgever: De Arbeiderspers Gelezen druk: 24e druk Omslag: Op de voorkant van het boek staat een foto van een schilderij van Chardin, Jongen met tol. Dit schilderij wordt door Leonie op blz. 84/85 beschreven. Leonie vertelt dat ze door het zien van dit schilderij er geheel van overtuigd raakte dat ze nooit kinderen zou krijgen. Samenvatting van de inhoud: Deze samenvatting komt uit Literama Modern Het boek bestaat uit vijf delen die als titels hebben: 1. De muizentorensage 2. Een korte briefwisseling 3. Het dagboek van Leonie 4. Het proces 5. De zwarte vogels Het huwelijk van Thomas en Leonie heeft elke glans verloren. Oorzaak: Leonie blijkt onvruchtbaar te zijn, terwijl ze dolgraag kinderen wil. Als ze een week bij haar moeder logeert, gaat Thomas enige avonden met Jenny Fortuyn op stap. Jenny werkt in de Openbare Bibliotheek en woont erboven op een zolderkamertje. Ze heeft vele vrienden, gebruikt drugs en heeft zich al twee keer laten aborteren. Thomas vindt haar erg aantrekkelijk en na een kroegentocht in de nacht van woensdag op donderdag 1 augustus vraagt hij haar mee naar zijn huis te gaan. Jenny gaat niet op dit verzoek in: ‘Je bent nu al stomdronken.’ Thomas probeert haar mee te trekken en er ontstaat een kleine worsteling. Drie studenten zijn hiervan getuige. Jenny loopt weg en het laatste wat Thomas van haar ziet, zijn haar witte laarsjes. Een hevige onweersbui barst los. Thomas werkt op een laboratorium, waar hij onderzoek doet naar kannibalisme bij ratten. Alex, de dierenverzorger, wil niet langer aan deze wrede proeven meedoen en Thomas neemt het op zich de ratten in de kannibalenkooi voortaan te verzorgen. Vier dagen later komen er twee rechercheurs in het laboratorium: Lambert en Meuldijk. Ze ondervragen Thomas over het verdwijnen van Jenny. Hij vertelt niets aan Leonie. ’s Avonds gaat Thomas naar de Bibliotheek; hij kijkt ook even op de kamer van Jenny, waar hij de rechercheurs treft. De politiemensen stellen hem allerlei vragen. Hij vertelt dat Jenny vele vrienden had, onder wie de jurist Robert. Thomas zelf is farmacoloog; hij onderzoekt of er drugs zijn die het kannibalisme bij ratten stimuleren (dit in verband met de rattenbestrijding). ’s Nachts ontstaat er een fikse ruzie tussen Thomas en Leonie. Thomas geniet van Verdi’s opera Otello, terwijl zijn vrouw de voorkeur geeft aan Schumann (‘Omdat hij altijd van die kinderachtige dingen componeerde over peuters.’). Thomas verwijt Leonie dat ze hem slechts als ‘een veredelde fokstier’ gebruikt. Lambert vraagt Thomas naar het politiebureau te komen. Jenny is nu twee weken weg en Thomas is de laatste die haar gezien heeft. Hij heeft haar geslagen. De politie heeft ernstige vermoedens dat hij meer weet over haar verdwijning. De rechercheurs willen zijn kleren onderzoeken en een bezoek aan zijn huis brengen. Leonie mag van niets weten en daarom wordt Lambert voorgesteld als een nieuwe collega van Thomas. Ze merkt echter toch dat zijn handen veel te grof zijn voor die van een onderzoeken en dat Thomas iets op zijn hart heeft. Op het politiebureau verneemt Thomas dat er bloedvlekken gevonden zijn op zijn kleding. Hij kan aantonen dat het bloedvlekjes zijn die zijn veroorzaakt door het onthoofden van ratten. Alex vertelt aan de recherche dat de ratten in de kannibalenkooi na het onweer verzadigd waren en dat er niet één weg was. De politie besluit tot arrestatie over te gaan. Thomas mag zijn vrouw hiervan telefonisch op de hoogte brengen. De politie vertelt hem dat de man die tegenover het laboratorium woont, heeft verklaard dat hij Thomas samen met een meisje naar binnen heeft zien gaan, en dat de farmacoloog twee uur later alleen naar buiten was gekomen. Leonie mag haar man niet bezoeken en daarom ontwikkelt zich een correspondentie tussen de beide echtelieden. Thomas onthult in zijn brieven dat hij verliefd is geworden op Jenny; vooral haar spiegelbeeld heeft veel indruk op hem gemaakt. Hij heeft haar zijn laboratorium laten zien. Ze was het meest geïnteresseerd in de foetussen van ongeboren kinderen (ze heeft zich twee keer laten aborteren). Leonie schrijft aan Thomas dat de kranten veel aandacht besteden aan de raadselachtige verdwijning van Jenny en aan verhalen over mensen die door ratten zijn verslonden (Muizentorensagen). Ze zal samen met Alex vaststellen hoeveel gram een rat eet die vier dagen gevast heeft. In zijn antwoordbrief vertelt Thomas over zijn contacten met Jenny. Ze hebben twee keer samen gegeten; na afloop heeft Jenny betaald uit de portemonnee van Thomas. Bij Jenny heeft hij kennis gemaakt met Robert, één van haar vele vrienden. Hij is advocaat en is van plan naar Zuid-Amerika te gaan. Tijdens de laatste kroegentocht heeft Jenny geen lange nagels meer. Wel draagt ze witte laarsjes met heel hoge hakken. In haar laatste brief vertelt Leonie dat ze met een collega van Thomas heeft gegeten; vervolgens hebben ze geroeid en daarna wijn gedronken. Ze is vast ervan overtuigd dat Jenny met haar advocaat naar Zuid-Amerika is gegaan. De rest van het boek (ongeveer tweederde deel) is geschreven in de vorm van ‘het dagboek van Leonie’. Dat ze nooit moeder zal worden, is voor haar een groot probleem dat regelmatig in het dagboek terugkomt. Leonie gaat zich gedragen als een privé-detective, omdat ze heilig gelooft in de onschuld van haar man en omdat ze overtuigd is vast de onbetrouwbaarheid van de recherche. Ze brengt een bezoek aan café De Twee Spiegeld om informatie in te winnen over Jenny en Thomas. Ook gaat ze naar de oude man die tegenover het laboratorium woont (meneer ‘Sommig Mens’). In de fatale nacht heeft hij op het bordes een man(hij weet niet zeker of het Thomas was) en een nogal grote vrouw gezien. In het tweede café hoort Leonie dat Robert zijn huisje in het Loridaanhof heeft verkocht en naar zuid-Amerika is vertrokken. De andere zolderkamer boven de bibliotheek wordt bewoond door Arianne. Ook aan haar brengt Leonie een bezoek. Ze wil weten of Thomas met Jenny naar bed is geweest. Arianne vindt dit niet zo belangrijk. Wel vertelt ze dat Jenny in het weekend niet naar een familiereünie is geweest (‘welnee, toen is Robert hier almaar over de vloer geweest’). Leonie kijkt op de kamer van Jenny en ziet aan de theebladeren in een kopje dat Lambert er geweest moet zijn, voordat Jenny is verdwenen. Ook blijkt dat Jenny en Leonie bepaalde dingen gemeenschappelijk hebben (onder andere een voorkeur voor ‘het blauwe vaasje van Chardin’). Robert heeft op het Loridaanhof naast een oude vrouw gewoond. Leonie merkt bij haar bezoek algauw dat de vrouw aan het dementeren is. Ze kan nog wel vertellen dat het sneeuwde toen haar buren vertrokken zijn. Samen met Arianne gaat Leonie naar het vrouwenhuis. De vrouwen vinden het maar vreemd dat Leonie graag kinderen wil hebben. Verder tonen ze zich verontwaardigd over het feit dat Leonie wil onderzoeken of het wel mogelijk is dat Jenny door de ratten is verorberd. Arianne laat duidelijk merken dat ze verliefd is op Leonie. Verder dan een omhelzing laat de laatstgenoemde het echter niet komen. De volgende dag gaat Leonie naar het laboratorium, waar ook de rechercheurs zijn. De vorige avond hebben schoonmakers de kleren van Jenny gevonden in een stortbak. Haar witte laarsjes zijn er echter niet bij. Alex en Leonie tonen met proefdieren aan dat tweehonderd ratten in twee uur nooit meer kunnen eten dat dertig kilo. Het is dus onmogelijk dat de ratten uit de kannibalenkooi het lichaam van Jenny hebben opgegeten. Jenny vertelt aan de rechercheurs dat haar man in zijn studietijd een filmpje heeft gemaakt dat ‘Moord in het laboratorium’ heette. Ze draait het filmpje af en zie het volgende. In een laboratorium is een mens gefilmd, hangend in de alcohol. In werkelijkheid is het een zeekoe. Een zeekoe die haar zogende jong in de arm neemt lijkt sprekend op een mensenmoeder die een kind de borst geeft. Op een droefgeestige dat gaat Leonie naar het laboratorium. Ze ontdekt een pot met twee zeekoeien die in de alcohol hangen. Achter deze twee dieren schuilt een derde figuur die door de bruine troebele alcohol niet duidelijk te onderscheiden is. Wellicht een mens? Moet Leonie dit aan de politie meedelen? Ze stelt het nog wat uit. Op zondag woont Leonie een dienst bij in de christelijk-gereformeerde kerk. Tijdens de preek kan ze goed nadenken. Gedurende het proces wordt Thomas beschuldig van twee delicten: - de moord op Jenny - het ontvreemden van farmaceutische preparaten (drugs) uit zijn laboratorium Er wordt een aantal getuigen gehoord, onder wie Lambert. Hij is van mening dat Thomas en Jenny de kasten met drugs op het laboratorium hebben leeggehaald. Hij is van de narcoticabrigade en heeft al herhaaldelijk contact gehad met Jenny. Ook meneer ‘Sommig Mens’ wordt gehoord. De advocaat van Thomas toont echter aan dat hij allerlei onjuistheden vertelt. Dan komt de baas van Thomas aan het woord. Hij acht het uitgesloten dat Thomas de drugs heeft gestolen. Als Leonie van dit misdrijf zou worden beschuldigd, zou hij het onvoorwaardelijk geloven. Leonie kan niet horen welke straf de officier van justitie eist. De advocaat wijst erop dat de officier zich baseert op de verklaringen van de kroongetuige (= meneer ‘Sommig Mens’). Deze verklaringen zij echter absoluut onjuist gebleken. Uitspraak over veertien dagen. Vlak voor Kerstmis komt Thomas plotseling thuis. Hij heeft een plaat van Schumann voor haar meegenomen. Hij vertelt waarom hij niets aan Lambert heeft verteld (‘ik vertrouwde hem niet, hij had iets gehad met Jenny’). Hij vertelt ook waarom hij wanhopig verliefd was geworden op Jenny (spiegelbeeld, leuke lach, lange zwarte nagels, vertelt roerend over twee abortussen). Leonie zegt dat ze zeker weet dat hij de moord heeft gepleegd, omdat ze de vrouw bij de zeekoeien heeft gezien. Thomas wil haar niet geloven en ze besluiten samen te gaan kijken. Thomas houdt vol dat het Jenny niet kan zijn; hij heeft in de fatale nacht gezien dat ze het laboratorium uitkwam via de nooduitgang en de brandtrap. Ze droeg een zware tas en stapte in een auto die door Robert werd bestuurd. Nu wordt ook duidelijk waarom Thomas steeds heeft gezwegen: hij is niet alleen afgewezen, maar ook misbruikt en ‘dat doet zo ongelofelijk veel pijn….daar kun je niet over praten.’ De kleren van Jenny zijn in het lab gevonden, omdat ze zich daar heeft verkleed. Ze heeft haar witte laarsjes aangehouden. Als Thomas naar de pot gaat kijken, komt Lambert binnen. Thomas komt brakend weer terug. Lambert gaat ook ijken. Het blijkt dat niet Jenny maar de vrouw van Robert in de pot zit. Jenny is ervandoor met het malle mutsje van de vrouw van Robert op; dit gebeurde in de onweersnacht toen het sneeuwde (dat wil zeggen toen het populierenpluis door de lucht vloog). De oude buurvrouw van Robert wordt er door de politie bijgehaald om de identiteit van het lijk vast te stellen. Lambert vertelt aan Leonie waarom hij Jenny zo aantrekkelijk vond: ze had sex-appeal. De vrouw van Robert is zeer waarschijnlijk in het lab met een pistoolschot omgebracht. Waarom heeft Thomas steeds gezwegen? Deze vraag houdt Lambert nog steeds bezig. Hij denkt dat Thomas zweeg, omdat hij op de een of andere manier schuldig is. Lambert vindt Leonie erg aardig en hij vraagt of hij bij haar mag aankloppen als Thomas ooit mocht verdwijnen. Leonie wijst hem af. Thomas vraagt aan Lambert waarom hij zo fanatiek achter hem aan heeft gezeten. Leonie heeft een psychologische verklaring. Lambert was namelijk ook verliefd op Jenny. Hij is net zo hard op zijn bek gevallen als Thomas en is ‘toen zo woedend geworden, dat hij had willen doen, maar niet durfde, waarvan hij denkt dat Thomas het wel gedurfd heeft.’ Als Thomas en Leonie naar huis lopen, denkt de laatste aan ‘dat vervloekte kerstfeest’ dat speciaal uitgevonden lijkt om mensen te kwellen die naar een geboorte verlangen die nooit zal komen. Ze vertelt Thomas dat de gynaecoloog haar geen enkele hoop meer heeft gelaten. Thomas geeft haar een krantenknipsel waarin een bericht staat over het eerste kind uit een reageerbuis. Leonie begint weer hoop te koesteren. Ze bidt: ‘Genadige Goden laat hoop mijn lege en kille geest weer vruchtbaar maken.’ Titelverklaring: Een citaat uit een werk van Nietzsche, een Duitse filosoof, is: “Zijn niet de meeste huwelijken van dien aard dat men geen derde als kroongetuige wenst? De titel wordt hiermee verklaard, want hiermee wordt bedoeld dat een kind meestal de beste kroongetuige in een huwelijk is. De hoofdpersonen (Thomas en Jenny) kunnen geen kinderen krijgen, bij hen ontbreekt dus de kroongetuige in het gezin. De letterlijke betekenis van een kroongetuige is de belangrijkste getuige in een rechtszaak. Tijdens het proces noemt de advocaat van Thomas meneer ‘Sommig Mens’ (de man die tegenover het laboratorium woont) de kroongetuige. Leonie zou ook de kroongetuige kunnen zijn. Zij gaat zelf op onderzoek uit; zij is degene die weet waar het lichaam van Jenny verborgen is. De titel is goed uitgekozen; het verbindt misdaad en huwelijk Motieven: In het boek komen nogal wat motieven voor die knap zijn uitgewerkt en soms met elkaar zijn verweven. komen enkele belangrijke motieven voor: - kinderloosheid (als obsessie) - trouw en ontrouw - de muziek; vooral de componisten Schumann en Verdi (Leonie contra Thomas) spelen een belangrijke rol - de rol van de filosofie (Nietzsche) - raadselachtige verdwijning - zoektocht (naar de dader) - spiegelmotief (vgl. Leonie / Jenny; Thomas is verliefd op Jenny’s spiegelbeeld - geloof (kerkbezoek, gebed) - dieren (ratten, spinnen, muizen, zwarte vogels) Thema: Er komen twee thema’s in het boek voor die nauw met elkaar verweven zijn. Het eerste thema is een verstoorde huwelijksrelatie (het huwelijk van Thomas en Leonie en alles wat daarmee samenhangt, voornamelijk de kinderloosheid en de jaloezie van Leonie. Het tweede thema is de misdaadkant van de roman: een raadselachtige verdwijning van een jonge vrouw. De sensationele gebeurtenissen geven het boek een zekere dramatiek, maar in feite gaat het over het huwelijk: overspel, trouw, jaloezie en kinderen. Het seksuele leven van Thomas was niet geweldig, eigenlijk walgde hij ervan en wilde hij wel eens met een meisje naar bed dat niet zo nodig kinderen moest. Jenny had zelfs al twee keer een abortus gehad, waardoor Leonies jaloezie nog eens versterkt werd. Thomas is dan misschien onschuldig voor wat betreft de criminele kant van de zaak, in een ander opzicht is hij wel schuldig, want hij is ontrouw geweest. Later vertelt hij Leonie waarom. Leonie blijft Thomas wel trouw; omdat zij nog steeds van hem houdt, begint ze haar speurtocht. Maar zij voelt zich weer op een andere manier schuldig: ze is onvruchtbaar. Haar kinderloosheid wordt een obsessie. Dit is ook de reden dat ze zo tekeergaat tegen abortus. Andere elementen in het boek wijzen ook telkens weer naar kinderen, kinderloosheid en kindermoord: de pasgeboren ratjes die worden opgevoerd aan de schildpad, het schilderij van Chardin, Kerstmis, enz. Genre: De kroongetuige is niet alleen een detectiveroman. Van groot belang is ook het huwelijk van Leonie en Thomas en de problemen die ze hebben. Daarom is dit boek ook een huwelijksroman. Opbouw: Het boek heeft 212 bladzijden. Er zijn 5 hoofdstukken, elk met een eigen titel. Hoofdstuk 1 (De muizentorensage) is onderverdeeld in 8 genummerde delen. Hoofdstuk 2 (Een korte briefwisseling) is onderverdeeld in 4 stukken: dat zijn de brieven die Thomas en Leonie elkaar sturen. Hoofdstuk 3 (Het dagboek van Leonie) is een dagboek; de dagen zijn gescheiden door 2 wit regels. Hoofdstuk 4 (Het proces) en 5 (De zwarte vogels) zijn niet verder onderverdeeld. In hoofdstuk 5 komen alleen een paar wit regels voor, om aan te geven dat er wat tijd verloopt tussen 2 opeenvolgende fragmenten. Het verhaal wordt chronologisch verteld. De voorgeschiedenis van Thomas en Jenny onthult Thomas in een brief, die hij aan Leonie schrijft. Er komen echter wel vele flash-backs voor. Veel van de flash-backs zijn herinneringen (bijvoorbeeld de gedachten van Leonie aan het diaavondje met de hoogleraar en zijn vrouw en haar herinneringen aan de zwarte vogels). De briefwisseling en het dagboek van Leonie zijn later opgeschreven (=vision par derrière). In de rest van het boek wordt het hele verhaal mee verteld (=vision avec). In het boek komen verschillende verdachtmakende vooruitwijzingen voor. Die vooruitwijzingen naar het slot van het boek komen uiteraard niet allemaal uit, er is namelijk maar één schuldige. ‘De zwarte vogels’ is behalve een terugwijzend ook een vooruitwijzend element; de vogels geven aan dat er iets belangrijks gaat gebeuren in het leven van Leonie. Het verhaal is opgebouwd rond één verhaallijn. Het centrale ‘probleem’ is eigenlijk de verstoorde huwelijkrelatie van Thomas en Leonie. Doordat Leonie alleen maar denkt aan kinderen krijgen, gaat Thomas iets ‘nieuws’ zoeken en komt terecht bij Jenny. Toevallig is het dan dat Jenny verdwijnt en dat Thomas hierdoor verdacht wordt. Alles draait om het huwelijk van Thomas en Leonie. Het verhaal heeft een vrij plotseling begin. Je stapt als het ware midden in het verhaal: namelijk midden in een afspraak van Thomas en Jenny. Naarmate het verhaal vordert, kom je steeds meer te weten, o.a. door flash-backs. Het einde van het verhaal is gesloten. De verdwijning van Jenny is opgelost en Thomas is weer vrij. Het enige dat je aan het eind van het verhaal niet weet is of Thomas en Leonie ooit nog kinderen zullen krijgen. Personages: Leonie Kuyper: Leonie is de werkelijke hoofdpersoon van het boek. Ze is een knappe, nuchtere en intelligente vrouw. Zij gaat op onderzoek uit, zij is de detective in het verhaal. Thomas en Leonie zijn twaalf jaar getrouwd. Leonie heeft Frans gestudeerd. Ze slaagde cum laude, maar in plaats van een goed betaalde baan te zoeken werd ze liever huisvrouw, omdat ze dan beter en vaker naar Schumann kon luisteren. Ze wordt beschreven als burgerlijk en truttig. Thomas zegt van haar dat ze een ‘degelijke, milde en in de grond blijmoedige ziel’ is, in tegenstelling tot Jenny, die grillig en prikkelbaar is. Leonie vindt het vreselijk dat ze onvruchtbaar is. Ze wil niets liever dan moeder worden, maar toen ze het schilderij van Chardin zag, wist ze eigenlijk al dat dit nooit zou gebeuren. Ze brengt haar wens om moeder te worden in verband met abortus en postnatale depressie, waar ze het in het vrouwenhuis over hebben. Ze ziet deze dingen als een luxe. Leonie begint haar zoektocht naar de ware dader niet alleen om Thomas’ onschuld te bewijzen, maar vooral omdat ze jaloers is. Ze wil weten wat Jenny heeft dat zij niet heeft. Aanvankelijk haat ze Jenny; later; als ze denkt dat zij dood is, denkt ze wat milder over haar. Zowel Lambert als Arianne vertellen haar dat ze in de verte lijkt op Jenny; zij is alleen veel burgerlijker. Het is niet voor niets dat zowel Thomas als Arianne als Lambert verliefde gevoelens voor Leonie hebben: ze zijn ook alle drie verliefd geweest op Jenny. Maar hoewel Leonie Arianne en Lambert ook wel aardig vindt, blijft ze Thomas trouw. Haar wraak op Thomas stelt niet veel voor: ze gaat een keer uit roeien met een collega van Thomas en ze laat zich kussen door Arianne. Leonie gaat naarmate de problemen zich opstapelen steun zoeken in het geloof. Zij is daarmee opgegroeid, Thomas niet. Ze gaat naar de kerk, zingt psalmen, en het boek eindigt met haar smeekbede: ‘Genadige God, laat hoop mijn lege en kille geest weer vruchtbaar maken.’ Thomas Kuper: Thomas is de man van Leonie en wordt ervan verdacht Jenny na een ruzie te hebben omgebracht. Hij werkt als wetenschappelijk medewerker (farmacoloog) in het Medisch-Biologisch Laboratorium van de uiniversiteit van Leidendisch-Biologisch. Samen met zijn assistent Alex onderzoeken ze wat de invloed van drugs is op kannibalisme bij ratten. Thomas is een beetje een stoethaspel: hij is erg onhandig, en hij struikelt over drempels. Ook is hij ongelovig en cynisch. Soms kan hij nogal hard zijn tegen zijn vrouw. Hij kan behoorlijk koppig zijn, maar aan de andere kant is hij ook gevoelig, getuige zijn belangstelling voor de muziek van Verdi en de gedichten van Leigh Hunt. Thomas is een liefhebber van literatuur en van klassieke muziek. Net zoals de feministen in het vrouwenhuis, denkt hij dat het vrouwen wordt aangepraat dat ze graag moeder willen worden. Hij wil niet zo vreselijk graag een kind als Leonie. In gedachten zegt hij tegen zijn zoon: ‘Wees maar blij dat je niet geboren bent’. Toch droomt hij over een zoon, denkt hij over adoptie en knipt hij het bericht over de reageerbuisbaby uit de krant. Zijn kinderloze huwelijk is er eigenlijk de oorzaak van dat hij de relatie met Jenny begint. Hij wil graag met Jenny naar bed, maar dat komt er niet van. Ondanks het feit dat hij onschuldig is, blijft Thomas zwijgen, waardoor hij wel bijna vier maanden in het gevang zit. Thomas noemt zelf verschillende redenen voor zijn gedrag: hij wil best een tijdje gevangenzitten om tot rust te komen, en hij hoopt dat Leonie dan eindelijk zal aanvaarden dat er geen kinderen komen, hij wil Jenny niet verraden en hij vindt het enorm vernederend dat Jenny hem alleen maar heeft gebruikt. Toch is het allemaal niet erg overtuigend: wil iemand om die redenen zo lang gevangenzitten? Uiteindelijk komt Thomas zelf met het krantenbericht over de reageerbuisbaby, weet hij dat Jenny niet meer terug zal komen en kan hij wel nagaan dat het toch een keer uit zal komen hoe Jenny over hem dacht. Thomas en Leonie zijn round-characters; trek voor trek worden ze voor ons neergezet. Bijpersonen: Jenny Fortuyn: Jenny is een jonge, twintigjarige feministe die vermist wordt. Zij is een knappe bibliothecaresse en staat er om bekend dat ze met iedereen de koffer induikt. Ze woont samen met Arianne. Ze is aan drugs verslaafd; dit is waarschijnlijk een van de redenen dat zij wel wat zag in Thomas omdat hij op zijn werk veel met drugs te maken had (i.v.m. proefdieren). Zij is er dan ook met Robert en met de drugs vandoor gegaan. Jenny heeft twee keer abortus laten plegen. Lambert: Lambert is de rechercheur die het onderzoek leidt naar de verdwijning van Jenny. Hij heeft steeds wel weer een ander scenario voor de verdwijning / moord op Jenny. Hij blijft er steeds maar bij dat Thomas het gedaan heeft of er tenminste bij brokken was. Hij heeft zelf ook een relatie gehad met Jenny, mede omdat hij een goede versierder is maar het kan ook zijn dat Jenny een relatie met hem aanging omdat hij bij de narcotica afdeling zit. Leonie denkt dat hij er daarom ook zo fanatiek mee bezig is. Lambert is zelfs een beetje verliefd op Leonie. Jenny en Lambert zijn flat characters omdat we ze minder goed leren kennen, er vinden minder gevoelige situaties en gedachtegangen plaats. Perspectief: Het verhaal is geschreven in een meervoudige ik-vertelsituatie. In hoofdstuk 1 is Thomas de ik-persoon. In het tweede hoofdstuk schrijven Thomas en Leonie allebei brieven in de ik-vorm. In hoofdstuk 3 tot en met 5 ligt het perspectief bij Leonie. Het wisselend perspectief wordt ook gebruikt in de klassieke misdaadliteratuur. Ook fragmenten, brieven en dagboeken zijn daar bekende elementen. Hierdoor wordt de spanning opgevoerd: allerlei raadselen blijven voorlopig onopgelost. In hoofdstuk 1 onthoudt Thomas de lezer belangrijke informatie: hij vertelt niet wat er verder in de onweersnacht gebeurde. Stijl: Het taalgebruik is niet moeilijk waardoor het verhaal makkelijk te lezen is. De schrijver gebruikt een directe stijl die ook vlot leesbaar is. De dialogen die in het verhaal voorkomen zijn ook goed leesbaar, het loopt allemaal lekker vloeiend (spreektaal). Er komen (vrijwel) geen moeilijke woorden voor. Als deze voorkomen worden ze uitgelegd in het verhaal. De zinnen zijn ook niet echt lang, wat het lezen vergemakkelijkt. Opvallend zijn de vele beelden die ontleend zijn aan de natuur. Vooral vogels en planten worden vaak genoemd. Zelfs in zijn dromen heeft Thomas Kuyper het nog over reigers die tegen elkaar invliegen. Ook is het een verhaal van deze tijd zodat je weet waarover er gepraat wordt. Doordat er enkele flash-backs die er in het verhaal waren, logisch waren geschreven is het ook makkelijker te volgen. Tijd en ruimte: De vertelde tijd in het verhaal is ongeveer 4,5 maand, de gebeurtenissen beginnen op 31 juli en eindigen vlak voor Kerstmis (half december). Van deze 4,5 maand zit Thomas 3,5 maand in het gevang. In de beschrijvingen van de gesprekken die Leonie met allerlei mensen heeft, verschilt de verteltijd niet veel van de vertelde tijd. Ook het proces is vrij uitvoerig verteld. Het grootste deel van het boek is verteld in de verleden tijd. Het boek speelt zich af in de jaren ’70. De vermelde data komen overeen met de kalender van 1974, maar dat wil nog niet zeggen dat dit boek zich precies in dat jaar zou afspelen. Het verhaal speelt zich af in Leiden maar allerlei straten, cafés en gebouwen die in het boek worden beschreven, blijken in het echt niet meer te bestaan. De ruimten waar het verhaal zich afspeelt zijn o.a. Thomas’ laboratorium, enkele cafés, de bibliotheek, Thomas’ en Leonie’s huis, het politiebureau, de rechtszaal, Jenny’s zolderkamer. Mening: Ik vind ‘De kroongetuige’ een leuk en spannend boek. Vaak vind ik van literatuurboeken dat het verhaal ‘vertraagd’ wordt doordat het allemaal veel te langdradig is. Bij ‘De kroongetuide’ is dat juist niet zo. De schrijver houdt het spannend en zorgt dat je je aandacht bij het verhaal houdt. Het verhaal was mede hierdoor ook vlot te lezen. Maarten ’t Hart weet de spanning heel knap op te bouwen. Wie is de dader? Lange tijd komen meerdere personen in aanmerking; niet alleen Thomas, maar ook Lambert, Arianne en Robert. In de loop van het verhaal ga je steeds meer aan de onschuld van Thomas twijfelen. Zijn advocaat gelooft stellig dat hij de dader is en zelfs Leonie is er niet van overtuigd dat hij vrijuit gaat. Vorig jaar heb ik wel delen van werk van Maarten ’t Hart gelezen wat mij eigenlijk helemaal niet aanprak. Het waren vaak verhalen die over streng religieuze gezinnen gingen en die vrij saai waren. Critici vinden ‘De kroongetuige’ maar half geslaagd. Ik vind het juist een heel leuk boek. Ik heb ook gelezen dat het boek zeer populair is en nu een van de meest gelezen romans van Maarten ’t Hart en dat kan ik best begrijpen. Het thema van het verhaal vind ik leuk en actueel. Het verhaal is in de jaren zeventig geschreven maar ik vind dat abortus en huwelijksproblemen echt iets is van ‘deze tijd’. Ik denk dan ook dat het voor die tijd (de jaren zeventig) iets was dat de mensen nog helemaal niet kenden. Je kan je wel in de situatie van Thomas en Jenny inleven omdat je er dagelijks wel iets van hoort of leest. Wat ik heel leuk aan het verhaal vind is het feit dat het perspectief bij twee ik-figuren ligt. Het geeft een erg leuk effect. Hierdoor kan je zien hoe Leonie over Thomas denkt; over het feit dat hij op zoek is gegaan naar een ander en het feit dat hij mogelijk met de verdwijning van Jenny te maken zou kunnen hebben. Eigenlijk zie je vanuit Thomas grotendeels hoe hij over Leonie denkt en over het feit dat hij wat met Jenny wilde beginnen. Ik heb nooit eerder een boek gelezen met een meervoudige ik-figuur maar ik vind het veel leuker om een boek op deze manier te lezen. Als je alles alleen vanuit Thomas ogen had beleefd denk ik dat het verhaal een heel ander effect had gehad. Leonie vind ik een erg trouwe en goede vrouw. Ze blijft Thomas trouw ondanks het feit dat hij haar bedrogen heeft. Hij is dan niet echt iets begonnen met Jenny maar had dat zeker gedaan als ze meer tijd hadden gehad. Leonie blijft in Thomas’ onschuld geloven en start zelf een heel onderzoek, iets wat ik heel moedig vind. Als ze dan toch denkt dat Thomas schuldig is zegt ze het tegen niemand en wil het eerst van Thomas zelf horen. Thomas is bij haar ‘weggelopen’ omdat zij zo graag kinderen wou. Ik denk dat zij vanaf jongs af aan al moeder had willen worden en dat ze niet goed kan accepteren dat dit niet kan. Toch vind ik Leonie een sterke persoonlijkheid. Ik zou er niet aan moeten denken om in haar schoenen te staan; een hele nare positie. Ook denk ik dat als Jenny terug was gekomen dat Leonie heel anders over de situatie (Thomas en Jenny) had gedacht. Ik denk dat ze dan minder begripvol was geweest. Ze is immers niet dom. Thomas vind ik eigenlijk een zwak mannetje. Hij vlucht voor Leonie omdat hij vindt dat hij op commando de liefde met haar moet bedrijven zodat zij zwanger kan raken. Ik denk niet dat dit de goede oplossing is. Hij had beter met Leonie een adoptie door kunnen zetten maar in plaats van zoiets te doen, gaat hij op zoek naar een ander. Hij beschermt Jenny als het ware (door niet te zeggen dat hij Jenny op de bewuste avond heeft zien vluchten) omdat hij denkt dat Jenny misschien wel terug komt (en om later weer iets met haar te kunnen beginnen?). Hiermee kwelt hij zichzelf en Leonie. Ik vind Thomas dus een zwak figuur die niet stevig in zijn schoenen staat. Gelukkig heeft het verhaal een gesloten einde. Van een open einde houd ik niet zo. Je blijft wel nog steeds met de vraag zitten waar Jenny gebleven is. Ze zou echt gestraft moeten worden, want ze heeft een slim spelletje gespeeld. Ze heeft Thomas ontzettend gebruikt. Al met al vind ik het boek zeer geslaagd. Ik kan eigenlijk niets negatiefs over het boek verzinnen. Kortom: een aanrader! Literatuurgeschiedenis van Maarten ‘t Hart: Maarten ’t Hart werd in 1944 geboren te Maassluis. Hij studeerde biologie in Leiden; daarna werkte hij als etholoog aan de Rijksuniversiteit in Leiden. (Ethologie is biologisch gedragsonderzoek waarbij het natuurlijke gedrag van dieren centraal wordt gesteld en aan de hand van objectief waarneembare verschijnselen wordt bestudeerd). ’t Hart publiceerde romans, verhalen, essays en wetenschappelijk werk. Zijn romans en verhalen, die vaak autobiografisch van aard zijn, spelen zich meestal af in een streng godsdienstig milieu, waaruit de hoofdfiguur maar moeilijk kan ontsnappen. Maarten ’t Hart had veel succes met zijn boeken. Enkele van zijn boeken zijn: - Stenen voor een ransuil (1971 - Een vlucht regenwulpen (1978) - De Droomkoningin (1980) - Ortolaan (boekenweekgeschenk in 1984) - De jacobsladder (1986) - Onder de korenmaat (1991) - Het woeden der gehele wereld (1994) De critici vonden De kroongetuige maar half geslaagd, maar toch ook niet echt slecht. Het boek werd zeer populair en is nu een van de meest gelezen romans van deze auteur. Bronnen: Uittrekselboeken: - Literama Modern - Prisma Uittrekselboek Nederlandse Literatuur 1980 – 1990 Internet: - www.scholieren.com -
www.intercollege.nl - www.letteren.nl Recensies over Maarten 't Hart - De Kroongetuige Detective vol schijn en wezen Wim Vogel Haarlems Dagblad, 11 februari 1983, leder jaar, vlak voordat de zomervakanties beginnen, bevat de boekenbijlage van Vrij Nederland uitsluitend informatie over detectives. En terecht, want het schijnt dat een kwart van wat er ter wereld aan fictie wordt geschreven tot de misdaadliteratuur behoort. In de laatste aflevering, die van juni i 982, schreef Maarten 't Hart het te betreuren dat er een splitsing is opgetreden in het schrijven van fictionele verhalen en romans: Op moord en liefde zijn gewone en misdaadromans uiteengegaan. Niettemin kan de eerste soort heel wat van de tweede leren: flitsende dialogen, beschrijvingen van de ruimte en bovenal de manier waarop de spanning wordt opgebouwd. Wanneer je het werk van Maarten 't Hart toetst op deze uitspraken dan blijkt dat hij al veel van zijn wensen gerealiseerd heeft. Zijn boeken munten sinds jaar en dag uit door snelle en geestige dialogen, ruimte wordt door hem altijd uitvoerig en met veel oog voor details beschreven en aan spanning, die eenvoudige wens te willen weten hoe iets afloopt, ontbreekt het maar zelden. In De kroongetuige combineert 't Hart deze kwaliteiten met de specifieke kenmerken van de literaire roman: de uitvoerige psychologie van de verhaalfiguren. En het resultaat liegt er niet om! De kroongetuige is een goed geschreven, soms humoristisch en altijd spannend boek waar allerlei voor onze samenleving relevante zaken in mee spelen, zodat het boek door zeer velen gewaardeerd zal worden. Rekening houdend met die zeer velen zou het wel bijzonder flauw zijn als ik het plot van de roman uitvoerig uit de doeken zou doen. U zult van mij dus niet te lezen krijgen wie er verantwoordelijk voor is dat Jenny Fortuyn, een ruim twintigjarige bibliothecaresse, spoorloos verdwijnt. Leonie is de echte hoofdpersoon van de roman. Niet alleen doordat we driekwart van het verhaal door haar ogen meemaken, maar voor- al doordat de auteur door háár het eigenlijke thema gestalte geeft. Dat thema zou, enigszins uitgebreid, als volgt kunnen luiden: man en vrouw voelen zich na een twaalfjarig kinderloos huwelijk schuldig ten opzichte van elkaar. Er ontstaat een crisis, omdat de man verliefd wordt en beschuldigd wordt van moord. Het alleen-zijn dat daardoor ontstaat werkt voor beiden zuiverend en bevat de kiem voor een huwelijk dat wellicht niet langer kinderloos zal blijven' Gegeven dit thema is het begrijpelijk dat 't Hart rijkelijk strooit met motieven die we ook uit ander werk van hem kennen: schuldgevoel, jaloezie, het bedrieglijke van de werkelijkheid. Dát Thomas immers iets met Jenny Fortuyn gehad heeft, staat voor Leonie vast. Maar wat? Zij komt er achter dat Jenny met haar voorkeur voor popmuziek, voor drugs, voor cafés, voor slordigheid, voor promiscuïteit niet het type is waar Thomas voor valt. Thomas beweert dan ook verliefd te zijn op haar spiegelbeeld (overigens een opvallend leidmotief), hij klampt zich aan een illusie vast en heeft daardoor niet in de gaten dat de werkelijke Jenny een heel andere vrouw is. 'Zij is als Vrouwe Fortuna, grillig, onberekenbaar en slimmer dan diegene die zij betovert. Met haar opvallende witte laarsjes lijkt zij op Angéla uit De droomkoningin die ook tijdelijk een man wist te bekoren. Niettemin heeft de pseudoverhouding, heeft de ontrouw die halverwege blijft steken, ook een zuiverend effect op Thomas. Hij realiseert zich dat hij ook verliefd op Jenny geworden is, omdat zij wél kinderen krijgen kan, dat bewijzen immers haar twee abortussen, zodat Jenny en Leonie behalve elkaars spiegelbeeld ook nog elkaars tegenpolen zijn. Helemaal spreekt Thomas zich echter niet uit. Op het einde van de roman blijkt hij veel meer te weten dan iedereen vermoedde; hij blijft een zwijgzame, wat mysterieuze figuur. Veel meer inzicht krijg je in Leonie. Zij bezoekt alle cafés waar Thomas met Jenny geweest is, zij wil alles van haar weten: hoe was ze, wat dacht ze, wat deed ze, wie kende ze? Leonies zoeken krijgt allengs de allure van een op zoek zijn naar antwoorden op voor haar essentiële, welhaast existentiële vragen. Wat is de zin van haar kinderloos bestaan? Wat is de basis van hun kinderloos huwelijk? Als zij op haar tochten in een vrouwenhuis belandt, waar Turkse vrouwen overigens de afwas doen, zegt zij tot haar eigen verbazing en in ieder geval tot verbijstering van de feministische vrouwen: 'Het leven Is de som van alle tegenslagen, van alle verdriet datje ervaart, en het hebben van kinderen hoort zo hevig bij tegenslag en verdriet dat het is alsof je aan de buitenkant van hei leven staat als ze er niet zijn.' Een kind zou voor haar de zingeving van haar leven betekenen, zou voor haar alles in evenwicht brengen. En het is Thomas die zijn onvruchtbare vrouw uiteindelijk toch de laatste mogelijkheid voorstelt: een reageerbuisbaby. Tijdens zijn hechtenis heeft hij een bericht daarover uit de krant gescheurd en zorgvuldig in zijn portemonnee bewaard. Dezelfde portemonnee overigens waaruit Jenny de sleutel ontvreemdde van Thomas' laboratorium. Zodat ook op dit niveau voldoende spiegeleffecten en contrasten aanwezig zijn. Het is overigens wel vreemd dat Thomas dat bericht heeft kunnen uitscheuren, want op pagina 70 lezen we dat hij absoluut geen krant mag lezen! De kroongetuige bevat, zoals welhaast iedere detective, een klassieke structuur: de vijf hoofdstukken houden zich keurig aan de inhoudelijke eisen die al door de oude Grieken eeuwen ,geleden zijn geformuleerd tot en met de catharsis, de zuivering in het laatste hoofdstuk toe. De enige variatie die 't Hart zich veroorlooft is de eerder genoemde verandering in de vertelsituatie. In deze klassieke roman heeft ook alles weer een functie, gebeurt er niets zomaar. Met kennelijke instemming parafraseert de schrijver een opmerking van Willem Frederik Hermans (en van de bijbel) dat in een klassieke roman alles betekenis heeft, dat geen mus ter aarde valt zonder de wil van God, de wil van de schrijver. Veel van de kritiek die 't Hart de laatste jaren op zijn werk gekregen heeft (te weinig engagement, te sentimenteel, overbodige beschrijvingen, zwakke stijl), zal na lezing van De kroongetuige verstommen. Want afgezien van het soms wat al te gemakkelijke effect (het vrouwenhuis, de rechercheurs, opmerkingen over Hannemieke Stamperius (is Hannes Meinkema?)is deze nieuwe versie van het oude spel van schijn en wezen nergens oppervlakkig, maar integendeel spannend, boordevol flitsende dialogen en in een verrassend zakelijke stijl geschreven. 't Hart schrijft; maar blijft-ie? Door Ad But, Winschoter Courant, 19 februari 1983. Maarten 't Hart als detectiveschrijver. Als zo- velen voor hem, heeft deze auteur van Het vrome volk, Een vlucht regenwulpen en andere manifesten tegen de kille doodsdrift van gereformeerde opvoeders uit de eerste helft van deze eeuw, de vorm van het detectiveverhaal gekozen voor een publicatie van de meest uiteenlopende ideeën. 't Hart heeft geen moeite met het componeren van een aanvaardbaar verhaal. Evenmin ontspoort hij opvallend in een consistente bewijsvoering. Allemaal prima dus. En toch is De kroongetuige een boek met een luchtje. Het is het luchtje van een verkeerd verpakt artikel. De vorm is die van een detective, de inhoud deels niet. 't Hart heeft in het - overigens beslist niet opzienbarende - verhaal een aantal bijlijnen geweven, waardoor een oneigenlijke inhoud in de gebruikte verpakking is terecht gekomen. Nu zou dat nog niet zo'n bezwaar zijn als die zijsprongen niet essentieel waren. Maar de ideeën van 't Hart, die de essentie van zijn schrijverschap inhouden, bevinden zich juist in die oneigenlijke stukken: als krenten in de mayonaise. En aangezien daarin geen krenten horen, blijft bij uitzeven een wat glibberige substantie over: eenheid zonder vorm, zich schikkend naar waar het invalt. Zo zit De kroongetuige in elkaar: een skelet van denkbeelden omvleesd met een stroperig verhaal. En toch smakelijk. (....) Wie nu precies wat gedaan heeft houdt 't Hart tot de laatste bladzijden verborgen. Ook de titel blijft lang onverklaard en is op het laatst nog meerduidig. Een uitstekende compositie. Nu de krenten: 't Hart doet meer dan alleen over zijn personen praten, hij laat ze ook bizarre dingen doen. Leonie spant wel de kroon met haar reacties op de vrouwenpraatgroep waarvan Jenny ook nogal eens deel uitmaakte. 't Hart maakt haar kinderloos en laat haar intens droevig fulmineren tegen vrouwen die strijden voor vrije abortus en die praten over postnatale depressies. Verder neemt hij stelling tegen de dierproeven in het laboratorium, waar een medewerker geen trek meer heeft in het laten hongeren van ratten die met drugs tot kannibalisme moeten worden opgewekt. Hij schijnt zich te ergeren aan muziek van Schumann, aan stropdassen (naar Jillenius' zeggen opgevoerd door de Noormannen, om wie de regels overtrad onmiddellijk te kunnen opknopen), aan vrouwen die met zichzelf bezig zijn - in tegenstelling tot de Turkse vrouwen in het vrouwenhuis die met de afwas bezig zijn - aan geldverspilling in het wetenschappelijk werk en aan nog zoveel zaken waarvoor een gewoon mens zich nauwelijks de tijd gunt zich er aan te ergeren. Daarbij komt dat het hele thema, trouw in lief en leed, nogal abstract wordt behandeld. De relatie tussen Leonie en Thomas blijft een merkwaardige: de auteur overtuigt nergens in het waarom van de wederzijdse trouw. Alle argumenten om deze relatie te beëindigen worden aangevoerd en toch... Nou ja, ook 't Hart is niets menselijks vreemd. Voeg daarbij de vaak wrakke dialogen, de wat vreemd aandoende behoefte van de schrijver om via zijn personages de erudiete figuur uit te hangen en de soms dilettantistische taalvormen (betrekkelijke bijzinnen die met 'welke' beginnen, de puntjes achter een niet afgeronde dialoog, de te pas en te onpas gebruikte stoplappen als 'Nu, ja, wacht' en dergelijke, en de soms theoretiserende en abstracte innerlijke monologen) en het zal duidelijk zijn dat 't Harts roman een rommelig geheel te zien geeft. Rommel met daartussen wat fraaiigheid, een bekend verschijnsel bij deze auteur. In een recensie van zijn verhalenbundel De zaterdagvliegers constateerde ik al dat 't Hart te veel heeft geschreven om nog met een krachtig boek te kunnen komen. Het blijkt nu een juiste constatering geweest te zijn. 'Wie schrijft die blijft' is een bekende zegswijze; bij 't Hart zou het wel eens zo kunnen zijn, dat hij met zijn doorschrijven zichzelf wegschrijft. En dat is jammer, hij kan - als hij zichzelf de nodige beperkingen weet op te leggen - nog jarenlang mee als een redelijk interessante auteur. Verdere informatie over De kroongetuige  Aad Nuis, Moord. In: Intermagazine, januari-februari 1983.  Carel Peters, Een detective met ambities. Het tweeslachtige schrijverschap van Maarten 't Hart. In: Vrij Nederland, 29 januari 1983.  Hans van Straten, Detectiveroman als navrant eerbetoon aan een vrouw. In: Utrechts Nieuwsblad, 3 februari 1983.  J. Huisman, Trouw als een kauw. Onhandig boek van Maarten 't Hart. In: Algemeen Dagblad, 4 februari 1983.  Hans Warren, De kroongetuige, een detective. In: Provinciale Zeeuwse Courant, 5 februari 1983.  Jaap Koopmans, Psychologische thriller. In: Alkmaarse Courant, 5 februari 1983.  Rob Schouten, Rattenvanger of vrouwenmoordenaar. In: Trouw, 10 februari 1983.  Thomas Verbogt, De kroongetuige, spannend maar toch niet perfect. In: Arnhemse Courant, 15 februari 1983.  Wam de Moor, Maarten 't Hart als de tovenaar die de lezer blijft boeien. Spanning in De kroongetuige. In: De Tijd, 18 februari 1983.  August Hans den Boef, Gedateerde ideeën en teveel clous in De kroongetuige. In: De Volkskrant, 25 februari 1983.

REACTIES

R.

R.

Hey Mary,
Ik vind je uittreksel van 'De kroongetuige' erg goed! (Ik heb er daarom erg veel aan) Ik heb het boek wel zelf gelezen, maar op internet vind je toch altijd aanvullingen. Maar dan is het wel vaak zo dat de dingen een beetje door elkaar staan, of dat ze niet goed verwoord zijn, daardoor wordt het onduidelijk, verwarrend. Bij jou is dat zeker niet het geval: je nederlands is erg goed!
Mijn complimenten nogmaals!
Groetjes Rebecca

21 jaar geleden

H.

H.

je bent ecth gek dat je zoveel moeite doet voor dat verslag. Maaar we laardig van je want nu kan ik hem gebruiken. Volgens mij ben jij echt een hele grote stuud

21 jaar geleden

D.

D.

superrrr!! uittreksel. Ik heb het goed kunnen gebruiken

21 jaar geleden

L.

L.

ik wil je bij deze bedanken voor je uitstekende roman analyse ik heb er een goed cijfer voor gehad namelijk een dikke 8+ als jere nog meer verslagen hebt gemaakt zou jehet dan even willen doorsturen (of zeggen waar ze staan) hartstikke bedankt.

20 jaar geleden

B.

B.

Heel mooi geschreven!!

19 jaar geleden

W.

W.

Je zegt bij je titelverklaring dat Thomas en Jenny geen kinderen kunnen krijgen. Dit is niet waar, het moet zijn dat Thomas en Leonie geen kinderen kunnen krijgen. Jenny heeft al 2 maal een abortus laten plegen vanwege een bezwangering die ze niet wou.

13 jaar geleden

A.

A.

Heel goed geschreven. Je bent wel gek dat je het op internet laat staan, zodat mensen hieronder er van gaan profiteren. Ik zou het eraf halen.

12 jaar geleden

J.

J.

CoOl. :D

12 jaar geleden

M.

M.

Je weet dat leonie en thomas zijn getrouwd en niet jenny en thomas? In de titel verklaring staat dat jenny geen kinderen kan krijgen maar dat is leonie

12 jaar geleden

K.

K.

" Leonie zou ook de kroongetuige kunnen zijn. Zij gaat zelf op onderzoek uit; zij is degene die weet waar het lichaam van Jenny verborgen is. " Het is niet het lichaam van Jenny maar van de vrouw van Robert.

11 jaar geleden

J.

J.

Mary waarom staat feminisme niet bij de motieven?
jo dag

11 jaar geleden

R.

R.

ben je een lerares nederlands ofzo??
dit is echt super goed!!!

11 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De kroongetuige door Maarten 't Hart"